Verhaal over Sport in Kroatië in De Morgen van zaterdag 14 juli 2018

In Kroatië was/is sport oorlog

Niets beter voor een jonge natie dan een oorlog of sportief succes om het nationaal gevoel op peil te houden. Kroatië had het allemaal, maar de laatste jaren toch minder. Wereldkampioen worden zou de sport uit het slop halen.

Lente 1999. Zomaar een ochtendscène bij het uitchecken in het Zagreb Sheraton. Een bloedmooie Kroatische vrouw huilt tranen
met tuiten. De televisie registreert, de radioman troost, de geschreven pers noteert. Lejla Sebrovic is diep ongelukkig want zopas is besloten dat ze geen Miss Kroatië meer is. De reden? Procedurefouten, luidt de officiële mededeling. De lokale collega’s weten beter: Lejla is fout omdat ze te veel Bosnisch bloed in de aderen heeft stromen. President Franjo Tudjman heeft er zich hoogstpersoonlijk mee bemoeid. De verkiezing is geannuleerd…

Tudjman was overal, die eerste jaren van de republiek die in oorlog was met haar buren. Missverkiezingen konden hem gestolen worden, maar een Bosnische die won, no way. Voetbal was het vehikel voor zijn populariteit. De overwinning op Nederland in de kleine finale van het WK voetbal van 1998 was voor een nieuwe natie van nog geen vijf miljoen mensen en voor Tudjman goud waard. Na prijzen in basketbal, handbal en waterpolo was dit de mooiste: brons op het WK voetbal.

Eerst ging Duitsland voor de bijl. Dat werd gevierd, zonder politieke agenda. Kroatië en Duitsland waren in de Tweede Wereldoorlog de beste vriendjes en de hedendaagse Kroatische vlag (rood en witte blokken) werd het laatst gebruikt door de Kroatische fascisten (vooral tegen het Servische verzet) in de Tweede Wereldoorlog.

Tennisheld Ivanisevic

Duitsland was het eerste Europese land dat ijverde voor Kroatische onafhankelijkheid, in tegenstelling tot Frankrijk, in 1998 de tegenstander in de met 2-1 verloren halve finale. Opnieuw, en nu in een finale, komt Kroatië Frankrijk tegen, in Rusland, twee landen die in de Balkan-oorlogen de kaart van Servië trokken.

Sport is oorlog in de Balkan. Na de zege tegen Duitsland droeg Robert Jarni de zege op aan “al zij die gestorven zijn of geleden hebben in de oorlog”. In 1993 al sprak de Kroatische tennisser Goran Ivanisevic: “Ik strijd voor mijn land en mijn tennisracket is mijn wapen.” Ivanisevic kan in Kroatië niet meer stuk. Hij was de eerste sporter die zich liet aankondigen als “Goran Ivanisevic van Kroatië”, in Sydney in 1991.

De soldaten die in zijn thuishaven Split naar het front vertrokken, scandeerden “Goran, Goran, Goran is een held”. In de jaren die volgden, steunde de Kroatische regering de sportredacties van de grootste kranten met reisbudgetten om in het buitenland de exploten van de Kroatische sporthelden te verslaan, een balsem voor de beproefde Kroatische harten thuis.

Politieke aspiraties uitdragen via sport ontstond in de Balkan onder het juk van de Habsburgers en later de Russische tsaren. Alle sportclubs in Kroatië hadden een etnisch en politiek karakter. Na de Eerste Wereldoorlog probeerde de Joegoslavische regering ze te sluiten. Tevergeefs. Na de Tweede Wereldoorlog, met de communisten aan de macht, werd in Joegoslavië een nieuwe poging ondernomen. Tevergeefs. De teams kregen wel andere namen.

Zagreb kreeg Dinamo en Split kreeg Hajduk. Ze kregen regelmatig bezoek van de geheime politie. Die rapporteerde al van in de jaren 60 aan Belgrado dat het ontstaan van supportersclubs op termijn een staatsvijandige factor kon zijn.

Dat bleek op 13 mei 1990, toen op een voetbalveld de eerste slag werd geleverd in de oorlog tussen Kroatië en Servië. Dinamo Zagreb tegen Rode Ster Belgrado eindigde met het afkondigen van de noodtoestand in de straten van Zagreb. Op het veld zelf was het tot vreselijke vechtpartijen gekomen. Zvonimir Boban was toen 19 en speelde een hoofdrol. Hij wordt tot vandaag nog steeds op handen gedragen omdat hij in zijn eentje de politie aanviel, die de Dinamo-fans onder handen nam.

In 1997 speelden Croatia Zagreb, het vroegere Dinamo, en Partizan Belgrado een heen- en terugwedstrijd in het kader van de UEFA Cup. Er waren geen rellen, omdat er ook geen supporters mochten meereizen. Elke Kroaat wist toen en weet ook vandaag dat het de eerste jaren niet meer goed komt tussen zijn volk en ‘zij’, zoals de Serviërs worden aangeduid. “De eerste tweeduizend jaar is er geen beterschap te verwachten.”

Uitblinkers in ploegsporten

Achtergronden voor dit verhaal komen van Nebosja Popovic, een voormalige handbalgrootheid van Servische origine, getrouwd met een Kroatische, geboren en getogen in Bosnië en professioneel actief in Zagreb en Belgrado. Begin de jaren 90 kwam hij naar Luik en werd daar hoofd van de afdeling orthopedie.

In 2007 vertrok hij naar het befaamde Aspetar-ziekenhuis in Qatar. Hij is na zijn vertrek maar een paar keer teruggekeerd. “De politiek heeft alles verknoeid. We waren een schitterend sportland en wat blijft er over? Veel talent, maar verdeeld over vijf kleine landjes.”

Kroaten hebben de techniek en Serviërs de tactiek en de discipline, zegt dr. Popovic, die zelf ooit olympisch goud won in het handbal met Joegoslavië. “De wortels van alle sport in de Balkan liggen in Kroatië. In Kroatië hadden ze steeds de beste opleiders van het hele land. De topcoaches kwamen dan vooral uit Belgrado, ook omdat het sportinstituut zich specialiseerde in trainingsleer.”

Dat alle Joegoslavische republieken uitblinken in ploegsporten, heeft verschillende oorzaken. De hang naar avontuur, de fysieke kracht, de cultus van de techniek pasten in het Joegoslavisch schoolsysteem van een halve dag school en een halve dag sport. De

Copyright © 2018 Belga. Alle rechten voorbehouden

clubs speelden daarop in en vanaf 12 jaar werd twee keer per dag getraind. Tot de regeringen in Belgrado en Zagreb vonden dat op de moderne Europese arbeidsmarkt meer scholing nodig was en het halvedagsysteem werd afgeschaft.

Dat was eind vorige eeuw en de prijs die daarvoor werd betaald, is hoog. Kleinere sporten als waterpolo en handbal blijven namens Kroatië nog wel medailles halen, maar grote sporten als basketbal, volleybal en voetbal zakten weg. De Kroatische nationale voetbalelf trapte, op een kwartfinale op het EK 2008 na, deze eeuw nog geen deuk in een pakje boter en vertrok naar dit WK als twintigste op de FIFA-ranking. Toch werd Kroatië aangezien als kleine schaduwfavoriet. Terecht, blijkt nu.

Een overwinning op het gehate Frankrijk in het ook al gehate Rusland – vergeet niet: de Balkan vergeet niet – zal tot een opstoot van nationalistische gevoelens leiden.

