Tokio naar de maan in 2021 in De Morgen van zaterdag 28 maart 2020

Tokio mikt ook in 2021 op de maan

€ 2,45 miljard bedraagt de extra factuur van het uitstel, boven op de officiële kosten van 11,25 miljard De Olympische Spelen zijn een jaar opgeschoven, een primeur in de geschiedenis van de hypergecommercialiseerde sport. Deze krachttoer kwam niet zomaar tot stand. Wie wint of verliest hierbij?

1. Hoe zijn Tokio en Lausanne alsnog tot inzicht gekomen?

Er bestaat een foto van het telefoongesprek van de Japanse eerste minister Shinzo Abe die in de privéresidentie samen met zijn olympische staf met het olympisch hoofdkwartier in Lausanne in overleg is. De Japanners – twee vrouwen links, twee mannen rechts en Abe in het midden geflankeerd door een tolk – zitten aan een laag tafeltje. De ene leunt achterover en leest een document, de andere kijkt sip naar de tafel, de minister van Olympische Zaken noteert, net als de gouverneur van Tokio.

Shinzo Abe luistert naar de vliegende schotel op zijn tafel. Even later zal hij te horen krijgen dat hij het nieuws van maximaal één jaar uitstel aan de wachtende journalisten mag melden. Het Japanse nieuwsagentschap Kyodo is eerst. Na bijna veertien dagen van telefoons, vergaderingen, onderhandelingen is de eerste horde genomen. Nu komt het zware werk. Zoals Thomas Bach zei: “Iedereen zal compromissen moeten sluiten.”

Stafleden van het Internationaal Olympisch Comité (IOC) hebben als eersten de mogelijkheid tot uitstel – aanvankelijk naar de herfst van 2020 – geopperd. De Japanners wilden daar niet van weten.

Toen uw krant op 9 maart bij Thomas Bach op audiëntie was, werd hem die vraag gesteld. “We bestuderen verschillende scenario’s. Er is geen plan B.” De meeste media onthielden alleen die laatste zin, dat paste mooi in de framing van de slechterik Bach en het wereldvreemde IOC. Bach, typisch voor een voorzitter in een ivoren toren, had tot dan het standpunt van Abe verdedigd: “Wij gaan voor 24 juli. Tegen die tijd hebben we dat virus hier volledig onder controle.” Zijn werkmieren wisten beter.

Het kantelpunt kwam van de partner van het IOC in gezondheidsmateries, de World Health Organisation. Die gaven SARS-CoV-2 op 11 maart een upgrade van epidemie naar pandemie. Een bron dicht bij het dossier: “Dat liet alle alarmen afgaan. Bij ons in Lausanne, bij de sponsoren die begonnen te bellen, maar nog niet echt in Tokio.” Later zouden ook enkele olympische comités bezwaren opperen en lieten de atleten van zich horen, maar dat was een detail. Het ondenkbare was dan al werkelijkheid, maar nog niet bekend.

Dat het nog tot 24 maart duurde voor de wereld het wist, was een gevolg van veel overwegingen. Eens de Japanners overtuigd waren van de omvang van het probleem op wereldschaal, moesten alle actoren worden geraadpleegd. Rechtenhouder NBC, dat 1 miljard dollar betaalt voor deze Spelen, was snel om. Die wonen tussen 5th en 6th Avenue in het desolate Manhattan en zagen de bui die nu New York vol treft al hangen.

De sponsoren waren ook vragende partij voor een noodscenario. Geen sponsor wil worden geassocieerd met een event dat de gezondheid van de bezoekers in gevaar brengt. Het meeste werk, aldus insiders, was het doornemen van de contracten. Tussen het IOC en Tokio waren ze er snel uit: het IOC zou de Spelen niet terugtrekken, Tokio zou niet procederen. De factuur, daar moesten ze later zien uit te komen.

Tussen Tokio en de toeleveranciers, dat was een ander paar mouwen. Het olympisch dorp, hoe moest dat gaan? Die chique flats met uitzicht op Tokyo Bay die de bouwpromotor volop aan het verkopen was met de belofte dat ze uiterlijk in oktober beschikbaar waren, een jaar later dan maar?

Wat met de gehuurde ruimtes, niet alleen voor de kantoren van het Tokyo Organising Committee of the Olympic Games (TOCOG), maar ook het Tokyo Big Sight, Tokyo Convention Center en Sunshine City, de drie grote conventiecentra waar competities moeten doorgaan? Voeg daarbij de stadions en de sporthallen, die voor volgend jaar ook al zijn geboekt maar door andere events.

Ten slotte de hotels. Duizenden kamers had het organisatiecomité per gouvernementeel decreet gevorderd van de privémarkt, onder meer om de media en de partners in onder te brengen. Die worden nu weer vrijgegeven en zijn voor volgend jaar opnieuw geboekt.

Van de week een mail gekregen van het TOCOG met betrekking tot onze hotelreservatie: “We komen bij u terug zodra we meer nieuws hebben.”

