Column 11 uit Tokio ‘Zilver met een gouden randje (nou ja)’ in De Morgen van vrijdag 30 juli 2021

Zilver met een gouden randje

“Zesde en negende in de tijdrit. Mag ik dit bestempelen als een afknapper van formaat?’ Ik had de tweet, een paar minuten nadat Wout van Aert woensdag over de streep was gebold, nog wel in een vraag verpakt, om alle opties open te laten, maar ik heb begrepen dat dit niet naar de zin was van velen op Twitter. Dat is dan jammer.

Ik heb misschien een slecht karakter en ben een azijnpisser en ik ken er hoogstwaarschijnlijk helemaal niets van, maar ik ben niet gek. Ik lees dus geen reacties. Ik ga dus ook niet weg van Twitter: te veel info, te veel interessante mensen. De anderen neem ik erbij.

Zou ik die tweet opnieuw sturen? Natuurlijk. Ik heb inmiddels via andere kanalen heel wat reacties gekregen, onder meer van collega’s die helemaal in het wielrennen zitten en ik heb een krant gelezen die van wielrennen zijn bezit maakt. De chef koers daar had het over ‘Ontgoochelingen moet je benoemen’ (titel), ‘de olympische tijdrit liep op een sisser af’ (streamer), ‘de wedstrijd die België twee medailles zou opleveren is op een desillusie uitgedraaid’ (inleiding) en dan moest nog de hele uitleg komen dat het – samengevat – toch een afknapper was geweest, die hele tijdrit.

Ik heb ook nog eens de voorbeschouwingen teruggehaald en nagelezen. Het gebeurt dat journalisten woorden van atleten verdraaien of extra in de verf zetten, maar ik heb toch echt wel een paar keer gelezen uit de mond van de renners dat ze voor een medaille gingen. Dat is dus niet gelukt, geen medaille, wel één olympisch diploma. Daarvoor doe je het niet. Overigens, wij krijgen dat diploma ook, maar we moeten het downloaden.

Wout van Aert heeft ook gereageerd op die tweet, met een heerlijk droge ‘Sorry Hans’. Dat wist de redactie te melden. Zo kennen we hem. Kan wel tegen een stootje, de Wout, kan ook een kritische vraag hebben en is niet te beroerd om tegengas te geven en een discussie aan te gaan. Weet het trollenleger dat ik deze man erg hoog heb zitten? Neen. Hoeven ze dat te weten. Neen.

Ook vader Remco Evenepoel mengde zich in de discussie. Dat hij trots was op zijn zoon dat hij negende was geworden. Ik zou ook trots zijn op mijn zoon als die negende zou worden, maar ook als die veertigste zou worden. Meer zelfs, ik ben ook trots op mijn zoon en die is niet op de Spelen maar in Heist. In het geval van die pa zou ik na vorig jaar vooral opgelucht zijn dat Remco heelhuids over die streep is geraakt en dat zeg ik zonder cynisme. Het beeld van de doodsangsten die de familie minutenlang heeft uitgestaan, zal mij altijd bijblijven.

Mijn tweet had te maken met de magere buit – één zilvertje – die de Belgen uiteindelijk overhouden na dat wegwielrennen en daarin had Remco Evenepoel wel een cruciale rol. Draai de film van de wegwedstrijd van vorige zaterdag even terug en herinner u hoe ze met twee in een kopgroep zaten. Waarom gaat Evenepoel daar aanvallen op vijftig kilometer? Waarom rijdt hij daarna op kop als een dolleman met zijn nemesis Vincenzo Nibali in zijn wiel? Was dat de opdracht? Dan was het een domme opdracht. Was dat niet de opdracht? Dan was het nog dommer.

Was Evenepoel bij Van Aert gebleven, en had hij zich gespaard om eventuele aanvallen te counteren, dan haalt hij misschien drie aanvallers terug. Nu moest Evenepoel na zijn chasse patate afhaken bij de eerstvolgende versnelling en was hij verder van geen nut meer.

Die drie die Evenpoel had teruggehaald, heeft Wout van Aert nu zelf moeten terughalen en nog een paar anderen ook. Gevolg: toen McNulty en Carapaz voorop kwamen, was het tijdelijk een beetje op bij Van Aert. Zelden heeft een renner meer in een wedstrijd geïnvesteerd en minder gekregen, dan Wout van Aert afgelopen zaterdag. En nog werd hij tweede.

Het kan best dat de tijdrit van woensdag daarom een race te veel was. Maar het zou ook zomaar kunnen dat die race van zaterdag Van Aert net iets te veel energie heeft gekost waardoor hij woensdag niet de wattages haalde die hij had moeten halen.

Samengevat: dit hebben ze met hun tweeën niet te best aangepakt. Dat zilver van Van Aert is er één met een gouden randje, maar je zal merken dat het gouden randje snel weg is en achteraf ook nergens in de boeken wordt vermeld. Om het met Nike te zeggen: je wint geen zilver, je verliest goud. Daarom zijn we journalist en geen supporter, om dat in alle rust en sereniteit te kunnen concluderen.