Jongleren met gouden ballen
(onderaan PDF met grafische elementen)
De vijfde voor de Argentijnse, met groeihormoon opgekweekte fladderengel van Barça? Of toch de vierde voor die arrogante, geniale, egoïstische atleet van Real? Messi is favoriet voor de Ballon d’Or, en zo stond het van de week ook al heel even per abuis op de site van de FIFA.
Volgende week is trofeeënweek in het voetbal. Je zou het niet zeggen als je er onze kranten op naslaat, maar de meest prestigieuze voetbaltrofee die wordt uitgereikt, is niét de Gouden Schoen. Een prijs met een onmiskenbare verdienste omdat die de beste Belgische speler bekroont, welteverstaan op de Belgische velden.
Neen, dan staat de FIFA Ballon d’Or van maandag, voor de beste wereldvoetballer van 2015, enkele trapjes hoger. Nog nooit heeft een Belg die prijs gewonnen. Erger nog, nooit heeft een Belg op het podium gestaan. Zelfs in het jaar dat onze nationale elf de allerbeste ploeg van de wereld – toch volgens de FIFA World Ranking – is geworden, zal geen Rode Duivel het podium halen. Stof tot denken en relativeren, in de eerste plaats over die… eerste plaats. Op de longlist van 59 namen voor de Ballon d’Or stonden drie Belgen – Kevin De Bruyne, Eden Hazard en Thibaut Courtois. Toen de longlist een shortlist werd van 23 namen, was Courtois afgevallen. Nadat de shortlist drie genomineerden had gebaard, was er van Belgen geen sprake meer.
Deze FIFA Ballon d’Or bestaat vijf jaar en toch wordt met deze editie de zestigste verjaardag gevierd. Hoe dat komt? De originele Ballon d’Or is een uitvinding van de Fransen en was nogal eurocentrisch: van in 1956 tot 1994 konden alleen Europese spelers in Europa winnen. Dus is er op de lijst in 1995 wel ineens sprake van George Weah, de Liberiaan en voorlopig enige Afrikaan, maar niet van Pele, Garrincha of Maradona. Vreemd genoeg dan weer wel van Di Stefano (Argentijn van geboorte) en Eusebio (die uit Mozambique kwam) omdat die door Spanje en Portugal geassimileerd werden, zoals dat toen heette.
De FIFA vond de Ballon d’Or met te veel voetbaleer gaan lopen. De sluwe secretaris-generaal van de wereldvoetbalbond die ook graag Afrika en Zuid-Amerika een prijsje gunde (en zelfs wat meer hebben we recent geleerd) vond daar wat op. Het was de verguisde Sepp Blatter die de FIFA Player of the Year Award in het leven riep en meteen pimpte met een grootse show. Die prijs begon in 1991 en is negentien keer uitgereikt, telkens parallel met de Ballon d’Or. Twaalf keer gingen de twee prijzen naar dezelfde voetballer, die dus twee keer mocht opdraven. Nadat tussen 2005 en 2009 vijf keer op rij telkens dezelfde voetballer de twee prijzen won, zijn die gefuseerd en daarom is de vijf jaar oude FIFA Ballon d’Or maandag tegelijk zestig jaar oud.
El Conejo Dopado
Wat die Gouden Bal ook bijzonder maakt, is het magazine dat de prijs al zestig jaar organiseert en mee beheert. France Football staat erop om in het eerstvolgende nummer na de uitreiking een interview van de winnaar te publiceren. Dat verklaart meteen de gelaatsuitdrukkingen voorafgaand aan de uitreiking: de winnaar die weet dat hij wint en die zijn best doet niet al te veel te blinken en de verliezers die de bui zien hangen, want: niet geïnterviewd.
Het interview moet dus vooraf en liefst discreet gebeuren, maar de sportpaparazzi liggen op de loer. Zo meende Tuttosport in 2006 uit een vreemd bezoek te kunnen afleiden dat Gigi Buffon had gewonnen en wel met vijftig punten verschil. Fout, en toch was het groot nieuws. Zo groot dat de echte winnaar Fabio Cannavaro heel lang de France Football-journalist niet wilde geloven toen die op hem toestapte, hem vertelde dat hij had gewonnen en hem vroeg of ze hem thuis konden interviewen.
Overigens is Cannavaro een van de meest omstreden winnaars ooit. Niet alleen omdat hij de eerste verdediger was sinds Franz Beckenbauer en Matthias Sammer, ook niet omwille van het verdedigende voetbal van de Azzurri op het WK van 2006, maar door de vieze zaakjes waarin hij was betrokken. Cannavaro speelde een seizoen eerder bij het Juventus dat moest degraderen na een omkoopschandaal. Misschien had hij met die affaire niet rechtstreeks te maken, maar in 2005 was een video-opname opgedoken van Cannavaro die liggend op het bed daags voor een UEFA Cup-finale een infuus krijgt en duidelijk en in volle ernst over doping praat. “Dat was een grapje”, hield de Italiaan vol en hij won de Ballon d’Or en de FIFA Player Award van 2006.
