Column Tour 112, Duel 5 in De Morgen van zaterdag 5 juli 2025

Afgelopen woensdag gaf Netflix de derde jaargang van Tour de France, Au coeur du peloton vrij. Er komt geen vierde. Dat is maar goed. Ik heb woensdagavond de acht afleveringen gebinged. Dat wil zeggen, echt gekeken naar alles wat draaide om de strijd om het geel. Op dubbele of drievoudige snelheid bij sprintetappes. Vier keer sneller bij al het gezeur van de Franse ploegen – die in jaargang drie opvallend veel meer aan bod kwamen (zie hierboven).

Helemaal níét gekeken naar de aflevering over Mark Cavendish (aflevering zes) omdat de hele hype rond die 35ste ritzege en ‘het verbreken van het etappezegerecord van Merckx’ een weldenkend mens de strot uitkomt.

Voor eens en voor altijd: Cavendish heeft maximaal 35 keer vijftig meter op kop gereden en heeft ooit één dag een gele trui gedragen. Merckx heeft zijn 34 overwinningen en 96 gele truien behaald met als doel eindwinst in de Tour de France, wat hem vijf keer is gelukt. Daarnaast heeft Merckx ook drie keer de groene trui gewonnen, één keer meer dan Cavendish en ook één keer meer dan Jasper Philipsen en Wout van Aert bij elkaar opgeteld.

Als u toch zou besluiten te kijken naar jaargang drie, let dan toch vooral op Remco Evenepoel. De bimbo d’oro van Schepdaal is opvallend open, hij of zijn ploeg hebben bij de editing ook veel laten passeren. Dat siert hen. Die sneer bijvoorbeeld aan het adres van Jonas Vingegaard dat hij niet ‘the balls to race’ had en dat je die echt soms nodig hebt. In het laatste weekend zou hij de ballen van Vingegaard te zien krijgen.

Of die in scène gezette conversatie met Mikel Landa waarbij Evenepoel plots toegeeft ‘in mijn hoofd ben ik een beetje bang’. Je kan niet anders dan vaststellen dat Remco Evenepoel vorig jaar redelijk wat leergeld heeft betaald en dat hij daar alleen maar beter zal van zijn geworden. Of zoals Sam Bennett, een sprinter maar toch een (te?) slimme, toegeeft: “Wielrennen kan je op een ongelooflijke manier heel nederig doen voelen.”

Er zitten nog andere mooie passages in. Niet vanuit het kamp van Tadej Pogacar. Je merkt dat de toegang, voor het eerst in die drie jaar, erg beperkt was. Zo wordt vooral gefilmd na de etappes, of vanuit de auto van Andrej Hauptman, Pogi’s vaste sportdirecteur.

Bij Visma-Lease a Bike is dat helemaal anders. Die gooiden alle deuren open en zelfs tactische besprekingen werden gefilmd. Dat hadden ze bij nader inzien beter niet gedaan. Hoe Merijn Zeeman zichzelf daar een paar keer te kakken zet, oeioeioei. Die zit nu bij de voetbalclub AZ, maar die zullen ze toch echt niet missen.

Dat steenkolenengels – maar een fractie beter dan Louis van Gaal – waarmee hij het team probeert op te peppen, jeetje. En dan die ene laatste etappe waarin de ploeg alles op alles zet om drie minuten goed te maken op de leider… Daarin kiest Pogacar, nadat de geel-zwarten zichzelf helemaal total loss hadden gereden, zelf voor de aanval. Waarop Zeeman door de oortjes: “Come on Jonas, fuckin’ punish him.”

Waarna het bij Jonas Vingegaard helemaal in de benen slaat en hij zich plots tot zijn sportdirecteur en de ploeg richt: “Grischa, ik voel mij niet zo goed. Ik heb de benen niet. (even stilte) I’m sorry.”

Na de etappe valt hij wenend in de armen van zijn vrouw. Lastig. Ik ben opgegroeid met Eddy en Claudine, die gewoon thuis zat. Mijn voorkeur gaat uit naar een Tour zonder vrouwen in de mixed zone en als ze daar toch staan, dat ze niet beginnen huilen – niet de vrouw, niet de coureur en ook niet ‘de kids’ – maar ik moet mee met mijn tijd.

Laat wat hiervoor staat, uw pret niet bederven. Zou er ooit meer zijn uitgekeken naar een Tour de France dan naar deze 112de editie? In de vorige vier edities ging het tussen Tadej Pogacar (winnaar in 2021 en 2024) en Jonas Vingegaard (winnaar in 2022 en 2023). Dit is het vijfde duel en veruit het interessantste.

Voor het eerst komen ze met gelijke wapens aan de start. Geen zware valpartijen gehad (tenzij Vingegaard in Parijs-Nice), een bijna ideale voorbereiding, en twee complete teams om hen te ondersteunen.

In 2021 kwam Vingegaard nog maar juist kijken. In 2022 liet Pogacar en vooral zijn sportdirecteur zich ringeloren door een uitgekookt Jumbo-Visma. In 2023 (val Pogacar in Luik-Bastenaken-Luik) en in 2024 (moordcrash Vingegaard) was de strijd ongelijk. De ervaren Vingegaard, weliswaar met krassen op de carrosserie en haperingen in de software, tegenover Pogacar, anders en beter dan ooit getraind. Tegelijk meer dan ooit overtuigd van zijn superioriteit, een gevaarlijke combo. Deze Tour heeft alles om de mooiste ooit te worden.