Column ‘De vod is blauw, José’ over de virtuele Ronde in De Morgen van maandag 6 april 2020

De vod is blauw, José

 

De enige reële sport dit weekend waren mijn eigen 120 niet-essentiële kilometers. Per fiets, dus essentieel. Daartoe heel even de Atlantikwall van Oberfeldkommandant Decaluwé moeten doorbreken en een fatwa van ayatollah Cremeini geriskeerd, maar geen moment blijven staan, niet in andere gezichten geniesd, afstand gehouden, ook niet mijn tweede verblijf bezocht (dat ik niet heb). Gewoon een groot rondje gereden. Met een voor mijn leeftijd en deze tijd van het jaar en die klotewind respectabele 27 gemiddeld. Dat was echt en ik ben er blij om. Voor de rest was dit sportweekend virtueel.

Het begon vrijdagavond. Plotsklaps zag ik de aankondiging van een Extra Time extra. Die wil ik niet missen, ik ben een grote fan van het programma. Waren present, elk vanuit hun eigen digitale video-omgeving: presentator Frank Raes, Filip Joos en Peter Vandenbempt als journalisten en Arnar Vidarsson als analist. De eerste drie zaten voor een boekenkast.

Als ik de eerste maandag na de paasvakantie aan mijn leerlingen sportmanagement via Teams moet lesgeven, zal er ook een boekenkast achter mij staan. Boekenkasten horen bij journalisten. De helft van die boeken staat daar maar te staan en een kwart moet nog worden gelezen, maar als decor kan het tellen. Vidarsson had geen boekenkast maar toonde wel trots één boek: Over spel, voetbal is beter dan seks.

De extra-editie ging over het stopzetten van onze competitie. Ik verkies de studioversie, maar deze had wel het voordeel dat ze elkaar lieten uitspreken. Als het weer een beetje mag, in elkaars buurt komen, doe dan maar opnieuw zoals vroeger.

Na mijn eigen knalprestatie zondag – Merkt u hoe ik met de minuut enthousiaster word? Dat zijn de endorfines – heb ik naar de virtuele Ronde van Vlaanderen gekeken. Die laatste dertig kilometer tegenwind had ik mijzelf nog zo voorgenomen dat ik die hele toestand de grond zou inschrijven. Eénendertig kilometer op rollen, dertien coureurs, dat live op tv, wie verzint zoiets?

Vooringenomenheid is des columnisten. Voortschrijdend inzicht ook (soms, niet altijd). Toen ik Alberto Bettiol en Remco Evenepoel elkaar in de beginfase de duvel zag aandoen, daarna Evenepoel nog eens zag wegknallen op de Kwaremont, vervolgens Greg Van Avermaet op de Paterberg en dan nog eens Oliver Naesen tussen Kerkhove en Oudenaarde was ik om.

De eerste drie vielen net niet van hun rollen na de aankomst. Dit was koers, dit was echt. De les: koers is altijd echt (behalve in na- Tourcriteriums). De winnaar werd Van Avermaet met een fenomenale inspanning. Hij reed de hele drie kwartier met 434 watt. Naesen ging hem achterna en reed een paar minuten 650 watt. Ik zag oprechte blijdschap bij Van Avermaet, die zich zorgen maakt om zijn Team CCC en toch even – je weet maar nooit dat het helpt – alle anderen uit de rollen knalde. Evenepoel eindigde middenin en Bettiol werd overigens laatste.

Is dit voor herhaling vatbaar? Alvast niet volgende week, want dan is het op de Noord-Franse kasseien te doen. De hellingen van de Ronde konden ze nog simuleren in percentage maar niet in gevoel, dus ook geen kasseien. Ik ben geen specialist, maar lag dat niet aan het systeem? Ik heb ooit op een Tacx gereden die wel kasseien en oneffenheden simuleert.

Is het echt? Ja, het is echt, maar dan in een onechte wereld. Zo stonden exotische bomen in de Vlaamse Ardennen en zag het anders redelijk afzichtelijke Ronse er zowaar lieflijk uit. “De vod is blauw, José.” Michel Wuyts viel bij de laatste kilometer net niet van zijn stoel van verbazing. Soms is het zelfs beter: renners kunnen niet vallen, de inboorlingen van de Vlaamse Ardennen zijn door het dolle heen want geen gedoe en aan de eindmeet stond een auto half over de weg. In het echt waren doden gevallen, maar virtueel reden ze er los door.

Het is wat het is, zo’n virtuele koers. Hecht er niet te veel belang aan. Of toch, want het zegt veel, zo niet alles over het wielermilieu dat toprenners zich daartoe willen lenen. Wielrenners rijden graag met de fiets en hoe liever ze met de fiets rijden, hoe beter ze zijn. Die gasten die gisteren in hun bureau, garage, op hun terras of waar dan ook zich de ziel uit het lijf reden, zijn uit het goede hout gesneden. Allen hadden ze een hoekje opgetuigd, ervoor zorg dragend dat hun ploegsponsors goed in beeld waren. Zdenek Stybar had ook nog eens een boodschap hangen voor de helden van de zorg. Ik weet dat er bevreesd zijn dat het wielrennen dit rampjaar niet zal overleven. Met deze wielrenners kan deze sport verder.

 

20200406_De-Morgen_p-21-mail