‘Ze klimmen zo rap’
De Franse renners zijn eens te meer weggereden, zeg maar weggevallen in hun Tour de France. De eerste Fransman is Guillaume Martin. Die gediplomeerde filosoof op plaats elf werd ontdekt door Hilaire Van der Schueren en is bij de Wanty’s prof geworden. Samen met de valpartijen van Pinot en Bardet zou dat moeten volstaan als verklaring voor de Franse deconfiture.
Niet voor de Fransen. Iedereen die rapper rijdt dan de Fransen is verdacht. Ik citeer even: “Ze klimmen zo rap, niet normaal. Het Sloveense duo Roglic-Pogacar heeft aan het einde van de beklimming naar de Puy Mary een vermogen gehaald van 7,2 watt per kilogram lichaamsgewicht. Op een kort stuk, dat zeker, maar wat moet je daarvan denken?”
Dat laatste bijzinnetje is cruciaal: boven de 7 watt per kilogram lichaamsgewicht kan verdacht zijn op lange inspanningen, zeg maar van twintig minuten of meer. Die waarden dateren van rond de eeuwwisseling, de hoogdagen van Mayo (Ventoux), Armstrong en Pantani (l’Alpe d’Huez). Op de Puy Mary ging het om een stuk van vier minuten waarop gele trui Roglic 500 watt zou hebben geduwd. Et alors?
Als vandaag iemand de Ventoux via Bédoin opknalt in een halfuur is de kans groot dat we met bedrog te maken hebben. Uiteraard zijn er fysiologische grenzen aan prestaties, maar het is niet aan de Fransen om die te bepalen. Zij beweren al twintig jaar dat een gemiddeld wattage van 410 op een lange klim normaal is. Tussen 410 en 430 watt is verdacht; gaat het tot 450 watt, dan is het miraculeus en boven de 450 watt zijn de renners gemuteerden. Dat slaat nergens op. Het materiaal is verbeterd, zowel fietsen als wegdek, meer renners zijn beter dan ooit, het ploegwerk is gestroomlijnder en bovenal heeft de trainingswetenschap de laatste jaren een kwantumsprong gemaakt.
In dit coronajaar hebben sommige renners een ideale voorbereiding kunnen afwerken met veel duurwerk en gerichte training aan de juiste vermogens. Voeg daar nog de klimatologische omstandigheden bij: klimmen bij 35 graden putje zomer of bij 20 graden in de late herfstzon is een heel verschil. Overigens brak Tadej Pogacar deze Tour het snelheidsrecord op de Peyresourde toen er een serieuze rugwind stond. Jazeker, twee Slovenen staan op kop en die geven iedereen het nakijken. Aldus de media. Het verschil vrijdag tussen de Slovenen en de naaste achtervolger was ocharme dertien seconden of een goede vijftig meter.
Egan Bernal werd er door Wout van Aert afgereden, luidde het commentaar. Alle credits voor Van Aert, maar Bernal heeft zichzelf er afgereden, vrijdag en gisteren. Hij is gewoon niet goed genoeg. Bernal heeft tijdens de coronalockdown continu in Colombia getraind. Of hij is ziek, of hij heeft niet getraind volgens de aanwijzingen van hoofdcoach Tim Kerrison. Bernal liegt als hij zegt dat hij zijn betere wattages trapt, hij lijkt al van in de voorbereiding kwetsbaarder dan in 2019.
In de serie gratuite verdachtmakingen hoort ook het gerucht thuis over een onopspoorbaar, revolutionair dopingmiddel. In dat verband viel een verwijzing naar HemAssist en Lance Armstrong. Dat is een zeer goed voorbeeld om alle revolutionaire producten te duiden. Ten eerste heeft Armstrong dat nooit gebruikt, maar is het product gevonden in de camper van Dario Frigo (die op zoek was naar het geheime middel van Armstrong). Ten tweede bleek het om fysiologisch serum met een kleurtje en een mooi etiket te gaan, allesbehalve een wondermiddel.
Voor eens en voor altijd: er zijn geen wondermiddelen die je in staat stellen om veel rapper te rijden dan de andere zonder na de rit te worden betrapt, is het niet bij de urinecontrole, dan via het biologisch paspoort. Er is ook geen wondermiddel dat bij zoveel ploegen tegelijk zou worden gebruikt zonder dat de naam in het peloton rondgaat. Neem het enige echte wondermiddel ooit, epo, in de eerste helft van de jaren negentig: niet iedereen wilde of kon het gebruiken, maar iedereen wist ervan, inclusief de media.
Het niveau van deze Tour is zeer hoog, maar we hebben nog een week te gaan. De rit van gisteren op de drie flanken van de Grand Colombier kan ons geruststellen. Elf renners eindigden samen na de zwaarste rit in deze Tour. Ja, er is af en toe snel geklommen. Neen, dat hoeft niet verdacht te zijn. Op de Col de la Biche, een korte klim, ging het tegen 5,58 watt per kilo. Ten slotte: als Jumbo- Visma veruit de beste ploeg is, heeft het dat te danken aan talent en hard werk. Het is wis en waarachtig geen Gewiss. Die ploeg reed in de Waalse Pijl met drie renners (Moreno Argentin, Giorgio Furlan en Jevgeni Berzin) iedereen naar huis reed, een prestatie die werd gelinkt aan epo en dr. Michele Ferrari.