CULTUUR EN SPORT
Cultuur zal in 2014 net geen 480 miljoen euro hebben gekregen van de begroting van de Vlaamse overheid. Per Vlaamse inwoner is dat 75 euro. Sport kreeg net geen 130 miljoen euro, ongeveer 20 euro per inwoner. De hele topsport krijgt in Vlaanderen 24 miljoen euro overheidsgeld. Alleen al de Koninklijke Muntschouwburg krijgt, weliswaar uit nog een andere pot, 33 miljoen euro subsidie.
De sporttrainer wordt, als hij al wordt vergoed, door zijn sporters betaald; de muziekleraar door de Vlaamse overheid. De sportsector is veruit de grootste sociale deelsector in Vlaanderen, maar veruit de minst gesubsidieerde.
Ooit waren het boeren die zeurden, nu is dat cultuur, terwijl de sport veel meer reden heeft tot klagen. We moeten ons gelukkig prijzen dat de cultuur geen traktoren heeft, maar hoogdravende manifesto’s, zoals: besparing op cultuur werkt de verzuring en verruwing van onze maatschappij in de hand! Is dat zo? Er zullen door de besparing jobs sneuvelen! Ja, maar er sneuvelen overal jobs en dat is al een tijd aan de gang.
Heeft men ter compensatie voor de 7 procent besparingen al gedacht aan een prijsverhoging? De consument van de gesubsidieerde cultuur behoort doorgaans tot de betere klasse die de luxe heeft om binnen het persoonlijk budget aan cultuur te doen. Ik heb ook die luxe, maar ieder zijn folie: ik prefereer een nieuwe koersfiets.
Zomaar een voorbeeld. Het dansgezelschap Rosas wordt getroffen door besparingen. Zal een minder bedeelde inkomensklasse binnen onze Vlaamse cultuurminnende bevolking moeten afhaken, als Rosas de prijzen van de tickets verhoogt? Natuurlijk niet. Er zijn genoeg studies die aantonen dat men meer wil betalen voor een voorstelling dan de vraagprijs. Het omgekeerde is niet waar. Rosas mag nog 1 euro vragen per voorstelling, of zelfs open deur houden, er zal nooit een kansarme Roma-familie komen kijken.
Noemen we een kat toch gewoon een kat: de subsidieverhoudingen in dit land zijn scheefgetrokken. In één en dezelfde legislatuur was Bert Anciaux tegelijk de slechtste minister van Sport en de beste minister van Cultuur ooit. Het is duidelijk waarom. Dankzij hem werd cultuur overgesubsidieerd en bleef sport het ondergeschoven kindje op het ministerie van Cultuur. Maar sport protesteert niet en schrijft ook geen manifesten. Dat is niet altijd slim want zo slikken ze elke besparingsronde, tot ze zullen moeten vaststellen dat de sport onbetaalbaar of – erger – niet meer veilig kan worden georganiseerd.
Hoeveel Vlamingen zou onze gesubsidieerde cultuursector bereiken? Weten ze eigenlijk wel hoeveel cultuurconsumptie er is? De sportclubs in Vlaanderen hebben 1,4 miljoen leden, die effectief lidgeld betalen, en volgens de KU Leuven doen 3,8 miljoen Vlamingen geregeld aan sport.
De sport en de sportvereniging zijn bovendien de grootste democratiserende en integrerende krachten voor een maatschappij. Dat is cultuur niet. Ondanks het vele geld dat haar is toebedeeld, is dat altijd een passe temps voor een elite gebleven.
Met andere woorden: de familie Roma zal nooit de weg naar het toneel vinden, maar met de juiste impuls wel naar de sportclub. Zouden we daarom niet beter inzetten op sport? Het is wachten op de regering die de bedragen voor cultuur en sport omwisselt.