De hoofdstad zal nachtenlang feesten. Maar ook in Mostar, een stad in Bosnië-Herzegovina, zullen de Kroaten uit het westen feesten. De Bosniaks uit het oosten van Mostar zullen dekking zoeken. Die herinneren zich nog de zomer van 1998, toen de Kroaten na een overwinning op het WK hun automatische geweren leegschoten op het islamitische deel en een moslimvrouw aan de andere kant van de rivier Neretva onder de kogelregen stierf.

 

20180714_De-Morgen_p-18-19-mail 2

COLUMN TOUR DF: Strafschoppen in de Tour in De Morgen van dinsdag 17 juli 2018

STRAFSCHOPPEN IN DE TOUR

 

Zo, dat WK hebben we gehad. Nu de Tour. Heb ik met een half oog gevolgd, maar het bleek een heel oog te veel voor de eerste week. Van Wimbledon heb ik niks gezien, of bijna niks. Die ene keer dat ik de tv op Eurosport zette, was geheel toevallig toen John Isner nog eens een poging deed om de langste wedstrijd in de tennisgeschiedenis te spelen.

Maar de Tour dus, die eindigt in het weekend dat de Jupiler Pro League begint en goed zes weken vooraleer de Rode Duivels alweer aantreden in hun eerste Nations League-wedstrijd in en tegen IJsland. Ik vat de eerste Tour-week even samen voor u, zodat u vanaf vandaag kunt volgen. Verder vertel ik u ook wat er van de week zal gebeuren.

Hebben gewonnen in die eerste week: Fernando Gaviria namens QuickStep twee keer, Peter Sagan namens Bora-Hansgrohe en hemzelf ook twee keer, Dylan Groenewegen namens Lotto-Jumbo en heel Nederland ook twee keer. Voorts hebben de jongens van BMC de ploegentijdrit gewonnen en waren er nog twee ritten die er echt toe deden, en die werden op de Mûr de Bretagne gewonnen door Daniel Martin en in Roubaix door John Degenkolb.

Greg Van Avermaet had die twee ritten ook aangestreept, maar het werd niks. Hij rijdt wel al een hele tijd rond in de gele trui, maar iedereen weet dat de truien van de eerste week de minste waarde hebben. De gek die haar wil dragen, mag meteen met zijn ploeg op kop rijden.

Die rit zondag was de mooiste en de lelijkste rit van deze editie. Iemand zal toch ooit van bovenaf eens moeten verordonneren dat de Tour de France geen Hunger Games op wielen zijn. Wat is in godsnaam het nut van renners verplicht over kasseien te sturen, terwijl die daar de rest van het jaar bij hun volle verstand wegblijven?

In een normale Parijs-Roubaix doen er tien mee die denken te kunnen winnen en die rijden dan ook vooraan, samen met een aantal ploegmaats, wat de chaos min of meer overzichtelijk maakt. In deze Roubaix reden alle ploegen met hun kopman voor het klassement vooraan en ook nog eens die twintig man met hun ploegmaats, die dachten een kans te maken. Gevolg: chaos in het kwadraat, geen overzicht en valpartijen. Ga op de site van Velon eens kijken naar het filmpje dat ze daar hebben gepost van de rit van zondag.

Alle begrip voor het standpunt dat niet alleen klimmers een kans moeten maken op eindwinst in de Tour, maar regel dat dan met een ander tijdssysteem of met punten, maar niet als een soort bowlingwedstrijd met menselijke kegels.

Tegenover het vele leed en de tranen van zondag stonden tranen van vreugde en opluchting bij John Degenkolb. Omvergereden door de klassieke Britse toerist met veel te grote auto aan een costa, zwaar geblesseerd, geopereerd, in een wak beland en toch na twee jaar uit het dal gekropen, mooier wordt het verhaal niet.

Ondertussen hebben we gisteren de eerste rustdag gehad na een redelijk saaie week. De kijkcijfers van de Tour zijn voorlopig desastreus, in alle landen. Of dat te maken heeft met de worldcup voetbal dan wel een massaal afhaken, of een plotse sterfte in de oudere lagen van de bevolking, zullen we pas volgende week zien. De trend is niet gunstig en de voortekenen zijn nog minder gunstig.

Wielrennen is voor de kijker een soort mindfulness geworden: een vorm van meditatie, waarin men zich op een niet-reactieve manier bewust is van de fysieke en geestelijke sensaties en situaties van het moment. Zo stond het op Wikipedia en zo heb ik het geknipt en geplakt, het leek mij wel passen.

Vanaf vandaag wordt het anders, helemaal anders. Vandaag is de rit die Thomas De Gendt heeft aangestreept. Klein probleem: de rest van het peloton weet ook dat dit de rit is die Thomas De Gendt heeft aangestreept. De Gendt is de enige seriële ontsnapper van heel het peloton die een kans maakt op ritwinst en daarom is hij de favoriete collega voor dat soort waaghalzerijen. Als De Gendt zegevierend over de meet rijdt, is dat nooit eens in Bommerskonte maar op de Ventoux, de Stelvio, et cetera.

De Gendt weet dat het peloton weet dat hij die rit heeft aangestreept. Zijn kandidaat-medevluchters zijn hem al komen vinden gisteren op de rustdag: “Thomas, demain, tomorrow, morgen, mañana, domani?”

“Oui, yes, ja, si,” zal Thomas hebben geantwoord, verder geen gezichtsspier vertrekkend. Het wordt raden naar zijn plannen. Gaat hij al meteen op de Col de Bluffy (what’s in a name?) of wacht hij tot de Col de la Croix Fry? Het lijkt wel voetbal. Thomas De Gendt staat op de penaltystip. Schiet hij links of schiet hij rechts, niemand die het weet. Misschien weet hij het zelf ook niet. Misschien trapt hij zijn strafschop morgen, maar ooit trapt hij (het af), dat staat vast.

 

 

20180717_De-Morgen_p-21-mail

Brons met een gouden randje in De Morgen van 16 juli 2018

BRONS MET EEN GOUDEN RANDJE

(TE LEZEN ALS ONDERDEEL VAN ALLE ARTIKELEN EN COLUMNS OVER RODE DUIVELS, aub)

 

Gisterennamiddag stond de laatste act op het podium op de Grote Markt en toen was het langste zomerfestival definitief voorbij. Nadien volgde nog een onbetekenende encore: een optreden van Frankrijk en Kroatië. Ook voor een prijs, dat wel maar we couldn’t care less.

Een collega die in Moskou rondhing voor de finale app’te over de Rode Duivels en hun huldiging op de Grote Markt. Hij vond het tijdstip respectloos ten aanzien van de finale en vond ook: …gewoon geen huldiging…je bent derde.

Hij heeft een punt. Vier jaar geleden kon ik de houding van de Rode Duivels na hun terugkeer uit Brazilië wel smaken. Verloren in de kwartfinale van Argentinië na een kleurloze wedstrijd waarin ze nooit in hun spel kwamen, zwaaiden ze even naar het niet al te talrijk opgekomen publiek en gingen naar huis. Twee jaar geleden werden ze na de déconfiture in Rijsel tegen Wales net niet met pek en veren ingesmeerd en terug naar hun miljoenenkwartieren verjaagd. Dat was een overdreven negatieve reactie, maar zo zijn wij nu eenmaal.

Een topsportcultuur wordt mee bepaald door de wijze waarop topsportsuccessen worden gepercipieerd door publiek en door media. Wij hebben in dit land de kneuterige gewoonte elke sporter die vanzelf de weg terug naar huis vindt, prijs of geen prijs, op te wachten met een fanfare. Lang van huis zijn vinden wij ook al topsport.

