Column Het moet anders (deel 2) in De Morgen van zaterdag 6 april 2024

Het moet anders (deel 2)

Marc De Cloedt, ook bekend als Marec, tekent elke dag in Het Nieuwsblad een cartoon voor de tweede pagina en eentje voor de sportpagina. Zijn cartoon gisteren: de achtergrond is een beetje blauwe lucht met hele donkere bergen. Daarvoor een wit blok, gele deurtjes, een rood kruis en daarboven clínica. Op de voorgrond: vier gele autootjes komen in volle vaart met zwaailichten aangereden. Boven de clínica hangt een woordballon: “De koers is van ons.”

Terug naar anderhalve week geleden. De avond van Dwars door Vlaanderen vond het startevent van het Jacques Rogge Olympic Studies Centre aan de UGent plaats. Een van de sprekers was professor Steven Verstockt met de keynote ‘Sports data science is changing the game’. Hij had het over artificiële intelligentie en hoe die ons leven in de koers makkelijker en veiliger zal maken.

Bijvoorbeeld voor de commentatoren, die in realtime info krijgen over wie voorop rijdt en wat die al heeft gewonnen. Maar, Verstockt en zijn team werken ook samen met de internationale wielerunie UCI om – timing is alles – het wielrennen veiliger te maken. Zo ontwikkelden ze een geospatiale functie die de gevaarlijke passages in de parcoursen moet detecteren. Vooraf en ook in realtime tijdens de koers kunnen renners worden gewaarschuwd.

Nog interessanter: Verstockt en co. hebben ten behoeve van de UCI een database aangelegd van valpartijen. Alleen, nou ja, in de uiteenzetting liet hij uitschijnen dat de samenwerking met het koerswezen en met name de UCI beter zou kunnen. Vooral aan de data-aanlevering mangelt het nog. Samengevat: dat planeet Koers wel wat meer interesse zou kunnen tonen voor de mogelijkheden van AI in de discussie rond veiliger wielrennen.

Bij Dwars door Vlaanderen duurde het anderhalve minuut na het aanzetten van de televisie voor ze gingen liggen met tachtig per uur, eergisteren was dat nog geen minuut. Eerst zagen we de bocht en de ravage van kermende renners en gescheurd carbon naast de weg. Later kregen we tot in den treure het kegelspel nagespeeld in slow motion.

Remco Evenepoel die met tachtig per uur over een gracht wipte en wegschoof. Marc Soler die over een betonnen greppel sprong en recht bleef, een beetje (maar dan zonder greppel) zoals Lance Armstrong in 2003 in de afdaling van de col de la Rochette. Jonas Vingegaard die samen met Jay Vine voor dood bleef liggen.De medische bulletins kent u. Drie groteronderenners in één klap uitgeschakeld en een rist anderen met hen. De oorzaak is inmiddels ook bekend, met dank aan een Baskische renner op X. Dat was een van die bochten waar de boomwortels jaar na jaar hoger waren komen te liggen en haast onzichtbaar het wegdek vervormden.

Dat verzin je toch niet? In de betere toertocht wordt dat soort obstakels aangeduid met fluoverf. Maar in het professionele wielrennen moeten renners in volle afdaling een bocht vol onzichtbare hobbels goed zien te nemen?

Had de AI van Verstockt hier kunnen helpen? Misschien niet, want bij een parcoursverkenning blijf je natuurlijk binnenkant bocht (om niet te verongelukken). In de wedstrijd ga je vol in de flauwe bocht en neem je de ideale lijn, de buitenkant met de wortels (om wel te verongelukken).

De crash van het Baskenland heeft alleen de snelheid gemeen met die van Dwars door Vlaanderen. De afdaling naar de Kanarieberg uit een parcours halen blijft een lapmiddel dat aan de essentie van het probleem – het peloton als niets ontziende, razende moordmachine – niks verandert. De afdaling van de Ronde van het Baskenland hoorde dan weer niet thuis in het parcours, althans niet zonder de nodige snelheidsremmende waarschuwingen en beveiliging.

Het moet anders en wel rap. Het wielrennen is een arme sport. Het hele WorldTour-peloton is de helft waard van Real Madrid of Manchester City. Toch zal dat arme wielrennen een substantieel deel van die magere inkomsten moeten investeren in research om te komen tot een veiliger sport.

Onderzoeksgebieden, het lijstje mag vrijblijvend worden aangevuld:

– kwaliteitscontrole en beveiliging van de parcoursen

– beveiliging van de renners

– samenstelling van de pelotons, ploegen

– snelheidsremmende maatregelen

– kwaliteitscontrole van de materialen (kader, geometrie, remmen, banden, profiel)

En voor alle duidelijkheid, iets wat de hallucinante discussie rond de chicane (meer een U-bocht) in Parijs-Roubaix bewijst: de renners zelf mogen/moeten worden gehoord, maar ze krijgen beter niet het laatste woord. Een onafhankelijke instantie moet op basis van objectieve data en criteria die sport tegen zichzelf in bescherming nemen.