Column Vamos Espana in De Morgen van zaterdag 13 juli 2024

Vamos Espana

Zondagavond om 21 uur spelen Spanje en Engeland de finale van het Europese kampioenschap voetbal 2024. Spanje werd dan wel niet bij de heel directe topfavorieten geklasseerd, voor aanvang was het een outsider waarmee rekening moest worden gehouden.

De halve finales hebben gebracht wat we van halve finales mogen verwachten: redelijk en bij momenten erg goed spel, afgewisseld met belabberd en saai voetbal. Het redelijke en goede overheerste, en dat was de verdienste van twee landen: Spanje en Nederland. Omdat die wilden voetballen, gingen ook Frankrijk en Engeland erin mee.

Spanje werd daarvoor beloond, Nederland niet, maar je moet al een hele fanatieke Nederland-fan zijn om niet toe te geven dat de Engelsen toch net dat ietsje meer hadden, getuige daarvan de actie van de ingevallen spits Ollie Watkins. Vergeleken bij dat kantje psychopathie van de ook ingevallen Wout Weghorst, dan weet je het wel.

Dat Nederland zo ver geraakte, heeft het trouwens te danken aan de Rode Duivels die nalieten om eerste te worden in hun groep, waardoor Oranje tegen het verrassende maar lang niet verrassend goede Roemenië mocht in de achtste finale.

Sommigen commentatoren en analisten vinden Euro 2024 een goed toernooi. Dat is wellicht het gevolg van een vooringenomenheid ingegeven door nabijheid. Omdat de baas een mooi hotel betaalde, met andere woorden, en ze volgende keer weer willen. Dit is natuurlijk geen goed EK geweest en als het zondagavond geen 10-9 wordt na verlengingen zal die laatste wedstrijd daar weinig aan veranderen.

Tot de finale is maar 2,28 keer per wedstrijd gescoord, een half doelpunt minder dan in 2021 toen het EK 2020 een jaar te laat werd afgewerkt. 2,28 is het laagste gemiddelde van deze eeuw, op de editie van 2016 na (2,12). Op dat verschil tussen 2021 en 2024 is niet direct een vinger te leggen. Is dat het gevolg van een postcovideffect? Of is het vele reizen tussen de elf verschillende speelsteden in elf verschillende landen in 2021 de oorzaak?

Nog een statistiek is die van het balbezit. Opvallend volgens de fetisjisten van de statistieken: de vier halvefinalisten waren allemaal teams die meer dan de helft van de tijd de bal claimden. Dat is het voorbeeld van slecht gebruikte data. Balbezit is de kwestie van de kip of het ei. Hebben ze zo vaak de bal en raakten ze daardoor zo ver? Of waren ze gewoon beter dan de anderen, geraakten eerder ver door hun surplus aan kwaliteit en hadden daardoor automatisch zo vaak de bal?

Overigens heeft het team met het meeste balbezit over het hele toernooi de duimen moeten leggen in de kwartfinale: Portugal had over alle wedstrijden 66,6 procent balbezit en dat betekent elke twee van de drie minuten. In de kwartfinale tegen Frankrijk hadden ze ook nog 60 procent de bal, maar ze verloren omdat hun doelman die een ronde eerder drie strafschoppen had gestopt er in deze strafschoppenserie geen enkele kon pakken. Voetbal, de grootste toevalsport die de mens heeft uitgevonden.

Wat ben je met balbezit als je zoals Portugal in de knock-outfase geen enkele keer kunt scoren? Idem voor juiste passes. Duitsland scoorde daarin het hoogst: 91,2 procent aangekomen passes is ook een record. Statistieken zijn gevaarlijk als men ze los ziet van de wedstrijden van de tegenstand. Tegen Spanje was die passnauwkeurigheid maar 84 procent. Ook de Spanjaarden bleven steken op een voor hen lage 86 procent.

Spanje blonk dan wel weer uit in de kolom balls recovered: 65 tegen 50 in de wedstrijd die het won tegen Duitsland, voor een totaal van 255 over het hele toernooi, een record. En wat doet Spanje met die gerecupereerde ballen? Aanvallen. In zijn geval 1.349 keer de bal raken in het aanvallende derde van het veld, 180 keer meer dan Engeland.

De Engelsen veroverden vijf ballen minder en liepen toch 2,5 kilometer meer per wedstrijd. Wat Spanje doet met de bal wordt wellicht bepalend voor de finale. Het schoot in die eerste zeven wedstrijden 108 keer op doel tegenover 66 keer voor Engeland. Zevenendertig Spaanse doelpogingen belandden binnen het doelkader, het dubbele van Engeland; ze scoorden dan ook dubbel zoveel goals.

Spanje is met afstand de aanvallendste ploeg van dit toernooi. Vamos España daarom, in het belang van het voetbal. Als Spanje de buitenspelers Nico Williams en Lamine Yamal in stelling kan brengen, dan is Engeland eraan voor de moeite. Het verdeelde Spanje dat een Europese titel cadeau krijgt van twee jongens met Afrikaanse roots, beiden op dit toernooi jarig (22 en 17 geworden), afkomstig uit separatistische regio’s die tegen La Roja supporteren, dystopischer wordt het voetbal niet.