
Leve de VAR
De kritiek op de Video Assistant Referee (VAR) heeft nog nooit zo hol geklonken als tijdens dit Europese kampioenschap voetbal. De kritiek varieert van:
– een knieschijf buitenspel, daarvoor is dit toch niet uitgevonden?
– een ferme speler staat dan altijd buitenspel
– voor een beetje handspel een goal afkeuren, belachelijk
– alle emotie verdwijnt uit het spel.
De regel die wordt toegepast door de VAR is dezelfde regel zoals die in 1863 is uitgevonden en in 1925 is teruggebracht van drie naar twee spelers achter wie de aanvaller moest blijven, en vanaf 1990 was dat op gelijke hoogte. Achter, gelijk of voor, het is hoe je het bekijkt.
‘Het is hoe je het bekijkt’ is een beetje zoals de ‘grensrechters’ tot de uitvinding van de VAR met hun vlagje zwaaiden en doelpunten afkeurden of niet zwaaiden en lieten doorgaan. De buitenspelregel is dus níét uitgevonden door en voor de VAR.
Wat men heeft geprobeerd met de introductie van de VAR is het objectiveren van de voor een mens onmogelijke oefening die erin bestaat dat je moet meelopen met de aanval, tegelijk inschatten wanneer de bal vertrekt en twintig meter verder of de aanvaller op datzelfde moment niet voorbij de voorlaatste speler staat.
Uit onderzoek bleek dat de refs in sommige wedstrijden bij de helft van de nipte buitenspelbeslissingen (en strafschoppen) er compleet naast zaten. Minimaal ging het om 10 procent foute inschattingen. De VAR is er dus gekomen om juiste beslissingen te nemen en een oneerlijk spel iets minder oneerlijk te maken. In een sport die vaak wordt beslist met één goaltje is het niet overdreven om die cruciale fases correct te beoordelen.
Oké, pechvogel Romelu Lukaku heeft drie keer gescoord op dit EK en twee keer was dat voor nipt buitenspel. Niet buitenspel staan of net wel kun je evengoed uitleggen als aanvallende luciditeit, die de soms wonderbaarlijke spits Lukaku op dit EK in de steek laat – hij miste een rist andere kansen.
Hoeveel hijzelf tegen Roemenië buitenspel stond (een knieschijf) is compleet naast de kwestie, omdat een beetje buitenspel niet bestaat. Je staat voorbij de op één na laatste speler met een deel van je lichaam waarmee je zou kunnen scoren of je staat er niet voorbij. Elke toepassing van de buitenspelregel is een oefening in landmeten, door een machine of door een mens.
De machine, dat staat buiten kijf, is juister. Maar dat het oordelen een beetje sneller zou moeten dan in de Jupiler Pro League en dat de beste technologie zich opdringt, dat spreekt vanzelf. De 3D-semiautomatische on/offside-beoordeling op dit EK werkt prima. Het afkeuren van het doelpunt van Oranje omdat Denzel Dumfries in buitenspel deelnam aan het spel duurde dan weer wat lang, maar dat was de schuld van een fotograaf die een sensorbakje had gesloopt.
De emotie gaat uit het spel en je niet weet of je een doelpunt mag vieren dan wel betreuren, stelde Jan Vertonghen. Weeral: naast de kwestie. Er zijn meer sporten met lage scores waarin (doel)punten achteraf machinaal moeten worden gevalideerd, van het kleine hockey tot de reuzengrote machtige geldmachine van het American football. Rare sport die emotie prefereert boven eerlijkheid.
Kritiek op de VAR wordt al te vaak verward met kritiek op de regels van het voetbal. Neem dat hands van Loïs Openda, onvrijwillig en zonder voordeel. Vroeger was dat doelpunt geldig. Het is niet de VAR of de chip in de bal die dat doelpunt afkeurt, het zijn de (stomme) regels die bepalen dat elke onbewuste offensieve hands een doelpunt annuleert.
Neen, de VAR is een zegen. Er kan nooit te veel VAR zijn. Maak er zelfs maar een VAR 2.0 van, bijvoorbeeld bij gemiste gemene fouten en rode kaarten tussen de strafschopgebieden. Niks zo erg dan een ref die een carrièrebedreigende aanslag op enkels en knieën laat passeren omdat hij het niet heeft gezien of zich omgekeerd laat vangen bij een toneeltje matennaaierij. In het rugby (en American football) wordt ook teruggekeken naar de hoge tackle en vliegen spelers alsnog naar de strafbank.
Marco van Basten, ten slotte, vond het sneu als ex-aanvaller dat de buitenspelregel spreekt van gelijke hoogte. Pas als een aanvaller volledig voorbij de voorlaatste verdediger staat, dan zou het buitenspel moeten zijn, aldus Van Basten.
Gelijk heeft hij, maar dat is de buitenspelregel, niet de VAR. Overigens zal de kwestie van de vijf millimeter knieschijf buitenspel er dan een worden van één millimeter hiel (achterste lichaamsdeel) die in 3D net wel of net geen contact maakt met de lange neus (voorste lichaamsdeel) van de verdediger. Iemand al gedacht aan buitenspel afschaffen?