Column Koers! in De Morgen van zaterdag 25 februari 2023

FC Koers!

Waarom zijn wij met zijn allen, of althans dezen die er gek van zijn, zo bezeten van die sport? Waarom kondigt Het journaal van donderdag bij het begin een item aan over campers die langs de weg staan van een koers die pas twee dagen later passeert? Is het geen stompzinnigheid dat meer pagina’s worden besteed aan het openingsweekend in het wielrennen dan aan de grote problemen waarmee deze wereld te kampen heeft?

Ik moet bekennen dat ik mij de laatste week heb gelaafd aan alle voorspellingen, voorafinterviews en specials. Ik heb zelfs de speciale openingsweekendkoerspodcast van De tribune beluisterd via de koptelefoon terwijl ik het eerste onkruid in de tuin weghaalde. Onkruid en koers, ze vallen ons samen op het dak, elk jaar weer.

Dat gedoe in San Juan, onderaan in Europa, of nog erger wielrennen in de Emiraten natuurlijk; dat zijn dingetjes vooraf, die tellen niet. Voor Vlamingen begint de koers met de Omloop. Ooit de Omloop Het Volk, later de Omloop Het Nieuwsblad. In geen sport is de verwevenheid van media en organisaties zo groot als in het wielrennen.

De grootste wedstrijd in die sport is zelfs ontstaan omdat een nieuwe krant een publiek wilde bekoren. U kent dat verhaal niet? Welaan.

Le Vélo was eind negentiende eeuw de sportkrant van Frankrijk tot de hoofdredacteur Pierre Giffard een standpunt innam pro Dreyfus in de gelijknamige zaak van landverraad. Fervent Vélo-lezer graaf Jules-Albert de Dion achtte Dreyfus wel schuldig en was voor dat standpunt in die krant zo in zijn gat gebeten dat hij prompt L’Auto-Vélo in het leven riep. Dat was in 1900, maar in 1903 haalde hij bakzeil. Le Vélo mocht niet in de naam van de nieuwe krant.

Dan maar L’Auto. Probleem: niet autorijden, wel wielrennen was op dat moment de belangrijkste sport. Waarop iemand met het idee kwam om met de krant een zesdaagse op de weg te organiseren en de Tour de France was geboren. De eerste directeur van L’Auto(- Vélo) was Henri Desgrange, bekend van de prijs voor de eerste renner op/over de hoogste top van de jaarlijkse Tour.

Om de petite histoire te beëindigen, nog dit. Kapitein Alfred Dreyfus werd gerehabiliteerd in 1908. Eind 1944, een oorlog later dus, is L’Auto moeten stoppen met verschijnen omdat de krant had geheuld met de bezetter. Twee jaar later zou L’Équipe uit die as verrijzen.

Waarom deze gratis geschiedenisles? Omdat dit een licht werpt op die verwevenheid van koers en media. Zonder krant, of in dit geval een hele mediagroep als betrokken partij, zouden nooit heelder pagina’s en bijlages worden gevuld over een wielerweekend waarin de beste renners van deze planeet niet aan de start staan. ‘De koers is van ons’ beweert Mediahuis namens zijn Het Nieuwsblad. Of ze daarmee bedoelen dat de koers van hen is, of in het algemeen van ons (Vlamingen), het zal wel van allebei een beetje zijn, maar het had wel een effect.

Bijvoorbeeld op de andere grote mediagroep die inzet op sport, DPG Media met Het Laatste Nieuws en VTM, die niet konden achterblijven in het opbod. En zo komt het dat u en ik warm zijn gemaakt voor twee koersen die binnen een normale sport nooit op dit tijdstip in deze streek zouden worden georganiseerd.

Atleten die in de winter in aangename temperaturen trainen, vervolgens in het Midden-Oosten of in Argentinië in de zon koersen, terughalen om hier bij net geen vrieskou of in de regen rondjes te laten rijden, dat doet geen enkele andere sport haar protagonisten aan.

Wat het belang is van het openingsweekend, daar zijn de meningen over verdeeld, maar elke discussie is zinloos. Als een wielercarrière een doos is met daarin spullen, dan is zowel de Omloop als Kuurne-Brussel-Kuurne de noppenfolie die de waardevolle dingen in de doos op hun plaats moeten houden: palmaresvulsel, zonder echte grote prijzen toch maar verpakte lucht.

Dat zal u tijdens een rechtstreekse uitzending op televisie niet horen, maar daarom is het goed om ook naar de podcast te luisteren met diezelfde kenners. Daar werd dat ook gezegd: in wezen doet dat openingsweekend er niet toe. Het draait om de monumenten en de grote rondes, de Tour op kop.

De beste renners van het moment zijn er vandaag en morgen niet bij. Geen Wout van Aert, geen Mathieu van der Poel, geen Remco Evenepoel en ook geen Tadej Pogacar. Dat is overigens helemaal niet erg. Er zal geen mens minder voor de buis zitten (misschien wel zondag als het mooi weer wordt), er zal geen camper minder langs het parcours staan en de winnaar zal op het schild worden gehesen als een triomfator voor wie het seizoen niet meer kapot kan.