Mag deze derde plaats op het grootste mondiale evenement in de grootste mondiale sport dan niet worden gekoesterd? Er is een verschil tussen koesteren en fêteren. Het rode festival in Brussel gisteren was er over. Het brons van Rusland 2018 is er één met een gouden randje, maar daarom moet je het nog niet vieren als goud.

Zouden de Rode Duivels beseffen dat ze ook politiek zijn gerecupereerd? Zo’n Didier Reynders die na afloop in Sint-Petersburg ineens op het veld stond en mee op de foto ging, dat was de schaamteloosheid voorbij. Wat doet onze minister van Buitenlandse Zaken in een land dat een passagiersvliegtuig met daarin ook Belgen uit de lucht heeft geschoten en dat nog steeds niet heeft toegegeven?

Gisterennamiddag moesten de Rode Duivels ook bij de koning langs. Ook dat was politiek. Filip zal die tricolore opstoot wel gesmaakt hebben en gedacht dat hier Belgisch garen bij te spinnen was. In landen met een echte topsportcultuur is contact met het koningshuis het hoogste. In Nederland geraak je daar met olympisch goud of als je met voetballen tweede wordt, niet derde. In Engeland dachten ze er nog voor de kleine finale niet aan de Queen lastig te vallen en een viering in de straten met een open bus hoefde ook al niet. Een land dat zeventig gouden medailles wint kan een sportprestatie net iets beter inschatten.

Wij Belgen zouden ook een dode mus vieren, als we maar kunnen vieren en er een festivalsausje kunnen over gieten. Deze derde plaats op het WK voetbal is geen dode mus, laat daar geen misverstand over bestaan. Zes wedstrijden op zeven winnen op een worldcup is weinig landen gegeven. Misplaatste euforie hoeft dan ook weer niet. In de eerste drie wedstrijden werd de tegenstander overklast en was geen twijfel mogelijk over de uitslag, in de volgende vier had de tegenstander telkens van België kunnen en soms moeten winnen.

Japan: ontsnapping, het kan niet genoeg worden gezegd. De lelijkheid en toevalligheid van de eerste goal na de 0-2 werd vergeten door de derde goal die in de highlights van deze worldcup komt. Brazilië: ontsnapping bis. Een owngoal, een belegering, een counter die 2-0 oplevert en dan weer een belegering overleefd.

Frankrijk: terechte nederlaag, zonder meer. Niet meer over zeuren, maar van leren. Te veel Belgen bleven onder hun niveau. Engeland: een vreemde wedstrijd waarin België twaalf keer op doel schoot en Engeland vijftien, waarvan respectievelijk vier en vijf ballen tussen de palen belandden. Engeland domineerde ook de corners (5-3) en het balbezit (57-43). Maar België won toch en Engeland verloor.

Een al te simplistische voorstelling van zaken is deze: in Rusland 2018 had België het geluk dat het miste in Brazilië 2014 en Frankrijk 2016. Met geluk in de sport is het als in het leven: het komt niet zomaar, je moet je er voor open stellen, investeren. In het voetbal betekent dat aanvallen. België viel veel en graag aan en had het geen corner afgedwongen tegen Brazilië, en was Kompany niet komen aandringen aan de eerste paal, dan had die geen owngoal opgeleverd.

Het grootste gewin van deze worldcup is niet die derde plaats, maar het besef dat een klein land ook groot kan zijn in topsport als de sterren gunstig staan. Grote landen zullen altijd een schaalvoordeel hebben, maar kleine landen kunnen met een goeie generatie en een juiste instelling elke grootmacht aan. België en Kroatië toonden dat dit toernooi.

Wat deze minitriomf voor onze Belgische topsportcultuur betekent is niet duidelijk. In andere sporten was al een kentering waar te nemen: prestaties van Belgische topsporters zitten over het algemeen in de lift. Heel vaak lag een goede opleiding aan de basis van die successen. Wat dat betreft loopt voetbal achter op andere sporten: de meeste Belgische internationals kregen hun postformatie in het buitenland en komen niet uit één of ander geniaal Belgisch voetbalsysteem. Dit succes was het gevolg van een toevalmodel. Daar verandering in brengen, is de opdracht voor de komende jaren.

 

20180716_De-Morgen_p-16-mail

Voor BEL-ENG om derde plaats: Aan jullie de keuze… in De Morgen van 14 juli 2018

Aan jullie de keuze: een goed of toch een historisch WK

Excelleren was hun doel en ze hebben woord gehouden. Vandaag om de derde plaats tegen Engeland moeten de Rode Duivels tonen dat ze ballen hebben en een voetbalhart dat op de juiste plaats zit. Derde is dan zo goed als eerste.

Sporten waarin apart om brons wordt gestreden, kennen het fenomeen: de derde is altijd blijer dan de tweede. Wie brons pakt, heeft zijn laatste kamp (meestal gaat het om gevechtssporten) gewonnen; wie zilver pakt, heeft goud verloren.

België kan derde worden als het vandaag Engeland klopt. Dat is de louter sportieve vertaling van de wedstrijd die vandaag om 16 uur Belgische tijd in Sint-Petersburg wordt gespeeld, maar er staat veel meer op het spel. De Rode Duivels anno 2018 kunnen hun populariteit in België en wereldwijd nog opkrikken door er een laatste keer vol voor te gaan.

Bij winst heeft de sportnatie België een zomer om nooit meer te vergeten. Jammer voor al die olympiërs die zo hun stinkende best doen, maar geen enkel goud op de Olympische Spelen heeft de impact of het prestige van een derde plaats op het WK voetbal. Alleen winst in de Tour de France door een Belg is van dezelfde orde.

Aan de Rode Duivels de keuze: wordt dit een goed WK, een erg goed WK zelfs, of ga je voor historisch goed? Willen jullie ons en de wereld nog één keer verbazen met dat positief, voluntaristisch voetbal waar de liefhebbers van o jogo bonito Belga zo massaal zijn voor gevallen?

Engeland is geen mooie tegenstander, maar wel een die wellicht het beste zal losmaken in de Rode Duivels. De helft speelt in Engeland en wil zich tonen, of heeft er gespeeld en is er niet helemaal voor vol aanzien en die willen zich zeker bewijzen. Komt daarbij dat Engeland en hun bondscoach Gareth Southgate van die derde wedstrijd in Sotsji een farce hebben gemaakt.

Eerst zeggen dat je vol voor groepswinst gaat en dan geen poot meer uitsteken als je een goaltje tegen hebt gekregen omdat zo Brazilië en Frankrijk worden vermeden, kan het hypocrieter? Niet onbelangrijk: als België nog eens kan excelleren met Eden Hazard en/of Kevin De Bruyne, Romelu Lukaku er een paar kan inprikken en Thibaut Courtois de nul kan houden, dan is de kans groot dat een of meer van die spelers een individuele trofee mee naar huis nemen. Staat altijd mooi op de schoorsteenmantel en het cv.

Bagatel

Ten slotte is er nog een bagatel waar de spelers wellicht niet van wakker liggen, hoewel ze daar na de daling van het pond als loontrekkenden in Engeland wel mee worden geconfronteerd: de brexit. Geef die arrogante Engelsen die denken dat ze het zonder de Europese Unie kunnen, gewoon een pak rammel. Toon de EU-onderhandelaars hoe het moet en stuur hen met lege handen terug naar hun island of splendid isolation.

