Column Bende straathonden in De Morgen van zaterdag 9 april 2022

Bende straathonden

Wetende dat we in wat nog volgt doorgaans weinig in de pap te brokken hebben, berust de hoop van deze wielerregio om dit voorjaar nog een monument te winnen op Wout van Aert. Alleen heeft Wout een probleem. Hij is ziek geworden. Kan gebeuren. Corona nog wel. Kan ook gebeuren, maar met dat strenge gezondheidsprotocol van Team Jumbo-Visma blijft dat toch vreemd.

Waar en hoe heeft Van Aert het beestje opgelopen? Als we dat nu eens wisten. Voor een griepje en een koutje zou je niet ver moeten zoeken. Peuters zijn wandelende virusbommen en Georgeske zal daar geen uitzondering op zijn. Maar corona?

Inmiddels hebben minstens drie doktoren in de media hun licht laten schijnen over de kansen van Van Aert om alsnog in Compiègne aan de start te staan van Paris-Roubaix en daar een rol van betekenis te kunnen spelen. Geen van de drie werkt bij de ploeg en één van de drie is inspanningsfysioloog en heeft ook niks te maken met Van Aert en co. Het zijn stuk voor stuk slimme mannen die lang kunnen praten zonder iets (verkeerds) te zeggen en van de ja’s, nee’s en in theorie’s een mooie misschienmix maken. En zo zijn de gazetten en de sites weer gevuld.

Marc Lamberts heb ik nog nergens gelezen. Dat is de trainer van Van Aert. Idem voor Mathieu Heijboer, de grote baas van de wielerwetenschap bij Jumbo-Visma. Ze doen er bij TJV het zwijgen toe. Weten ze het niet, of willen ze niks zeggen over de staat van hun kopman? Ik denk het eerste.

Nu we het over winnen hebben, gisteren stond Patrick Lefevere in de krant. Zijn ploeg, die de voorbije jaren het hele voorjaar, een stuk van de zomer en een groot deel van het najaar aan het feest was, kan voorlopig niet meer winnen. Tenminste, daar lijkt het op. En de wolvenroedel, altijd klaar om aan te vallen, wordt nu weggezet als een bende straathonden, altijd klaar om weg te lopen. Dat is de perceptie die door de media is gecreëerd. Lefevere panikeert niet. De realiteit is ook anders. Op de site ProCyclingStats staat QuickStep-Alpha Vinyl nog steeds netjes tweede met achttien seizoensoverwinningen in 2022, zes meer dan Jumbo-Visma en vier minder dan UAE Team Emirates.

Oké, de kwaliteit kan beter. Klassieke overwinningen zaten er nog niet in – één semiklassieker met Kuurne-Brussel-Kuurne, dat wel – maar bij elke niet-winst van QuickStep-Alpha Vinyl het mes nog wat dieper in de wonde draaien, is er dat er niet wat over? QuickStep is in het verleden voor grote overwinning afhankelijk geweest van een supertopper en sidekicks. Die geven voorlopig niet thuis. Als steunberen als Yves Lampaert en Tim Declercq ook nog eens in de lappenmand liggen heb je voor je het weet ‘maar’ achttien keer gewonnen.

Wat zal steken bij Lefevere is het gemak waarmee andere Belgische ploegen winnen. Niet Lotto-Soudal, want daar is het na de blitzstart stilgevallen en wordt de degradatie vermijden een lastig verhaal. Alpecin-Fenix en Intermarché-Wanty-Gobert doen het stukken beter. Alpecin zag Mathieu van der Poel vervroegd terugkeren en meteen waren ze drie overwinningen rijker, waaronder de semiklassieker Dwars door Vaanderen en het monument Ronde van Vlaanderen. Intermarché-Wanty-Gobert won met Biniam Girmay Gent-Wevelgem en met Alexander Kristoff de Scheldeprijs.

Wat ook nog uit de lucht komt vallen in de Amstel Gold Race en Paris-Roubaix, de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik, Lefevere is slim genoeg en nog niet zó oud om te beseffen dat zijn ploeg volgend jaar met de komst van sponsor Soudal aan een facelift toe is. Voor het eerst in jaren loopt hij wat achter de feiten aan. Dat is de aloude wet van de remmende voorsprong.

Door veel eieren in het mandje van Remco Evenepoel te leggen koos hij twee jaar geleden voor de hotste renner van het peloton. Evenepoel kon voorlopig alleen in het kleinere rondewerk winnen (al vat hij als leider de slotrit in de Ronde van het Baskenland aan) en wordt overschaduwd door Tadej Pogacar, Wout van Aert en Mathieu van der Poel.

Dat zijn drie toppers waar Lefevere naast greep en dat kan hij zich aanrekenen. Zijn eigen talentscout Joxean Matxin, bij wie Pogacar al op de radar stond, liet hij nogal makkelijk vertrekken naar UAE. Kan gebeuren. Met Van Aert had hij een babbel, maar die wilde nog wat crossen en Lefevere dacht ‘pff, laat maar’. Dat was dom. Met Van der Poel, Corendon-Circus en met de broers Roodhooft kwam het tot gesprekken. Dat de partijen onverrichter zake de tafel verlieten kan Lefevere zich aanrekenen.