2. Wat is de economische impact van dit uitstel?

De grootste krachttoer is niet het organiseren van 33 wereldkampioenschappen op één plaats, een jaar later. Die kennis is aanwezig. Ook niet het naar Tokio halen van de atleten. Dé uitdaging zal erin bestaan met deze Spelen te landen waar Tokio en Japan bij uitbreiding zo graag wilden landen: op de sportieve maan. Met na afloop bezoekers die verbijsterd en verrukt terug zouden keren naar hun thuislanden met de melding: wij waren erbij, op de beste Spelen ooit.

Dat was ook de reden dat Abe langer dwars bleef liggen dan zijn landgenoten. Nooit was een organisatie zo snel klaar en zo netjes op schema, had Bach al eerder gezegd. Het zouden fantastische Spelen worden en een virus uit China – de aartsvijand van Japan en omgekeerd, ook dat nog – zou geen roet in het eten gooien, echt niet. Japan heeft net als China trouwens de situatie onder controle en schat dat tegen de zomer Covid-19 nog maar een slechte herinnering zal zijn. En toen kwam het onvermijdelijke uitstel.

Volgens een eerste berekening door het TOCOG verhoogt de factuur met 2,45 miljard euro. Dat komt boven op de officiële cijfers die spreken van totale kosten van 11,25 miljard. Dat bedrag werd opgehoest door de Tokyo Metropolitan Government en het organisatiecomité (elk 5 miljard). De rest (1,25 miljard) werd bijgepast door de nationale regering.

De extra kosten zullen worden besproken met alle stakeholders. Dat zei Toshiro Muto, het hoofd van TOCOG. Goed nieuws kwam van de week van de regering: die maakt bijna 500 miljard euro vrij om de economie te stimuleren en bedrijven gaande te houden. Daar kan wat voor de Spelen van af, dat zullen de Japanners niet erg vinden. Alles voor de eer en glorie van hun Nippon.

3. Wat betekent dit voor de sporters?

Wellicht zullen alle voorziene competities (28 olympische en 5 nieuwe sporten) kunnen doorgaan. De vraag is vooral: met wie? Jawel, atleten die snakten naar het einde en die zich nog één keer hadden opgeladen/getraind/geprepareerd zullen er nu nog een extra jaar moeten aan breien of zullen stoppen in de anonimiteit, zonder afscheidsparty.

Een van de discussiepunten die het TOCOG en het IOC snel willen oplossen is de datum. Doorschuiven naar een jaar later en beginnen op 23 juli is een optie, maar zou conflicteren met het WK atletiek en WK zwemmen. World Athletics heeft al laten weten dat het zich flexibel wil opstellen. Het WK zwemmen vindt plaats in Japan (Fukuoka) en zal zich ook wel voegen naar de wensen van de moeder van alle sporttoernooien. De lente kan ook, maar zal dat dezelfde toevloed aan toeristen met zich meebrengen? En wat als er dan nog geen vaccin is?

Het grootste struikelblok is het kwalificatiesysteem. Voor teams zou je alles kunnen behouden zoals het nu is bepaald en dat zou gunstig zijn voor de Belgian Cats. Voor individuele sporten ligt de zaak moeilijker. Meer dan de helft van de olympische tickets waren al toebedeeld op naam, maar in de realiteit waren 75 tot 80 procent van de sporters zeker van de Spelen op basis van hun prestatie en/of ranking.

Dat terugschroeven en herbeginnen zou enorme gevolgen hebben. Op wereldschaal alle kwalificaties herdoen is niet meer haalbaar. Een andere optie is het omvormen van kwalificaties op naam tot quotaplaatsen, zodat landen zelf kunnen selecteren. Met andere woorden, en om België als voorbeeld te nemen: het nominatief olympisch ticket van Pieter Timmers zou een quotaplaats kunnen worden voor België, als Timmers geen zin meer zou hebben om te gaan. Gekwalificeerde atleten tegen hun wil hun ticket afnemen zou dan weer aanleiding kunnen geven tot juridische procedures.

4. En wat met de strijd tegen doping?

Het scenario waarbij de Spelen alsnog dit jaar hadden plaatsgevonden, had enkele landen en atleten voor de dopingcontroleurs lange tijd onbereikbaar gemaakt. Dat was minder een probleem van ongebreideld dopinggebruik dan wel van verdachtmakingen achteraf.

Als in de tweede helft van dit jaar de situatie grotendeels zal zijn genormaliseerd, ziet het ernaar uit dat de dopinginstanties weer hun werk kunnen doen in de cruciale periode, zes maanden voor de competitie. Dat moet volstaan.

Een gunstige nevenschade van dat hele Covid-19 dat de wereld in pauze zette en de Spelen een jaar opschoof, is dat het Arbitragetribunaal voor de Sport (TAS) nu ruim de tijd krijgt om het Russische protest tegen de uitsluiting van het land door het Wereldantidopingagentschap aan te vechten. Het IOC heeft al aangeven dat het de uitkomst van het oordeel van het TAS zal volgen. Waren de Spelen in juli doorgegaan, zo werd gevreesd, dan was het oordeel van het TAS mogelijk te laat gekomen en hadden de Russen ongestraft als land op 24 juli in Tokio kunnen opmarcheren. Tokio 2020 in 2021 wordt, gezien de monstrueuze bewijslast, een lastige zaak voor de Russen.

 

20200328_De-Morgen_p-18-19-mail 2