Rusthuis Jupiler Pro League
Gisteren in de krant, na de thuisnederlaag van Anderlecht tegen Gent: zelfs als de ploeg het laat afweten, blijft Zeno Debast, 18 nog maar, overeind. “Ik probeer gewoon elke match mijn best te doen. We hebben zes goede opties achterin. Elk van hen is in staat om er te spelen.”
Waarna de krant hem voor de voeten gooit dat er straks met Jan Vertonghen een brok kwaliteit en ervaring bij komt. Voetballers, hypocrieter vind je ze niet in de sport. Debast gaat in safe modus. “Een geweldige aanwinst voor Anderlecht, ik ben blij. Ik kijk er nu al naar uit om dagelijks met hem te werken. Jan kan deze groep, en vooral de jongeren, enorm veel bijbrengen met zijn ervaring.”
Tot zover de bullshit.
Zo ging het echt. “Wablief, Vertonghen. Diene ouwe pee? Zijn ze nu helemaal zot geworden daarboven? Het loopt nu zo goed in onze verdediging en ik maak zelfs een kans om mee te gaan naar de World Cup als ik veel kan spelen.
“Doen wij het dan zo slecht? Kijk hier, vijf tegendoelpunten in zes wedstrijden. Het minste van de hele 1A, samen met Antwerp, en die staan daarmee aan de leiding. Nu gaan ze ons een beetje door elkaar klutsen, terwijl ons probleem het middenveld en de aanval is. Die houden geen bal vast of geraken niet tot in de backlijn.”
Voor alle duidelijkheid en speciaal voor de generatie millennials en jonger en uiteraard desgevallend ook voor bestuur en management die met elkaar gemeen hebben dat ze soms moeite hebben om ironie van realiteit te onderscheiden: de Debast-quotes zijn verzonnen. Bovenstaande is alvast een weinig risicovolle gok. En de logica zelf als er ook maar een beetje topsporthart in Debast zit.
Ik ben opgegroeid in de jaren zeventig toen elke Belgische eersteklasser er een erezaak van maakte om uit te pakken met een versleten grootheid, bij voorkeur een buitenlander. De opvallendste naam heb ik altijd Josef Masopust gevonden. Zes jaar nadat hij de finale speelde van de World Cup 1962 in Chili en de openingstreffer scoorde tegen Brazilië, en in datzelfde jaar de Gouden Bal als Europees voetballer van het jaar kreeg, belandde die zowaar bij Crossing Molenbeek, later Schaarbeek.
Dat was augustus 1968. Kolonel Masopust van legerploeg Dukla Praag was toen al 37 en tot op de draad versleten. Al bij al een goede move van Josef, want hij zat net veilig en wel in Brussel toen de Russen een einde maakten aan de Praagse Lente. Voor de TikTokkers: even opzoeken wat dat precies was. Een tip: een soort mini-Oekraïne.
Om een lang verhaal wat in te korten: die grootheden bakten er doorgaans niks van. Onze eersteklassers veranderden gaandeweg het geweer van schouder en de Belgische eerste klasse werd vanaf eind vorige eeuw een opleidingscompetitie. De Belgische jeugdwerking leverde mooie voetballers af en de slinger ging helemaal de andere kant op. Een aantal van onze betere jeugd vertrok zelfs naar het buitenland zonder ooit een wedstrijd te hebben gespeeld in de eerste klasse.
De bekendste zijn Thomas Vermaelen, Toby Alderweireld, Jan Vertonghen en Radja Nainggolan, die recht vanuit de jeugd van Beerschot door het buitenland werden weggehaald. De eerste drie aanvankelijk naar Ajax, om van daaruit aan hun omzwervingen te beginnen, de woelrat van Sint-Anneke naar Piacenza, waarna die ook aan zijn Italiaanse omzwerving begon.
Anno 2022 heeft het rust- en verzorgingstehuis Jupiler Pro League een nieuwe vleugel geopend: alle internationals van de gouden generatie die menen nog aanspraak te kunnen maken op een plekje in de selectie voor de aanstaande World Cup zijn welkom.
Ze krijgen goed te eten, worden goed verzorgd, krijgen een dik pensioen en worden – het allerbelangrijkste – geregeld opgesteld in wedstrijden die er toe doen en dat onder alziend oog van de bondscoach.
Vincent Kompany was de eerste, in 2019 al. Hij was nog maar 33 toen hij – ook op de draad versleten – terugkeerde naar Anderlecht. Het bleek geen succes. Simon Mignolet (31) wel. Bij Club Brugge. Vermaelen keerde ook terug, ook versleten, maar dat was niet erg want hij werd assistent-bondscoach. Vorig jaar was het dan de beurt aan Radja Nainggolan. Die is maar half versleten, heeft dit jaar het geluk dat hij geen Europese midweek moet spelen en heeft geen ambitie meer als international.
Dat ligt anders voor Toby Alderweireld en Jan Vertonghen, die ook een veilig en goedbetaald onderdak in België zochten en vonden in de hoop op speeltijd en een Qatar-selectie. Met die oude mannen kan het vriezen en kan het dooien straks op die bloedhete World Cup, maar als ik van de bondscoach was, ik timmerde alvast naarstig aan een jonge flukse verdediging.