Kevin De Bruyne was de eerste om de knop om te draaien na de jammerlijk verloren wedstrijd tegen de Fransen: “We willen derde worden.” Bij die wil om er nog iets van te maken, kan je je iets voorstellen, Kevin De Bruyne zijnde. Zijn halve finale was niet om over naar huis te schrijven. De spelerskeuzes, veldbezettingen en consignes wettigen niet de zeventien balverliezen van De Bruyne. Ook niet de 68 procent gelukte acties, het laagste percentage van alle Belgen op het veld. En al helemaal niet dat hij nul ballen recupereerde op een hele wedstrijd. KDB kende een offday tegen Frankrijk, dat speelde zoals de meeste ploegen tegen Manchester City spelen.

Misschien geeft hij die offday ooit wel eens toe. Kan iedereen gebeuren en het zou België sieren als ze met dit verlies tegen Frankrijk zouden omgaan zoals hun bondscoach: het was nipt, één standaardsituatie verschil en we hebben ons niks te verwijten. Herspeel die halve finale en misschien komt België dan wel op voorsprong, moeten de Fransen komen en kan België counteren.

Zege niet gestolen

Omgekeerd moeten de Belgen de Fransen ook niks verwijten en vooral niet beginnen zeuren over die scheidsrechter. Tegen Brazilië werd een strafschop tegen Kompany niet gefloten. De speelstijl van Frankrijk was bekend: de zaak gesloten houden, wetende dat er altijd een kansje komt. Gestolen hebben ze die overwinning ook niet. De statistieken zijn duidelijk: wie 60 of meer procent aan de bal is en daarvan negen keer op doel schiet met vier ballen tussen de palen, riskeert altijd te verliezen van een tegenstander die uit 40 procent en dus minder balbezit achttien keer op doel kan schieten waarvan vijf keer tussen de palen.

Frankrijk werkte niet eens efficiënt, maar normaal af. België niet. Dat is het verhaal van die wedstrijd en niet ‘het laffe Frankrijk tegen het positieve België’. Stop daarmee, dit Belgisch elftal is te goed om de Calimero uit te hangen.

Column Gecondoleerd in De Morgen van 12 juli 2018

GECONDOLEERD

 

Dat kreeg ik net na de wedstrijd in een berichtje en gisteren ook nog een paar keer. Zonder leedvermaak. Gemeend. Zo doen Nederlanders dat en zo zouden wij dat niet doen als het omgekeerd was (zeg ik er maar even bij). Het hele WK, zolang de Belgen een kans maakten op de wereldtitel en ik in Rusland was, zat ik elke avond in Langs de lijn en omstreken, een onvolprezen (sport)actualiteitenprogramma op de Nederlandse Radio 1. Ik kwam na halfelf en was meestal de afsluiter van het programma.

De intro van het blokje ‘Onze Belg bij de Belgen’ was een compilatie van stemmen van Filip Joos, Peter Vandenbempt en Frank Raes bij acties van de Rode Duivels, met daarover een streepje ‘België’ van Het Goede Doel.

U kent het wel:
“Ik stond zelfs in dubio.
Maar ik nam geen enkel risico.
Ik heb getwijfeld over België, België, België…”

Leuke intro, telkens ik hem hoorde via de inbel-app op de iPhone kreeg ik er zin in en toen was het aan mij. Standaard begonnen we met iets leuks – zoals geen bier in het Jupiler-persdorp, of die vreselijke nachtvluchten, of mijn schandalig dure hotelkamer met spiegel boven het bed – om het dan over sport te hebben en over de kansen van die fantastische Rode Duivels. Dat laatste meenden ze.

Gecondoleerd meenden ze ook. Ik was steeds weer gegeneerd en maakte mij er vanaf met de dooddoener “ik heb niet meegespeeld”. Hoe voel je je, was gisteren de eerste vraag. Nul spot, Nederlanders weten als geen ander wat het is als klein land om te hopen op iets en er uiteindelijk naast te grijpen.

Hoe voelde ik mij? Hoe ik mij nu voel? Ik heb last van sinusitis door die stomme airco, maar dat doet er niet toe. Het is lastig. Je bent journalist en hoewel het een misvatting is dat een journalist objectief moet zijn, wil je toch in de eerste plaats observeren, noteren, complimenteren zodra het kan, afserveren als het echt niet anders kan.

Ik ben in de worldcup gestapt met een portie tegenzin, zal ik eerlijk bekennen. Het vooruitzicht om minimaal twee en een halve week met voetbaljournalisten op hotel te zitten en dag in, dag uit over die Rode Duivels te moeten berichten met hun open opwarmingen en hun klotewedstrijden (excuses daarvoor) tegen Panama en Tunesië, was allesbehalve aanlokkelijk.

Het was wachten op de wedstrijd tegen Engeland, maar toen bleek ook die een sof en daarna kwam Japan, ook al niks om wild van te worden. Ja, ik héb getwijfeld over België, maar de wedstrijd tegen Brazilië was het keerpunt. Ook al was geluk een bepalende factor in die wedstrijd, in voetbal moet je zelf nog altijd investeren om van geluk te profiteren.

Het positivisme waarmee die elf gasten in hun rode shirtjes op dat veld kwamen, het je-m’en-foutisme, de techniciteit en het leuke wervelende spel dat daar het gevolg van was, lieten niemand onberoerd. Als de wereld je bewondert, is het een beetje lastig, zeg maar dom, om jezelf niet te bewonderen.

Er is nog iets anders aan deze worldcup wat mij gaandeweg erg is gaan bevallen: de afwezigheid van haat en nijd. Helemaal anders dan op het EK van 2016, toen de Russen de Engelsen in de prak sloegen in Marseille.

Ik zat na de wedstrijd in Kazan in het holst van de nacht in een tjokvolle vertrekhal, zeg maar halletje, van de luchthaven, waar
drie vluchten te laat waren en in de chaos niemand nog wist wanneer welke vlucht vertrok. Er zaten heel veel Belgen en nog meer Brazilianen. Naast mij zat een Amerikaans koppel met Braziliaanse roots. Ze feliciteerden mij. Ik zei: “Ik heb niet meegespeeld, maar toch bedankt.” En ook: “I feel sorry for you.” Was nergens voor nodig, vonden ze, de Belgen hadden het goed gedaan.

Voetbal is op het allerhoogste niveau de sport van het geld geworden en heeft de Amerikaanse sporten ver achter zich gelaten. Van de week is meer dan 100 miljoen euro voor een dertiger uitgegeven. Ook al is het Cristiano Ronaldo, wie verzint zoiets?

Dat is clubvoetbal, maar de voorbije maand ging het om interlandvoetbal. De premie die ze straks meenemen naar huis voor hun hopelijk derde plaats vertegenwoordigt voor de best betaalde Rode Duivels een weeksalarisje. Vincent Kompany heeft al aangegeven dat wat hij met de nationale ploeg verdient aan goede doelen geeft. Mooi zo. We zijn hier Liberia niet, waar ze een voetballer president maken, maar als jongens zoals Eden Hazard en Kevin De Bruyne en de anderen een stukje maatschappelijke rol zouden willen opnemen, dan is dat meer dan welkom.

Ik ben inmiddels thuis, waar een grote vlag aan mijn gevel hangt. Dat is een primeur, maar met mijn uitdrukkelijke instemming blijft ze hangen tot zaterdag.

20180712_De-Morgen_p-14-mail

Na FRA-BEL: derde plaats, ook mooi in De Morgen van 11 juli 2018

Derde plaats is ook mooi

De slag om Sint-Petersburg is verloren en van een heroïsche nederlaag was geen sprake. Na een gevleide 1-0 in het begin van de tweede helft lieten de jonge Fransen de Rode Duivels nooit meer in hun spel komen en speelden het uit als een ervaren ploeg.

