Heinwee
De laatste week van de wintermercato is een interessante en de laatste dagen, die nu zijn aangebroken, zijn zo mogelijk nog interessanter. Anders dan zijn collega’s vindt Hein Vanhaezebrouck de winter het beste moment om in te kopen. Het laatste anderhalf jaar bewijst hij zijn grote gelijk als aankoper, die weet wat hij wil, en als coach, die weet wat hij met een speler wil.
AA Gent heeft zich weer gevoelig versterkt, dat bleek al meteen in de wedstrijden thuis tegen Club Brugge en uit bij Standard met een wervelende Wikheim en een stevige Deaux. Zelfs voor de regisseur Sven Kums hebben ze nu al een vervanger met Rob Schoofs. Gent denkt nog altijd vanuit het vroegere schaarstemodel: zuinig en goed inkopen, duur verkopen en verkassen wat overbodig is.
Ook Anderlecht heeft nieuwe spelers gehaald, maar of die een versterking zijn, moet nog worden afgewacht. De Brusselaars zijn niet zo bedreven in het laten renderen van wintertransfers de laatste jaren. En bij nader inzien zijn zomertransfers ook hun fort niet meer, nu niet iedereen die twee voeten heeft en een bal kan raken automatisch bij hen terechtkomt.
Hoe dat met Club Brugge zit, is ook niet duidelijk. Er is wat kwaliteit weg, die vooral op het laatst in de weg liep (Vázquez), maar of de transfers nu meteen verbredingen dan wel versterkingen zijn, moet nog blijken. Standard is ook een groot vraagteken. Die gekke/ geniale Knockaert is weg en Edmilson is gekomen, maar die liep in zijn eerste thuiswedstrijd al meteen te verdedigen. Dat was bij Gent wel anders geweest.
Interessant is ook hoe debad boys, of wie daarvoor doorgaan, door hun respectievelijke clubs worden geloosd. Standard heeft laten lekken dat de mensgeworden zeis Yatabaré terug zou moeten naar Olympiakos om dan weer te worden verkocht en inmiddels is hij verpatst aan Werder Bremen. Wellicht was dat ook de vurige wens van Standard, want Yatabaré heeft een al te hoog Boko Haram- gehalte als hij schoenen met noppen aantrekt. Het gevaar bestond dat hij binnenkort ook flink wat Belgische speeldagen aan zijn broek zou krijgen.
Benito Raman is al twee keer uitgeleend sinds hij in september 2011 als 16-jarige Tim Smolders kwam vervangen in de basis van Gent. De eerste keer was bij Beerschot, waar hij opviel door zijn doelgerichtheid en prompt werd gehuurd door de trainer van KV Kortrijk, Hein Vanhaezebrouck. Dezelfde die hem bij zijn Gentse kern hield bij het begin van het kampioenenseizoen, wat een goed idee was want Raman scoorde in de play-offs de 2-3 uit bij Club Brugge, een van de belangrijkste doelpunten in de geschiedenis van blauw-wit.
Dit seizoen liep het voor geen meter. Eerst was er het snookerincident en vervolgens opende hij met een volstrekt debiele oneliner de Gentse doos van Pandora. Dat ene zinnetje zorgt nu al weken voor beroering overal waar Club Brugge zich vertoont. Een pronostiek: Benito Raman speelt nooit meer in het Gentse blauw-wit.
Andere pronostiek: Anthony Vanden Borre speelt dra weer in het paars-wit. Zoals Yatabaré geen misdadiger is, en Benito Raman een hele aardige jongen is die het allemaal zo niet had bedoeld, zo zal Anthony ook wel een oké gast zijn. Of dat een goede reden is om terug te komen op eerdere statements als daar zijn “nooit nog in de A-kern”, “een mooie toekomst, in de B-kern” en “einde verhaal op Anderlecht” is niet zeker.
Dit is het nieuwe economisch realisme dat op Anderlecht wordt gepredikt, met financiële bazen die een hekel hebben aan kapitaalsvernietiging en dat is ongetwijfeld van toepassing op het dossier Vanden Borre. Een jaarsalaris naar paars-witte normen
en geen enkel rendement, daar moet een boekhouder gek van worden. Omgekeerd wordt een trainer gek als die in zijn niet al te stabiele kleedkamer uitgerekend de meest labiele van alle spelers door de grote poort ziet terugkeren, ongetwijfeld met een grijns op zijn gezicht. Dat is ook een verschil tussen Hein Vanhaezebrouck en zijn collega’s: hij heeft zijn kleedkamer in één zomer – die van 2014 – op orde gekregen en geregeld houdt hij grote schoonmaak. Met de steun van zijn bestuur, nóg een verschil. De periode na Vanhaezebrouck heeft nu al een naam: Heinwee.