Column Kwaliteit in De Morgen van zaterdag 26 oktober 2024

Kwaliteit

Vincent Kompany ligt onder vuur in Duitsland na de 4-1-nederlaag in en tegen Barcelona. Een week eerder klonk het nog dat ‘Kompany Ball’ het land aan het veroveren was, München en Beieren en daarbuiten deed heropleven. Das heitere Fussball (het vrolijke voetbal) was terug.

Oké, 4-1 is een zeperd, zonder meer, en voor de scorebordjournalistiek een aanleiding om alles meteen weer in vraag te stellen. Het helpt natuurlijk niet dat de stemmingmakerij begint bij de grootste krant van het land. Dat is ook de lelijkste, slechtste en gemeenste krant van Duitsland, die van onrust zaaien en ophitsen een uniek verkoopargument heeft gemaakt. Daarin is Bild geniaal.

4-1 verlies of niet, Bayern was echt sterk in Barcelona, het is niet anders. De 1-0 in minuut één had niet hoeven te vallen. Die had ook niks te maken met tactiek of naïef verdedigen, maar was het gevolg van een positionele fout. De 1-1 van Harry Kane was een knieschijf buitenspel. Die werd afgekeurd, maar daarna scoort Bayern wel een echte en verdiende gelijkmaker, weer van Kane, om vervolgens de bal op te eisen en Barcelona aan banden te leggen.

De 2-1 was een kantelmoment. Er was die niet eens subtiele duwfout op een Bayern-verdediger waarvoor de VAR altijd moest ingrijpen en die had een honderdprocentkans tot gevolg. Pech voor Bayern: de op revanche beluste Robert Lewandowski legde hem proper voorbij Manuel Neuer. Dat was om gek van te worden.

De rest van de wedstrijd was samen te vatten als: Bayern speelde best verdienstelijk, nam wat risico maar ook niet overdreven veel om ten minste op die 2-2 te komen na dat staaltje boerenbedrog, maar Barcelona was bij momenten geniaal en zijn efficiëntie was buitenaards.

In het begin van de tweede helft verscheen een statistiekje in beeld. Schoten op doel: drie voor Barcelona en vier voor Bayern, dat dubbel zoveel doelpogingen had. Toen stond het 3-1 voor Barcelona. Drie keer tussen de palen, drie keer binnen, dat is een mix van geluk en kwaliteit.

Voetbal is een raar spel, vandaar ook de aantrekkelijkheid. Het is vooral een raar spel omwille van de lage score, waardoor geluk en toeval een grotere rol spelen dan in welke andere sport ook, kleurenwiezen uitgezonderd.

Maar er is meer: voetbal is par excellence het balspel waarin momentane kwaliteit maximaal wordt beloond. Kwaliteit, zoals in één, twee, drie acties van Raphinha. Helemaal niet zeker dat Raphael Dias Belloli (zijn echte naam) die één, twee, drie acties vanavond tegen Real Madrid niet gewoon de nek zal omwringen, maar dat doet er nu even niet toe.

Hij deed het wanneer het moest, momentaan dus, dat is een onderdeel van het soms niet te vatten begrip kwaliteit. Momenten van kwaliteit zijn in geen enkele andere sport zo bepalend voor het eindresultaat als in voetbal.

Een tennisser kan een magistrale passeerslag slaan en toch nog twee punten later het spelletje, de set en de wedstrijd verliezen. Een basketbalspeler kan tien keer na elkaar de boel op een hoopje spelen, open doekjes ontvangen, maar zijn ploeg kansloos zien verliezen. Het Luka Doncic-syndroom, zeg maar. Idem voor de volleybalspeler: twee keer na elkaar naast het blok in de driemeterlijn gespijkerd, maar vervolgens een service in het net en set verloren.

Woensdag waren Raphinha en Barcelona een en al kwaliteit. Die 4-1 was van een zelden gezien meesterschap. Hoe hij de fantastische cross van Lamine Yamal (nog maar zeventien!) uit de lucht haalde met zijn borst, daarbij geen tiende van een kilometer snelheid verloor en dan de bal droog weglegde.

Kompany heeft zich niet verdedigd met de argumenten die hierboven staan opgelijst, omdat hij weet dat in het bij uitstek cynische voetbal alleen het eindresultaat telt. Hij nam het op zich en viel zijn team niet af, hoewel hij ook op het verschil in kwaliteit bij de spelers had kunnen wijzen.

Kwaliteit, en liefst één of meer bijzondere kwaliteiten, zijn ook criteria in de rekrutering van jonge voetbalspelers, meer dan in welke andere sport ook. Donderdagavond was daar een staaltje van te zien op AA Gent. Een Gentse counter werd kwalitatief (niveau Barcelona) opgezet en uitgespeeld, tot het moment dat de aanvaller oog in oog kwam met de doelman en de tweehonderdprocentkans vakkundig (niveau provinciale) de nek werd omgewrongen.

De hamvraag voor veel trainers is: kun je kwaliteit trainen? Het antwoord is neen. Je kunt herhalen en nog eens herhalen en de speler suf trainen op automatismen, maar de kwaliteit om de juiste beslissing op het juiste moment, met de juiste vaardigheden te nemen, lijkt talent en dat is grotendeels aangeboren.