De Rode Duivels vlogen afgelopen nacht terug naar Moskou, maar overmorgen gaat het alweer richting Sint-Petersburg voor de wedstrijd om de derde plaats tegen de verliezer van Kroatië-Engeland vanavond. De derde plaats zou een bekroning zijn voor een fantastisch toernooi. De slappe wedstrijd van gisterenavond doet daar geen afbreuk aan.

Frankrijk is een land dat vaker niet dan wel functioneert, maar de nationale ploeg editie 2018 is daar een uitzondering op. Les Bleus denderden tot de burenclash van gisteren als een geprogrammeerde machine door de worldcup. Na de zuinige overwinning op België zijn zij de grote favoriet zondag voor de finale in het olympisch stadion Loezjniki.

Ze scoorden in de vijftigste minuut met een kopbal van Samuel Umtiti van FC Barcelona op een moment dat België de meest aanvallende en aandringende ploeg was, zonder evenwel het doelgevaar van de eerste helft te kopiëren. Op een corner was Marouane Fellaini net iets te laat om de instormende Umtiti af te stoppen. Wat België daarna nog op de mat legde, leek in niks op de wedstrijd tegen Brazilië. Waren ze vermoeid, stonden ze slecht, waren de Fransen beter, wie zal het zeggen. België heeft een halve finale gehaald met het mooiste voetbal van deze worldcup. Hulde daarvoor.

Koningin van Malibu Beach

Filip en Mathilde, koning en koningin der Belgen waren er, net als Emmanuel Macron, president van de Franse republiek, en niet te vergeten de koningin van Malibu Beach, Pamela Anderson, naar het schijnt het lief van de Franse verdediger Adil Rami.

Prominenten, vips en het volk, ze zijn op hun honger gebleven en dat is deels te wijten aan de Fransen, die hun cynische spelletje speelden dat ze al het hele WK etaleren. Verdedigen is tot kunst verheven in het postmoderne voetbal maar het is eveneens een verdienste dat ze de positiewissels van de Belgen makkelijk konden opvangen.

De Belgische elf van gisteren verschilden in drie spelers van die van de eerste wedstrijd tegen Panama. Thomas Meunier moest geel geschorst toekijken, en dat bleek echt een aderlating, en Dries Mertens was al eerder tegen Japan vervangen door Marouane Fellaini. Hij zou later in de wedstrijd worden ingebracht toen het kalf dreigde te verdrinken.

Het leek een verrassing, Moussa Dembélé in de ploeg halen en niet Yannick Carrasco. Dembélé is minder snel dan Carrasco op de eerste meters, maar balvaster en kan vooral beter oorlog maken op het middenveld. Daar zou hij ook gaan spelen, links. Op rechts, de plek van Thomas Meunier, speelde Nacer Chadli.

Ook hij was daar met verdedigende consignes gezet, in zoverre dat bij balverlies de Belgen met vier man achterin stonden. Zowel Dembélé als Chadli beleefde niet hun gelukkigste avond, maar dat gold eigenlijk ook voor Kevin De Bruyne, Eden Hazard en nog veel meer voor de compleet onzichtbare Romelu Lukaku.

De Fransen hadden het goed bekeken. Die speelden in hun stevige en compacte 4-2-3-1 die bij balverlies soms een 4-5-1 wordt. Frankrijk had dit toernooi nog niet al te veel laten zien en dat deden ze ook tegen België niet, hoewel ze in hun rangen een wereldvoetballer als Mbappé hebben. Spektakel is het minste van Didier Deschamps zijn zorgen. De zaak gesloten houden en een goaltje meepikken, is zijn bekommernis.

Van een beleg geen sprake

Het beleg van Leningrad, nu Sint-Petersburg, duurde negenhonderd dagen. Dat was in de Tweede Wereldoorlog en toen deden de Duitsers wel nog mee. Van een beleg gisterenavond in Sint-Petersburg was nauwelijks sprake. Het duurde één keer vijf minuten van Belgische kant en vanwege de Fransen was er van een beleg nooit sprake. Die prikten af en toe als in een guerrilla met hun snelle jongens. Als ze eruit konden komen, ging het als een speer naar Antoine Griezmann en Kylian Mbappé. Dat gebeurde twee keer in het eerste kwartier.

De Belgen zaten van de eerste minuut even vast als in het begin van het toernooi tegen Panama, maar op het kwartier kreeg Eden Hazard een verloren bal en schoot op doel terwijl minstens twee van zijn ploegmaats beter geplaatst stonden. In totaal kreeg België toch drie levensgrote kansen in die eerste helft. Raphaël Varane kopte er een weg en een andere – van zijn verdediger bij Tottenham Toby Alderweireld – werd door Hugo Lloris mooi gestopt.

Aan het einde van de eerste helft volgde nog een klassieke misser van Umtiti, maar Romelu Lukaku schrok zich een hoedje. Daartegenover zetten de Fransen twee schoten op doel, waarvan de tweede via een doorgelopen en alleen gelaten Benjamin Pavard prachtig werd gered door Thibaut Courtois.

Een 0-1 voor België had de wedstrijd opengebroken, maar het waren de Fransen die eerste scoorden, kort na de rust. Na het doelpunt van Umtiti zwom België vijf minuten lang en dan greep Martínez in: Dries Mertens kwam de schutterende Dembélé vervangen en vatte post op zijn rechterflank. Eden Hazard moest zich diep laten terugvallen om aan de bal te komen en had ook nog eens de pech dat de Uruguayaanse ref Andres Cunha een fout op hem net voor de zestien niet gaf. De inbreng van Yannick Carrasco in plaats van Fellaini bracht geen zoden meer aan de dijk.

 

20180711_De-Morgen_p-2-3-mail

Voor BEL-FRA: De match van hun leven (deel 2 van 3) in De Morgen van dinsdag 10 juli 2018

De match van hun leven (deel 2 van 3)

First we take Brazil, then we take France. En daarna zien we wel. Rode Duivels, de voetbalminnende wereldburger zonder ploeg op dit WK heeft jullie geadopteerd. Pak Frankrijk zoals Brazilië: met het hart én met het hoofd.

Brave Little Belgium is Brave Belgium geworden, het kleinste grote voetballand ter wereld. In de achtste finale op een schier onoverbrugbare achterstand tegen Japan, maar de situatie rechtgezet door een ultieme wervelwind die nu al als mooiste doelpunt van het WK kan worden gekozen. Daarna in de kwartfinale het grote Brazilië recht in de ogen gekeken, zonder schrik of schroom, en geklopt.

Dat dwingt bewondering af. Minnaars van het frivole voetbal hebben België geadopteerd als hun team en staan vanavond achter Hazard, De Bruyne, Lukaku en al die anderen; niet achter Lloris, Griezmann, Mbappé of die snuiter Pogba, de maat van Lukaku.

Oké, kan iemand nu de wierook weghalen? Laten we de feiten bekijken. Tegen Japan redelijk miraculeus ontsnapt met de langste kopbal in WK-geschiedenis, die achter een blinde doelman in een hoekje viel waar hij in geen duizend jaar nog zal vallen. Je hebt geluk nodig om te winnen en geluk dwing je af.

Dat was meer dan ooit het geval bij Brazilië-België. De statistiek die het best correleert met winst of verlies, is het aantal schoten op doel. Het team dat het vaakst op doel schiet, wint in 63 procent van de wedstrijden. Het team dat het vaakst tussen de palen op doel schiet, de zogeheten shots on target, wint 72 procent van de wedstrijden.

