Hoeveel man mag een vrouw zijn in de sport in De Morgen van 13 aug

Semenya (v/m)

Hoeveel vrouw moet een vrouw zijn? Hoeveel man mag een vrouw zijn? Hoe weeg je het recht van het individu af tegen honderd jaar afspraken in de sport? Het testosteron van de Zuid-Afrikaanse hardloopster Caster Semenya (25) wordt hét onderwerp van de olympische atletiekweek.

Ze weet van de heisa. Ze kent de verhalen. Maar hopelijk leest Caster Semenya niet te vaak de sociale media waar ‘she’ steevast als ‘he’ en ‘it’ wordt gelabeld. Of nog erger: als hermafrodiet of tweeslachtige. Het dossier Semenya bevindt zich op het kruispunt van medische en sportwetenschap, racisme en seksisme, en het helpt duidelijk niet dat ze naast mannelijke trekken ook een zwarte huid en een Zuid-Afrikaans paspoort heeft.

Caster Semenya liep voor het laatst in Monaco op 15 juli. Ze cruisete op haar 800 meter naar een makkelijke 1:55.33. De eerste 400 legde ze af in 56 seconden, hield dan wat in om niet te ver voor te zijn en liep de tweede ronde in 59 seconden, waarvan de laatste 200 meter in 28 rond, kwestie van wat zekerheid te hebben over winst. Die heeft ze sowieso, want er komt geen vrouw bij haar in de buurt als ze een beetje op volle kracht kan lopen. Volle kracht is bij haar synoniem voor lopen met de steun van alle hormonen die ze van Moeder Natuur heeft gekregen. En dat zijn er nogal wat.

Caster Semenya is hyperandrogeen, wat wil zeggen dat ze meer dan gemiddeld mannelijke hormonen produceert. Dat is ook aan haar lichaamsbouw te zien: brede, gespierde schouders en een smalle bips is normaal typisch voor de man, maar onderscheidt ook de atletische vrouwen met veel testosteron van hun seksegenoten. Een genetische test is natuurlijk beter om hyperandrogenisme te bepalen en daaruit is gebleken dat Semenya net als de mannen een Y-chromosoom heeft.

Dat chromosoom, of liever het SRY-gen op dat chromosoom, regelt de ontwikkeling van de testikels en de productie van testosteron. Maar soms doet dat gen en die testosteron bij de foetus in de baarmoeder niet helemaal waarvoor het bedoeld is, en dan blijft het lichaam tussen de twee seksen hangen. De wetenschap noemt haar een ‘intersekse atlete’, wat niet wil zeggen dat ze geen vrouw is. Caster Semenya is een zij. Hormonaal staat ze evenwel dichter bij een man dan de gemiddelde vrouw.

Daaruit volgt de vraag: hoeveel vrouw móét een vrouw en hoeveel man mág een vrouw zijn om aan vrouwensport te mogen deelnemen? De vraag lijkt seksistisch, en werd in het verleden meestal beantwoord door mannen, maar ze is het gevolg van het voorrecht dat meer dan een eeuw geleden op eis van de vrouwen werd verleend: sporten in een aparte categorie.

Vrouwen sporten bij vrouwen om ook een kans op een prijs te maken. Om in de categorie vrouwen thuis te horen, volstaat het niet om als vrouw in de burgerlijke stand ingeschreven te zijn. Er is een verschil tussen biologisch een vrouw zijn (geslacht) en je een vrouw voelen (gender).

Clitoris-check

Hoeveel vrouw een man mag zijn, die vraag wordt nooit gesteld aan de man, en daar begint het hele debat. In de sport hebben mannen geen baat bij veel vrouwelijke (en dus minder mannelijke) hormonen. Sport is bijna altijd een verhaal van testosteron, niet alleen door het surplus aan kracht, snelheid, precisie en alles wat dat hormoon nog veroorzaakt, maar ook omwille van de wil om te winnen, te heersen, zelfs geweld in extreme gevallen. Allemaal ingrediënten die onmiskenbaar gelieerd zijn aan topsport.

Vrouwen met een teveel aan testosteron komen vaker voor in de topsport dan in de maatschappij. De enige grote studie vond 5 procent deelneemsters die meer dan 10 nanomol per liter testosteron lieten optekenen, de grens die tot 2015 gold om aan vrouwensport te mogen deelnemen.

Door extrapolatie kwam men tot 14 procent topsportsters die zouden kunnen worden gekwalificeerd als hyperandrogeen. Die grens van 10 nanomol bestaat niet meer, maar daarover verder meer.

Van het moment dat de vrouw apart van de man aan sport deed, was er discussie over winnaressen die als man worden gestigmatiseerd. Lange tijd waren er erg discriminerende en vernederende ‘de visu-tests’: atletes aan wie men twijfelde, moesten zich uitkleden en hun genitaliën laten controleren door artsen. Bij de dopingcontrole is de controleurs ook ooit gevraagd om te letten op overdreven ontwikkelde clitorissen bij de vrouw, vaak een teken van hyperandrogenisme.

