Save Roberto
Roberto Martínez heeft een probleem. Hét probleem waarmee wel meer trainers en lieden van gezag te kampen hebben als ze een tijdje op dezelfde plek zitten en de goegemeente, aangevuurd door de media, een beetje uitgekeken geraakt op die figuur.
De grote paniek veroorzaakt door de 1-4 tegen Nederland was een beetje gaan liggen door die 6-1 tegen Polen. Weinigen die durfden door te analyseren: die 1-4 was overdreven en die 6-1 nog meer. Dat was eindeseizoens-toevalvoetbal op zijn best, met spelers die binnen dezelfde ploeg op twee gedachten hinkten, vol aanvallen of toch maar een beetje op safe, en weerbaarheid die smolt naarmate het einde naderde.
Na die 6-1 volgde een 1-1 in Wales. Late gelijkmaker, vintage Wales zeg maar, want dat flikten ze ook twee keer tegen Nederland, dat daar in twee hoteldebotel-eindfases alsnog onderuit geraakte door een late winning goal.
Roberto Martínez heeft een probleem als naast zijn resultaten – voor wat die waard zijn in een onzincompetitie als de Nations League – ook randzaken mee worden vermeld in achteraf-analyses. Zoals zijn salaris: 3 miljoen euro per jaar, stond ergens. Als dat klopt, is dat goed betaald. Ik denk niet dat ooit in België een trainer meer zal hebben verdiend, maar de man heeft dan ook een duobaan: bondscoach en technisch directeur. Hij is een harde werker, zegt iedereen rondom hem. Voor 3 miljoen mag dat.
Roberto Martínez heeft een probleem omdat hij een paling is. Dat heb ik zelf ondervonden in interviews, waarbij moet benadrukt dat hij steeds antwoordt, altijd beleefd blijft en geregeld erg zinnige dingen zegt. Maar tegelijk er wel zorg voor draagt het narratief te controleren, duidelijk mediagetraind. Als de vraag hem niet aanstaat, geeft hij aan het gesprek een draai die je niet zag aankomen. En als je denkt dat je hem klem hebt, glibbert hij weg in een woordenbrij waar je ter plekke geen antwoord op kunt verzinnen. Nadien bij het beluisteren van het bandje kun je alleen maar glimlachen: well done, Roberto.
Roberto Martínez zou geen probleem mogen hebben want hij heeft het niet zo slecht gedaan in die vier wedstrijden voor de Nations League. Zeven punten op twaalf, middels één nederlaag, twee overwinningen en een gelijkspel, dat is redelijk. Oké, nemesis-van-altijd Nederland deed beter en kwam winnen in Brussel. Daarom hebben zij in de groep een streep voor. Maar Frankrijk en Engeland: twee punten uit vier wedstrijden. Italië vijf uit vier, Duitsland zes uit vier.
En toch heeft Roberto Martínez een probleem. Veel heeft te maken met het aflopen van zijn contract na de World Cup. De voetbalbond wil dat met zes maanden verlengen, maar Marc Degryse en Jan Mulder hebben al laten weten dat ze dat niet zien zitten. “Het is afgelopen met de leerschool van professor Martínez,” aldus Mulder, om er haastig aan toe te voegen: “Ik heb me nooit echt aan hem gestoord.” Dat is de hypocrisie en kontendaaierij van de analist ten top, vele malen erger dan palinggedrag.Is een langere verlenging echt geen optie? Martínez heeft zijn probleem ook zelf ten dele veroorzaakt. De barsten in zijn pantser waren tot voorheen amper te zien, niet groter dan haarlijntjes. Deze campagne zijn daar twee kraakjes bijgekomen en die hebben aanleiding gegeven tot nieuwe analyses waarbij de ondertoon duidelijk is: het is einde verhaal voor de man die zes jaar lang bondscoach was.
Zes jaar heeft het geduurd voor Martínez een klein kantje liet zien. Zijn analyse van het VAR-moment tegen Wales (de gelijkmaker) was de ontkenning van het licht van de zon: er bestaat nu eenmaal zoiets als perspectief en dan lijkt het alleen maar alsof parallelle lijnen niet parallel lopen. Een uitschuiver. Daarmee gaf hij de ruimte weg waarin de gebuisde ex-bondscoach René Vandereycken als analist dankbaar kon duiken.
Martínez’ reactie op Louis van Gaal die iets sarcastisch zei over de Gouden Bal voor Kevin De Bruyne of voor Noa Lang kan ook te maken hebben met de eeuwige vete tussen Van Gaal en de familie Cruijff, aan wie Martínez via zijn vriendschap met Jordi C. onvoorwaardelijke trouw heeft gezworen. Iets betere coaching van zijn entourage over de ondertoon van Van Gaal had kunnen helpen, maar het was ook niet meer dan een emotionele uitglijder. Dat haast niemand het glas halfvol ziet nadat hij in Polen een onuitgegeven elftal matuur neerzette en naar een overwinning coachte, is opmerkelijk.
Het is duidelijk: de messen zijn geslepen. Het is tijd voor een nieuwe bondscoach, aldus de media, een die ze bij voorkeur op de zenuwen kunnen werken van bij de eerste kennismaking. Dat maakt de job van journalist en analist veel spannender.