Zeven keer van de tien had Brazilië moeten winnen met zijn 26 schoten, waarvan 9 in het kader, tegenover de 8 doelpogingen van de Rode Duivels met 3 tussen de palen, waarvan 2 raak. Het werd 1-2. Brazilië-België was na Japan, puur cijfermatig bekeken, een tweede grote ontsnapping.

Voor de obligate persconferentie in het prachtige Krestovski-stadion op het gelijknamige eiland, gelegen voor de mooiste stad van Rusland, hadden de Fransen gisteren hun doelman Hugo Lloris afgevaardigd. Die speelt normaal bij Tottenham met Jan Vertonghen en Toby Alderweireld voor zijn neus. Eden Hazard kent hij dan weer als tegenstander, maar nog van de tijd dat hij in Frankrijk bij Lyon speelde en zich weleens moest omdraaien na een bevlieging van Hazard.

Zoals wel vaker werd de persconferentie aangegrepen om de lof te zingen van de tegenstander. Lloris: “België is de meest complete ploeg van het toernooi en beheerst alle aspecten goed. We zullen goed moeten spelen.”

Bondscoach Didier Deschamps was iets pinniger toen hij een deel van het succes van de Rode Duivels ook toeschreef aan Marc Wilmots, een persoonlijke kennis die hij hiermee een hart onder de riem wilde steken. Of was het om Roberto Martínez op zijn zenuwen te werken?

De bondscoach der Belgen gaf niet thuis, die moet ook nog eens worden bewierookt om zijn sociale intelligentie. “Natuurlijk hebben wij verder gebouwd op het immense werk dat Wilmots heeft verricht.” Immens gebruikte hij ook, zoals voorafgaande aan elke wedstrijd in het zinnetje “We have immense respect for…”.

Deze keer was het France en dat is maar goed ook, want Frankrijk is een veel uitgekookter team dan Brazilië. Die hadden Neymar, maar kregen hem niet vrij. Frankrijk heeft de razendsnelle Kylian Mbappé, die tegen Uruguay omschakelde tegen 37 kilometer puur, op noppen, op gras.

Fenomenale Hazard

Kevin De Bruyne nam de Belgische honneurs waar. Die schijnt geen last te hebben van stress voorafgaand aan een wedstrijd. Dat moet hetzelfde zijn bij een persconferentie. Hij lachte zelfs twee keer, toch iets wat je hem niet vaak ziet doen. Over Mbappé, over wie hij ooit zei dat hij hem niet kende, zei hij dit. “Ik kijk niet zo vaak voetbal, maar ik heb hem leren kennen. Hij is een ster geworden. Voor de komende vijftien jaar is hij een van de besten van de wereld.” En alle Fransen verguld.

Hazard en De Bruyne konden het best met elkaar vinden in de moeilijkste wedstrijd van het toernooi en ze speelden nog zo dicht bij elkaar. Een derde van de ballen die De Bruyne inspeelde, waren op Hazard. Dat waren er twaalf en zes gingen naar Romelu Lukaku. Hij had dus geen ongelijk toen hij stelde dat de vooruitgeschoven positie zijn verticaliteit en directheid bevordert.

Meer nog dan de versatiliteit van België – negen verschillende spelers die scoren, dat is behoorlijk indrukwekkend – vrezen de Fransen één man: Eden Hazard. Tegen Brazilië lukte hij al zijn dribbels en zorgde keer op keer voor gevaar. Dat vond Hazard wel oké, gewoon eens tonen wie de betere is van de twee, Neymar of hij.

Nu is het tegen Frankrijk, zijn adoptieland waar hij als kind voor supporterde omdat hij niks had met het voetbal van Wilmots en co.. Ook dat is een motivatie waarvoor hij niet terugdeinst. Jammer dat die andere Fransman, Thomas Meunier, er niet bij is door twee gele kaarten. Een aderlating, menen voetbalkenners.

De verwachting is dat Martínez Nacer Chadli op de plaats van Meunier posteert en dat Yannick Carrasco terug in de ploeg komt. In verdediging zou er met vier worden gespeeld, om dan snel om te schakelen. Verwacht sowieso een veel tactischer wedstrijd dan tegen Brazilië.

 

20180710_De-Morgen_p-13

Column Bevrijd van demonen in De Morgen van dinsdag 10 juli 2018

BEVRIJD VAN DEMONEN

Het niet-officiële lied van de Rode Duivels op deze worldcup is ‘Freed from Desire’ door Gala. Ik heb het moeten googelen. Gala is een Italiaanse en dat liedje ken ik. Het heeft een aanstekelijke beat – zeg ik dat goed? – en haar gerampetamp past bijzonder goed in het voetbalstadion. In het licht van de recente sportieve gebeurtenissen lijkt ‘Freed from Desire’ mij niet echt de vertaling van de gemoedsgesteldheid van de Belgen, en ook niet van de Belgische spelers mag ik hopen. De goesting zou nog moeten zijn toegenomen na die stunt tegen Brazilië.

Wat de Rode Duivels presteren is niet min en daar worden grote theorieën aan opgehangen. Zoals: het belang van de voorbeeldfunctie van deze superdiverse groep met mensen van Congolese, Marokkaanse, Albanese, Caribische en ook oer-Belgische afkomst. Die allemaal in de buurt van het miljoen per maand (gaan) verdienen en sommigen nog iets meer, wil ik er voor de volledigheid nog eens bij vertellen.

In die superdiversiteit zien sommigen een teken van de grote vooruitgang. Ze dwalen. De segregatie is in de sport aan de basis misschien nog nooit zo groot geweest en dat vertaalt zich in verkramping aan beide kanten: bij de Belgen en bij de Belgen met moslimachtergrond. Dat vertaalt zich op het terrein in kleedkamers waarin blote pietjes niet meer mogen, of kleedkamers mét blote pietjes maar dan zonder moslims. FC De Lange Tenen zal het hier wel weer niet mee eens zijn, maar kan zich de moeite besparen, ik weet waarover ik het heb.

Team Belgium

Bij het begin van dit WK schreef ik in Zeno een verhaal over waarom we geen wereldkampioen zouden worden. Omdat we geen land zijn met een teamsportcultuur. Dat was een voorspelling en die is meestal dodelijk in de sport. Ze mogen mijn ongelijk bewijzen. Ik eindigde gelukkig met een slag om de arm en de opmerking dat het allemaal snel kan veranderen: enkele trekkers en voorbeelden en Team Belgium zit op de rails.

Als oud-international Jamie Carragher mag toeteren dat de Engelse spelers nu al helden zijn, dan geldt dat zeker voor de Belgen. Ook al worden ze vierde zaterdag en niet eerste op zondag, ook al verliezen ze (misschien) vanavond, het belang van deze halve finale voor sportland België mag niet worden geminimaliseerd.

Het belang voor het land België zou ik dan weer niet overdrijven. Daar was heel wat rond te doen bij het EK, twee jaar geleden, en toen kwam de Noorse tv mij vragen of het land bij elkaar werd gehouden door de Rode Duivels. Ducttape voor een verdeelde natie, was toen een kop boven een artikel. Het echte, enige en grote belang van deze Rode Duivels is dat ze het land hebben bevrijd van zijn demonen. ‘Freed from Demons’ zou dus beter passen, in plaats van ‘Freed from Desire’.

