Column Antwerps sprookjesboek in De Morgen van maandag 5 juni 2023

Antwerps sprookjesboek

Eerst was Antwerp veertig minuten kampioen, daarna Genk in de rust, waarop Union in de tweede helft mocht dromen, waarna weer Genk de titel haast niet meer kon mislopen, een minuut of vijf, en ten slotte is het Antwerp dat met de titel gaat lopen.

Genk kampioen was een sprookje geweest omdat het uit een nagenoeg kansloze positie was teruggekeerd, weliswaar nadat het eerst een vrijwel zekere titel had weggeven omdat het wilde cashen met zijn topscorer. Wel besteed.

Union kampioen was ook een sprookje geweest, alleen omwille van de charme van de thuisploeg, die bijna honderd jaar na de laatste titel nog eens aan het feest zou zijn. Maar Union is in handen van een Engelse pokerspeler, liever niet.

Antwerp kampioen is een heel sprookjesboek. Oké, de titel is in extremis (vier minuten in blessuretijd) uit de krochten van het Genkse stadion weggesleept. Het voetbal was ook weer niet bijster inspirerend. Maar die ene streep van Toby Alderweireld, Antwerpenaar boven alle Antwerpenaren, maakte veel goed. De 2-2 die de titel opleverde was van een zeldzame schoonheid. Antwerp is verdiend kampioen.

Voor wie niet genoeg krijgt van voetbal, dit stukje is een aanrader. Voor wie het voetbal de strot inmiddels uitkomt, idem. Voor een gebalde stand van zaken nemen we u live mee naar gisterenavond.

Dit is de setting. De gordijnen zijn dicht, het licht is aan. Naast de laptop staan een tv en een iPad. De tv staat op Racing Genk- Antwerp FC, de iPad op Union tegen Club Brugge. De iPad op stil, de tv op luid. Op de iPad wordt het best gevoetbald of worden de meeste kansen gecreëerd, wat niet altijd samengaat maar voor de gelegenheid wel.

Op de tv wordt niet gevoetbald maar gestreden, gevochten voor elke morzel grond van de Cegeka Arena. Antwerp wil de Limburgers overpoweren en dat lukt. De Argentijn Avila is een eenmansguerrillaleger. Ze zijn daar al twee keer komen winnen dit seizoen en hebben drie van de vier onderlinge confrontaties gewonnen.

Toch zal het Genk zijn dat met een voorsprong gaat rusten. Dat is ook het moment dat de eerste zinnen van dit stukje worden getikt.

Genk deed het in de eerste helft op zijn Antwerps: hyperefficiënt. Eén bal tussen de palen, één kans, één doelpunt. Tolu Arokodare, kende u hem? Neen, u had tot gisteren niks gemist. Tot een minuut voor het einde van de eerste helft had hij zowat niets goed gedaan. Ook in die fase van het doelpunt verloor hij eerst de bal, maar had de gelukkige ingeving om te blijven doorjagen, waardoor de bal
via hem, dan El Khannouss en uiteindelijk bij Heynen terechtkwam. Die speelde vervolgens naar Paintsil, die doortikte naar de diep gelopen El Khannouss, die een Genkenaar vond ter hoogte van het penaltypunt.

Die Genkenaar zowaar was die Arokodare, die al een tweede goede ingeving had toen hij besloot toch maar eens door te lopen naar de vijandige zestien. Hoe die hem in het kruis nagelde, behoorlijk indrukwekkend. Het zijn in de winter aangespoelde Nigerianen die de mooiste goals maken in België. Door dat doelpunt, en omdat Antwerp echt niks meer klaar kreeg, zoals het hele laatste halfuur van de eerste helft, ging Genk rusten met de gedachte: wij staan op één, wij worden kampioen, nu niet te gek doen.

Vreemd genoeg ging Genk rusten als kampioen en kwam terug op het veld als vicekampioen, want inmiddels had Union bij het begin van de tweede helft heel snel gescoord. Antwerp zakte nu nog wat dieper weg: van één naar drie en de verplichting twee keer te scoren als het daar iets wilde aan veranderen. En toen gebeurde wat van deze competitie de spannendste in jaren maakte: Antwerp scoorde een floddergoal. Het is te zeggen, de goal was flodder, wat daaraan voorafging niet.

Union was nog iets steviger kampioen, maar Antwerp en Genk wisten nu wat hen te doen stond: allebei moesten ze winnen. Veel beter werd het voetbal er niet op, maar toen kwam Genk met nog een kwartier te gaan op 2-1. Dat veranderde niks voor de twee ploegen, maar honderd kilometer verder in het Dudenpark zat Union plots weer wat steviger op één.

En dan in minuut 89 scoort Homma voor Club de 1-1 bij Union. Gevolg: Genk weer kampioen en Antwerp had maar één doelpuntje nodig om toch kampioen te worden. Nog twee minuten later, begin blessuretijd in Brussel: Club scoort op counter. Union doet niet meer mee.

In het begin van dit stukje staat hoe het afloopt, maar de clou van het hele verhaal willen we u toch niet onthouden: Club Brugge, dat Antwerp liever geen kampioen zag worden en kon leven met Genk, heeft uiteindelijk de gehate tegenstander mee aan de titel geholpen.