
Oppergodin
Begin vorige week was een en ander te doen over het ‘nieuws’ dat voetbalclubs als AA Gent en Club Brugge info wilden over de lengtes van de ouders van hun jeugdspelers. Eén van die ouders had die vraag onverwijld naar een krant doorgestuurd en daar had men dat als een DDR-praktijk gelabeld.
Dat voetbalclubs een prognose willen over de verwachte lengte van hun speler, dat is de logica zelf. Je wilt geen energie steken in een centrale verdediger of een doelman die 1,75 meter zal worden. In de topsportschool volleybal of basketbal word je ook niet toegelaten als jij en je ouders klein zijn.
Meten is weten, maar dan weet je niet alles. Sportwetenschappers verbazen zich geregeld over de zogeheten outliers, atleten die niet in statistische modellen te vatten zijn.
Als selectie, detectie, meten is weten en prognose over de ontwikkeling ter sprake komt, moet het altijd gaan over Nina Derwael (25 jaar, 1,70 meter). Die heeft dit weekend nog eens twee keer goud behaald. Dat deed ze op een leeftijd die de meeste sportsystemen als te oud zouden kwalificeren.
Dat niet alleen. In de grootste sportlanden zou Derwael misschien niet eens hebben bestaan. In China, maar wellicht ook in de VS of in Rusland zou ze op jonge leeftijd zijn weggeselecteerd.
Derwael is ook in Vlaanderen gemeten, gewikt en gewogen. Ze scoorde op alle parameters hoog, maar was gebuisd op lengteprognose. Voor veel gymmodellen is dat een no go. Inmiddels is het een troef zoals ze als een libel door het zwerk zweeft, maar het is eraan te zien dat ze lang is.
Nog altijd moeten haar begeleiders vooraleer zij aan haar brugoefening kan beginnen die brug helemaal ombouwen opdat ze niet tegen een legger zou aanknallen of haar voeten de grond zouden raken. Derwael is zo’n outlier, niet alleen op vlak van lengte en daar moeten we heel blij om zijn.
Ze behoorde al tot het pantheon van de Belgische vrouwensport, oppergodin naast Nafi Thiam en Justine Henin. Wat ze dit weekend heeft gepresteerd, zet dat nog eens extra in de verf.
Het is compleet zinloos om rankings te maken, maar als de triomf van de wil in rekening wordt genomen, scoort zij het hoogst van de drie. Derwael is al bijna tien jaar een topsportbeest zoals Henin dat enkele gouden jaren is geweest en Thiam dat drie keer twee dagen op de Olympische Spelen tot een kunst heeft verheven.
In 2016 in de aanloop naar Rio zaten we buiten op een bankje bij het topsportinternaat. Journalistieke opa interviewt tiener-turnstertje, als dat maar goed zou komen. Geen speld kreeg je ertussen. Ze ratelde aan één stuk door over haar mooie leven, over haar doelen, over waar ze vandaan kwam en wat ze wilde.
Tussendoor gaf ze collega-gymnast Noah Kuavita een uitbrander omdat hij zijn enkel had verzwikt bij een illegaal partijtje voetbal. “Die heeft wel competitie dit weekend, hoor! Ik probeer het hier een beetje in de gaten te houden.”
Het zondagskind van zestien schrok niet van de vraag of ze wist dat zij internationaal als the next best thing aan de brug werd beschouwd, voorgeprogrammeerd om in Tokio in 2020 te schitteren. “Ik heb dat filmpje op YouTube ook gezien. Het zou kunnen, maar ook niet. We zien wel.”
Het was haar enige korte antwoord van die namiddag. Het vervolg is gekend. In Rio turnde ze de finale van de allround en werd negentiende. Een jaar later won ze haar eerste Europese goud, in 2018 en 2019 was ze de beste van de wereld en nog eens twee jaar later maakte ze alle verwachtingen waar met olympisch goud op de uitgestelde Spelen van Tokio.
Haar grootste prestatie moest ze dan nog leveren. Op 8 september 2023 schoot haar schouder uit de kom en moest ze worden geopereerd. Haar leeftijd, haar lengte, haar blessure, alle parameters wezen op einde carrière, maar Derwael revalideerde en hoe.
Op de Spelen van Parijs, haar derde inmiddels, greep ze net naast het brons. Nog zo’n ideaal moment om er klaar mee te zijn. Niet dus. De outlier in haar begon aan een vierde olympische cyclus, richting Los Angeles 2028.
Zelf is ze de eerste om haar dubbel Europees goud te nuanceren als zijnde ‘het moet nog beter’. Ze is al een paar jaar de underdog, maar met een bewonderenswaardige vastberadenheid om zichzelf opnieuw uit te vinden, klaar om te killen als het kan, zoals op het EK.
Meer dan de prijzen die ze nog pakt is Derwael een voorbeeld van wilskracht, van mind over body. Vrouwen hoeven zich niet beledigd te voelen, het is de enige mogelijke vergelijking: Derwael is de vrouwelijke Robert Van de Walle en dat is het ultieme compliment voor een Belgische atleet.