Van doping gesproken: als Lionel Messi wint – en daar heeft het alle schijn van nadat een journalist hem heel even als winnaar op de site van de FIFA zag staan en daar een schermafbeelding van nam – zullen ze in Madrid schimpen. Niet op La Pulga of De Vlo, maar op El Conejo Dopado, het gedopeerde konijn zoals de Argentijnse fladderaar van de aartsvijand liefkozend wordt genoemd. Er is iets van. De gang van zaken mag dan al gekend zijn, geen reden om die niet minstens om de zoveel tijd te herhalen: na zijn verhuizing naar Catalonië kreeg Lionel Messi als opgroeiende tiener van zijn club FC Barcelona een behandeling met groeihormoon cadeau en werd 1m70, wat een erg succesvol eindresultaat is voor zo’n hormonale behandeling.
Een wielrenner met die voorgeschiedenis had natuurlijk nooit gekoerst, maar Lionel Messi is een voetballer en is speelgerechtigd. Hij was het afgelopen jaar, behalve dan voor de Madridistas, zonder discussie de beste voetballer van de planeet. Hij won alle trofeeën die hij kon winnen, zoals de Champions League, de beker en de titel in Spanje, de Europese Supercup en het WK voor clubteams. Hij was bepalend in alle cruciale wedstrijden. Zijn concurrent Cristiano Ronaldo – CR7 – won niks, maar scoorde in 2015 wel meer goals: 48 tegenover 43 voor Messi, die structureel dan weer meer assists op zijn naam heeft.
Episch duel
Cijfers zeggen niet alles, want als de statistici zouden beslissen, dan kregen we een totaal andere klassering. Volgens onderzoekscentrum CIES, dat zich baseerde op de gegevens van data-analist OPTA, waren de beste spelers van 2015 Thiago Silva, Dani Alves, Ilkay Gündogan, Santi Cazorla en Mesut Özil. Lionel Messi stond op zes en kreeg daarom een plaatsje in het CIES- dreamteam, samen met Kevin De Bruyne en Eden Hazard overigens.
Maar voetbal is geen repetitieve sport, wel een spel van momenten en Ronaldo en Messi zijn de meesters van het moment. Al gaat het op de duur wel vervelen. Sinds 2007, toen Ricardo dos Santos Leite – beter bekend door zijn rare roepnaam Kaká – de trofee won en CR7 en De Vlo tweede en derde werden, hebben ze de zeven volgende jaargangen netjes onder hun beiden verdeeld. Eén voor Ronaldo in 2008, dan vier op een rij voor Messi en de laatste twee jaar weer Ronaldo.
Veel heeft te maken met de verandering van het kiessysteem. Oorspronkelijk bestond de jury uit 96 journalisten. Nadat de FIFA aan boord kwam, werd het een panel van vijfhonderd notabelen, bondscoaches, team captains van nationale ploegen en media, maar dan op zijn FIFA’s: uit alle 209 federaties.
In 2010 hadden de journalisten onder de stemgerechtigden voor Wesley Sneijder gekozen, maar de vox populi koos voor Messi; in 2013 was Franck Ribéry de favoriet van de journalisten, maar het werd Ronaldo. Gemakzucht en gebrek aan kennis van het wereldvoetbal in die kleine voetballanden? Dat zal wel, maar toch lijkt het dat deze twee heren een episch duel aan het uitvechten zijn. Sinds de komst van Ronaldo (van Man. United) naar Spanje hebben ze elk bijna 300 goals gescoord, maar wie is nu de beste voetballer van deze planeet?
Het antwoord is (wellicht) Lionel Messi. De tweeëneenhalf jaar oudere Ronaldo is een veel betere atleet, een betere kopper en scoort makkelijker vanop strafschop. Ze houden elkaar in evenwicht op het gebied van scorend vermogen en flirten daarin met de perfectie. Messi heeft een betere pass, een (nog) betere vrije trap, maakt zijn ploeg veel beter dan Ronaldo die van hem en is gedisciplineerder.
Overvolle prijzenkast
Opvallend: Ronaldo is Nike, Messi is Adidas. Uit de meeste (subjectieve) schoenentests blijkt dat de Superfly CR7 van Ronaldo beter scoort dan de Messi 15. Cristiano Ronaldo is ruim beter vergoed voor commerciële hand- en spandiensten: 24,8 miljoen euro tegenover 20,2 miljoen euro.
Misschien zijn de prijzenkasten toch iets relevanter dan de schoenen en de bankrekeningen. Real Madrid heeft met de grootste omzet van alle sportclubs in de wereld beduidend meer te besteden dan FC Barcelona, maar tegenover de vier Champions Leagues en
de zeven landstitels van Messi en Barça zetten Ronaldo en Real maar één Champions League en één landstitel. Ronaldo werd wel eerder drie keer kampioen in de Premier League met Manchester United en won ook één Champions League in Engeland.
Messi de international is ook nog eens wereldkampioen geworden met de U20, werd tweede op het grote WK in 2014, twee keer tweede in de Copa America en – ook niet te versmaden en vaak vergeten – won olympisch goud in Peking. Cristiano Ronaldo verloor een EK-finale in 2004 in eigen land, tegen Griekenland godbetert, en dat was het dan.
Voor een interview met pit moet je dan weer bij CR7 zijn. Zo boeiend en onvoorspelbaar het voetbal van Lionel Messi, zo slaapverwekkend en voorspelbaar zijn quotes.