Tenenkrullende arrogantie

De demonen van de Belgisch sport in het algemeen en het voetbal in het bijzonder waren Nederland en Frankrijk. Nederland zijn
we kwijt. Wij vonden Nederlanders verwaand en aanstellerig, hoe ze telkens naar het WK afreisden en de niet eens stiekeme hoop uitspraken dat ze gingen om wereldkampioen te worden. Die tenenkrullende arrogantie, daar heeft de Vlaming deze keer geen last van. Hun oprechte bewondering voor onze nationale elf, van wie ze de helft of zo hebben opgeleid en dat benadrukken ze maar al te graag, maakt veel goed.

Het zal wel pijn doen volgende zondag als België zijn WK-finale speelt (of niet, dit is geen voorspelling maar een hypothese). Ik heb al Nederlanders gehoord die luidop toegeven dat ze er moeite mee gaan hebben, met een Belgische wereldtitel. “Wij hebben drie keer geprobeerd en nu zouden jullie bij de eerste de beste gelegenheid… Het zal toch niet? Maar het is jullie gegund.”

Wat de Nederlanders af en toe maar steeds minder zijn voor de Vlamingen, zijn de Fransen steeds vaker voor de Franstalige Belgen: een rode lap op een stier als ze weer eens hoog van de toren blazen. Vlamingen hebben minder moeite met de Fransen omdat het twee gescheiden werelden zijn, die alleen bij skiën en de vakanties een beetje versmelten.

Onze Franse landgenoten kijken nog steeds massaal naar de Franse televisie en zijn veel meer geïndoctrineerd door de Franse cultuur, dan wij Vlamingen door de Nederlandse.

Zowel Frankrijk als Nederland kijkt vaak neerbuigend naar Vlaanderen en Franstalig België en de versie van hun taal die daar wordt gesproken. Daar bestaat een Frans woord voor: dédain.

De helft van de vragen op de persconferentie ging over Thierry Henry en hoe hij dat doet als coach. Ze hadden daar Dries Mertens moeten zetten. Die zei in het begin van het toernooi: “Henry? Spreek ik niet zoveel mee. Hij is hier op stage en leert meer van ons dan wij van hem.”

 

20180710_De-Morgen_p-15-mail 2

De schoonste ploeg van de wereld, in De Morgen van maandag 9 juli 2018

DE SCHOONSTE PLOEG VAN DE WERELD

Gisterennamiddag de training en de persconferentie geskipt, althans wat de lijflijke aanwezigheid betreft. In een opwelling van plichtsbesef wel alles gevolgd via de liveblog van Sporza. Eden Hazard en Romelu Lukaku zag ik zitten in de dug-out, rustig keuvelend, terwijl de anderen een baloefening in korte ruimte deden. Eden en Romelu zijn licht geblesseerd maar de plots zo trotse voetbalnatie der Belgen moet niet vrezen: het komt goed.

Als u van het bestaan van die liveblog van Sporza niet afwist, houden zo, het zal uw geestelijke gezondheid ten goede komen. In een poging om versneld alzheimer te ontwikkelen, keek ik tegelijk naar de liveblog op de pc naar het begin van de training van de Rode Duivels en op de iPad naar de Tour, er was nog 70 kilometer te gaan. Dat was niet veel spannender, om heel eerlijk te zijn. Pas toen ze begonnen te vallen, en dat gebeurde geregeld, werd het spannend: rijdt hij verder of stapt hij in de ambulance?

Over het nut van een opwarming laten zien op televisie, wil ik mij het hoofd niet breken. Er zijn vast marketeers die dat kunnen uitleggen, maar ik wil het niet horen. Ook het nut van het concept van vijftien minuten open training ontgaat mij volledig. Is het de leeftijd? Zou kunnen, maar ik ben begonnen in een tijd dat alle trainingen open waren. Ik ken sporten waar de trainingen open moeten zijn en waar de scheidsrechters (de jury in dit geval) zelfs komen kijken om te zien waar ze zich kunnen aan verwachten. Kunstschaatsen bijvoorbeeld.

Trainingen in sporten waar tactiek (soms, maar minder dan de trainer denkt) de doorslag geeft, horen gesloten te zijn. Ik werk voor een medium dat aan die training helemaal niks heeft. Wie voor de tv werkt, heeft prentjes nodig, dat is bekend. Hier zijn ook wat fotografen, die hun boterham moeten verdienen. Als ik denk dat ik moet klagen, dan kijk ik naar een fotograaf die het moet stellen met de open training en de persconferentie en verder niks.

Empirisch vastgesteld: de belangstelling voor de Belgen neemt hand over hand toe. Het begon met één buitenlander, Joël van L’Equipe die Eden Hazard heeft opgegeten. Maar nu komen er elke training meer cameraploegen, meer journalisten en ik voorspel dat voor de finale het turnzaaltje van het Guchkovo sportcentrum in Dedovsk te klein zal zijn.

Het besef dat ons klein landje bij de laatste vier van het grootste sportevenement ter wereld hoort, dat dringt stilaan door. Het is voor elke Belg wel wennen, behalve als die Eddy Merckx heet. Ik hoorde van een fietsgroep in de Dolomieten die de Belgische vlag op hun benen hadden geschilderd voor hun rit daags na de stunt tegen Brazilië. Van overal kwam Italianen, Duitsers, Nederlanders op hen af om hen te feliciteren.

Duitsland is wel eens bewierookt omdat het van fysiek, steriel voetbal van de jaren negentig is afgestapt en zwierig begon te spelen, maar wat dan te denken van de metamorfose van de Rode Duivels. In een recent verleden stond België model voor saai en verdedigend, voor een counter af en toe, voor een gepikt goaltje her en der. Op het EK van 1980 voor dat alles en voor brutaal voetbal er bovenop.

Vandaag schittert alles aan de Rode Duivels. Er wordt knap gevoetbald, veel gescoord en geen enkele speler staat bekend als een ellendeling. Hazard is zelfs zijn stigma van duiker kwijt. Dit is een ploeg om van te houden en dat zal van pas komen, te beginnen in de halve finale tegen Frankrijk. Wij hebben met de Russen wat hommeles gehad en toen moesten ze onze peren niet meer, maar Boris van de ulitsa weet daar niks van. Anna, onze reisbegeleidster, ook niet. Ik heb het haar verteld, van die perenboycot, maar dat begreep ze niet. Wij hebben peren zat in dit land, zei ze. Klopt, zelf empirisch vastgesteld in de supermarkt tegenover het hotel, dit even terzijde.

Dinsdagavond zal in Sint-Petersburg elke niet-Fransman of niet-Belg in het stadion op de hand van de Rode Duivels zijn. Overal waar je komt en ze met die worldcup bezig zijn wordt die nationale ploeg en dat land van ons bewierookt, tot je er bijna ongemakkelijk van wordt.

Frankrijk mag, met die Russische kleuren die dezelfde zijn, denken dat ze een eerste thuiswedstrijd spelen, het zal nog niet overlopen van de Belgische voetbaltoeristen, maar dit wordt dinsdag toch de eerste thuismatch voor de Belgen. Geef toe, dit is toch niet te vatten: België en de Rode Duivels of all people, zijn wereldwijd het meest geliefde team van de laatste vier die op deze worldcup overblijven.

Dat heeft te maken met de grootte van het land, uiteraard. Brave little Belgiumjaagt niemand schrik aan, maar Kroatië is nog kleiner en die kunnen ook zeer goed voetballen. Laten we beleefd blijven, alleen hebben die dan weer het nadeel dat ze nogal hevig zijn en makkelijk ruzie maken daar in hun Balkan. Tegen Engeland zullen zij de lieveling zijn van het publiek want Engeland is alleen geliefd in Engeland en bij enkele anglofielen daarbuiten. Nu met hun brexit hebben ze helemaal afgedaan. Het zou wat zijn als Engeland wereldkampioen wordt. Misschien wordt Theresa May dan afgezet en krijgt Nigel Farage de opdracht om Europa binnen te vallen. Het doet wat met een land, wereldkampioen worden.

