Column over Roberto Martínez in De Morgen van zaterdag 12 juni 2021

Geschenk uit de hemel

Worden de Rode Duivels Europees kampioen?

Neen, dat denk ik niet. En waarom niet?

Simpel. Omdat het veiliger is te voorspellen dat ze niet winnen. Als de meest optimistische schattingen uitgaan van 15 procent kans en de Fransen op één staan met 20 procent is het mathematische waanzin om in een Europese titel te geloven. Op veilig spelen is tegelijk een beetje laf natuurlijk en zo verdien je nooit geld bij het gokken.

Persoonlijk denk ik dat er nog een andere reden is waarom het niet zal lukken. Prijzen pakken moet je leren. Alsof de Belgen dat niet gewend zijn, luidt dan de repliek. Klopt op papier: sinds het verlies van Frankrijk in de halve finale van de World Cup in 2018 hebben ze dertig interlands gespeeld, daarvan ging er één verloren in 2018 (die 5-2 voor de Nations League op 18 november 2018 in Zwitserland) en één in 2020 (ook voor de Nations League, 2-1 in en tegen Engeland). Eén keer werd in een wedstrijd met inzet gelijkgespeeld (in Tsjechië in maart van dit jaar) en ook drie keer gelijk in oefeninterlands.

België is niet gewend te verliezen, maar dat is niet hetzelfde als gewend zijn een prijs te pakken. Drie verlieswedstrijden op meer dan vijftig interlands onder Roberto Martínez en toch heeft België geen winning culture? Neen. Dat is het gevolg van onze ingebakken bescheidenheid en in het geval van de Rode Duivels van een gebrek aan referentiewedstrijden tegen echt grote landen. In die bijna vijf jaar Martínez heeft België van één groot voetballand gewonnen en dat is Brazilië (en met veel geluk). De overwinningen en die ene nederlaag tegen Engeland liggen in de weegschaal, maar Engeland is na de World Cup steeds sterker geworden, België niet. Ter verschoning: ze hebben na 2016, toen ze er nog van verloren, ook nooit meer de kans gekregen om zich te meten met de Italiës en Spanjes van deze wereld.

Oké, dat was het glas halfleeg.

Nu even doen alsof het halfvol is. Aan wie of wat hebben we te danken dat we een kans maken op de Europese titel? In de eerste plaats aan toeval. Er is geen objectief aanwijsbare reden waarom Belgen met buitenlandse roots geboren in de jaren negentig en later veel makkelijker zijn doorgebroken dan die geboren in de jaren tachtig. Er is ook geen objectief aanwijsbare reden waarom de ras- Belgen Eden Hazard, Kevin De Bruyne, Thibaut Courtois (allen van de jaargang 1991-’92) ineens samen spelers van wereldklasse zijn geworden.

Hoewel de jeugdwerking in de clubs onder impuls van de bond na Euro 2000 wel is verbeterd, is er met andere woorden geen superperformant detectie- en opleidingssysteem op poten gezet dat deze plotse opstoot van talent verklaart en nog minder een systeem dat ons generatie na generatie supertalenten garandeert.

Worden de Rode Duivels Europees kampioen?

Misschien wel. De cruciale factor in het eventuele succes is terug te voeren op één man: de bondscoach. Het doet vreemd om dit te moeten tikken en ik heb er ook lang over gedaan om het te geloven, maar Roberto Martínez is een geschenk uit de hemel voor deze uitzonderlijke verzameling talenten.

Het grote verschil met zijn voorganger Marc Wilmots is dat de spelers hem geloven. Niks belangrijker voor een atleet/sporter dan het geloof in de authenticiteit en de expertise van de coach. Heel even, een jaar of zo, kan een coach wegkomen met onzin, trucjes en geintjes, maar geen vijf jaar zoals Martínez.

Ik heb sinds 2016 nog nooit een verkeerd woord over Martínez gehoord. Over zijn kwaliteiten als tacticus ben ik niet geplaatst om te oordelen, maar ik hoor dat zijn trainingen af zijn, doelgericht, met het oog op hoe hij de wedstrijd naar zijn hand wil zetten. Ik hoor ook dat de spelers altijd scherp trainen, dat hij zich zelden druk moet maken. Dan heb je al heel wat bereikt als coach.

Aan zijn IQ moet niet worden getwijfeld, maar bovenal heeft deze man een onmeetbaar EQ. Om die sterrengalerij in het gelid te laten lopen, met al hun besognes, perikelen en bobootjes, begin er maar aan. Hij doet het met de glimlach en zo beweegt hij zich ook door de maatschappij. Ik heb hem een praatje zien maken met de mevrouw achter de desk in de bond. Dat was dezelfde man met wie ik samen te gast was op het kasteel de Merode bij een groep jonge zakenlui, de meesten van adel.

Zijn allergrootste verdienste, zijn nalatenschap, worden de coaches die uit deze groep internationals zullen voortkomen. Met twintig zijn ze om de verkorte cursus te volgen en er is een grote kans dat ze allemaal zoals Martínez willen zijn: gepassioneerd, hardwerkend en empathisch.