Frankrijk heeft mooie voetballers en kan mooi voetballen, met de nadruk op kan, want ze willen niet altijd. Didier Deschamps stuurt zijn talenten soms de wei in met zoveel opdrachten in hun kop dat ze aan de bal te voorzichtig blijven. Bovendien blijft het Frankrijk, fanatiek geliefd in eigen land en nergens daarbuiten.

Wat België voor heeft op alle andere landen die hebben meegespeeld op de worldcup – met uitzondering van Brazilië misschien – is het immer mooie, altijd positieve, steeds weer aanvallende voetbal. Ook deze zin rolt maar moeilijk uit het toetsenbord: de Rode Duivels zijn de schoonste voetbalploeg van de wereld.

 

20180709_De-Morgen_p-15-mail

Na BEL-BRA: De Samba was rood in De Morgen van zaterdag 7 juli 2018

De samba was rood

Ze kunnen het. Martínez kan het. Opstaan voor de gelegenheid, het vereiste niveau halen en de slimheid aan de dag leggen om het sterkste voetbalteam ter wereld te kloppen. In Kazan heeft de gouden Belgische generatie de wereld definitief voor zich gewonnen.

Alles deden de Rode Duivels goed in hun grote examen in Kazan tegen Brazilië (1-2) en ze hadden ook nog eens geluk op het juiste moment. Gemiste Braziliaanse kansen in het begin, een snelle owngoal aan de andere kant en een omschakelingsdoelpunt van De Bruyne… dat allemaal nog voor de rust. Het grote Brazilië, de gedoodverfde wereldkampioen, kon de koffers pakken.

Moeten we het hebben over hoe de ploegen in het veld kwamen? Misschien wel, omdat het van belang is. Vooraf lagen de kaarten vrij duidelijk. Op basis van de naakte gegevens zou het België van tegen Japan, met al die ruimtes, kansloos zijn tegen het Brazilië van tegen Mexico. Alleen spelen teams vaak maar zo goed als de tegenstander toelaat en/of vereist om van te winnen. Echte topteams zijn in staat om hun niveau aan te passen aan de gelegenheid. Dit was het moment voor de gouden generatie Rode Duivels om hun niveau op te krikken en dat hebben ze gedaan. Met brio.

De twee teams brachten lichte (Brazilië) en minder lichte (België) wijzigingen aan. Marcelo nam zijn plaats terug in. Het systeem van de Seleção bleef die tot nog toe zo erg solide 4-2-3-1. Roberto Martínez bewees het gelijk van de media (grapje) die na de wedstrijd tegen Japan schreven dat Marouane Fellaini en Nacer Chadli in de basis thuishoorden en die de 3-4-3 in vraag stelden. Door Dries Mertens naar de bank te halen versterkte hij zijn middenveld met een vechtersbaas als Fellaini.

Ook bijzonder aan dat nieuwe middenveld was de hogere positie van De Bruyne. De sneeuwluipaard van City speelde tien tot vijftien meter hoger, tussen de linies en wisselde zelfs enkele keren van positie met een erg bedrijvige Eden Hazard. Beiden waren redelijk ongrijpbaar. Ergens in de tweede helft combineerden ze onder hun beidjes het hele Braziliaanse middenveld zoek. Dat was van het allerbeste dat op dit WK te zien was.

Verstikkende druk

Het was voor de Rode Duivels de vijfde uitwedstrijd op rij. De Kazan Arena kleurde vooral geel, groen en blauw en dat was een slecht voorteken. Desondanks blijft voetbal een spel van toeval, van geluk, maar geef de Rode Duivels krediet: geluk moet je afdwingen door op de juiste plaats te zijn als de bal in je voordeel valt en de juiste dingen te doen zodat het geluk in je voordeel kantelt. Je kan je afvragen, wat als de Brazilianen niet op de paal hadden getrapt in de zesde minuut, niet twee levensgrote kansen hadden gemist in de negende minuut. De heer Watals is geen voetballer, Fernandinho wel en hij verlengde een door zijn Man City-captain Vincent Kompany gemiste hoekschop van Nacer Chadli dan maar zelf in het doel achter een kansloze Alisson. Dat was al in de twaalfde minuut na een mislukt spervuur van de Brazilianen.

Hoewel die de bal het vaakst hadden waren de Belgen ook al een paar keer gevaarlijk geweest. De 0-1 was geen diefstal, wel tegen de gang van het spel. Dit scenario verzin je niet, op zoiets absurds hoop je niet, maar als het je in de schoot wordt geworpen, wat doe je dan? Doorgaan en hopen op nog meer geluk.

Er volgde een verstikkende druk, met meer Braziliaanse kansen, maar altijd was er wel wat besluiteloosheid van de gele garde of zat er een juist Belgisch been tussen. Later zou Thibaut Courtois zijn klasse een paar keer moeten etaleren, maar op het half uur kwam België met een doorslagje van de goal tegen de Japanners op 2-0. Het was Kevin De Bruyne die met een droge knal een perfecte tegenaanval afrondde. 0-2. Tegen Brasil. Wtf?

Steriel balbezit

Die tweede helft moest ook nog worden gespeeld natuurlijk en werd een beetje een kopie van de eerste. De Rode Duivels plooiden terug, maar er kwamen een paar hele mooie tegenaanvallen uit. De Brazilianen kregen het op de heupen, vervielen af en toe in steriel balbezit en probeerden het dan maar op de bekende manier. Eerst Neymar en dan Jesus lieten zich voor dood vallen binnen de zestien maar de Servische ref Milorad Mazic liep geen enkele keer naar de VAR.

Eerder had Tite al twee wissels gedaan. Willian was naar de kant gehaald voor Firminho en even later werd Jesus vervangen door de bij ons redelijk onbekende Renato Augusto, die in China speelt. Hij dook met nog een kwartier te gaan in de ruimte tussen Kompany en Vertonghen in en kreeg een bal op zijn hoofd geschilderd: 1-2 en het Braziliaans overwicht werd nadien – ere wie ere toekomt – een waar bombardement.

Er werd goed verdedigd door de Rode Duivels maar er werden dotten van kansen gemist door de Brazilianen. Het was een van die avonden waarin alles in de juiste plooi viel.

Tijd voor de huldes nu. Aan Romelu Lukaku die niet scoorde maar die een hele verdediging de schrik op het lijf joeg met zijn snelheid en zijn passeerbewegingen. Op het uur had hij de bal net te ver van de voet of het was voorbij geweest voor de Seleção.

De Bruyne-Hazard, het koningskoppel met de gouden voeten: hulde. Zij hielden in de prangende eindfase de Brazilianen aan de praat. De Bruyne werd man van de match, ruim verdiend. Thomas Meunier: proficiat en wat jammer van dat geel want hij is er niet bij in de halve finale tegen zijn Franse vrienden.

Vincent Kompany, die in een compactere verdediging veel weghaalde op dat ene doelpunt na. Thibaut Courtois: die laatste redding in blessuretijd, wat een save. Wat met de tweestrijd Neymar-Hazard, de twee beste linksbuitens van de wereld? Met verve gewonnen door die van ons. Van Ons, jawel.

 

20180710_De-Morgen_p-15-mail