De eerste atletes die werden geviseerd omdat ze man zouden zijn, waren deelneemsters aan de Spelen in Berlijn in 1936. Loopster en verspringster Zde#ka Koubková uit Tsjechië en de Engelse kogelstootster en speerwerpster Mary Edith Louise Weston werden ervan verdacht mannen te zijn. Later waren die de eersten om een sekse-operatie te ondergaan en ze gingen verder door het leven als Zden#k Koubek en Mark Weston.

Dichter en recenter bij ons was er de Friezin Foekje Dillema, die in 1950 geschorst werd omdat ze geen geslachtstest wilde ondergaan. Die had de internationale atletiekbond verordonneerd naar aanleiding van het EK in Brussel dat jaar. Dillema zou nooit meer lopen en ging verder door het leven als een ‘kween’, de naam die werd gegeven aan onvruchtbare hoefdieren die beide geslachtskenmerken bezaten. Nadien en tot 2010 werden intersekse atleten gewoon geweerd.

Dutee Chand

De bovengrens van 10 nanomol per liter kwam er in 2009 en was het gevolg van het verschijnen van de junior Caster Semenya op de internationale scene. Het meisje liep meteen 1:55.45 als 18-jarige en sprong vooral in het oog door haar uitgesproken mannelijke stijl. Die 10 nanomol was drie keer hoger dan gemiddeld werd gevonden bij de vrouwelijke deelneemsters aan het WK van 2009. Later lekte nog uit dat Semenya geen baarmoeder of eierstokken had.

Het Internationaal Olympisch Comité nam net voor de Spelen van Londen in 2012 de bepalingen van de IAAF over. Semenya liep daar de 800 meter, maar had niet de eindkick in de finale die nodig was om te winnen. Met haar 1:57 pakte ze wel zilver. Toen ging het gerucht dat ze de race opzettelijk had verloren. Vandaag weten we met zekerheid dat ze kort tevoren met een hormoontherapie was begonnen om haar testosteron onder een aanvaardbaar niveau te houden, dezelfde therapie die transgenders volgen als ze vrouw willen worden.

Semenya verdween vanaf 2012 een paar jaar van het hoogste plan. Ze geraakte op het WK van 2015 niet eens in de finale, 2:00 lopen was al een hele opdracht en ze ging door een depressie, wellicht een bijwerking van de chemische castratie die ze moest ondergaan.

De hulp kwam uit onverwachte hoek. In India was de hyperandrogene sprintster Dutee Chand aan de kant gezet door haar federatie en de IAAF, en zij vocht die beslissing aan bij het sportarbitragetribunaal TAS in Lausanne. Ze kreeg gedeeltelijk gelijk in juli 2015, onder meer omdat de IAAF en haar Indiase bond andere grenzen hanteerden.

De uitspraak van het TAS was hoogst onwetenschappelijk en kwam neer op het ontkennen van de zon. Ze vonden dat er onvoldoende bewijs was geleverd dat een zeer hoog testosterongehalte een voordeel zou zijn. De IAAF had twee jaar de tijd om met nieuw bewijs te komen en gedurende die tijd zou de regel opgeschort worden. Indien er geen bewijs was geleverd binnen die twee jaar, zou die regel voor altijd worden geschrapt.

Ineens vielen de Spelen van Rio in een juridisch en medisch vacuüm. In één klap werden de beperkingen op het testosterongehalte opgeheven. Semenya stopte met haar hormoontherapie en bij de eerste meeting in 2016 liep ze meteen zes seconden sneller dan in 2015.

Dilemma zonder oplossing

“De uitspraak van het TAS was een mooie overwinning voor de mensenrechten, maar niet voor de sport.” Dat zei Joanne Harper vorig jaar tegen USA Today. Harper was een van de experts die werden geraadpleegd. Zij was tegen het afschaffen van de bovengrens van testosteron en is als ervaringsdeskundige goed geplaatst. Dr. Harper is zelf transgender en begrijpt de beslissing van het TAS niet: “Hiermee zet je de doos van Pandora open. Het is duidelijk dat wie te veel testosteron heeft, van een oneigenlijk voordeel geniet. De 800 meter op de Spelen in Rio is de meest zekere medaille. Schrijf maar op: Caster Semenya.”

Een andere wetenschapster, Maria José Martinez-Patiño, adviseert het IOC over seksekwesties. Ook zij heeft recht van spreken. Ze was hordenloopster en werd internationaal beroemd toen ze in 1985 bij een seksetest een man bleek te zijn. Zo stond het althans in de krant. Ze bleek een XY-vrouw te zijn met niet-afgedaalde testes. “Veins een blessure”, gaven de bobo’s als raad, maar ze vocht terug.

Na heel veel tests kon ze bewijzen dat ze geen testosteronvoordeel had, want ze was androgeen insensitief. Met andere woorden: ze produceerde wel veel testosteron, maar het lichaam deed daar niks mee. Het kwaad was geschied: ze verloor haar startrecht, haar status, haar lief en haar trots. Die heeft ze terug als lid van de commissie van het IOC die de sekseproblematiek onder de loep neemt.

En raar maar waar, ze is vóór de hormonale bovengrens: “De realiteit van de sport is het biologische voordeel, maar er moeten regels zijn en die bovengrens was goed. Ik heb dat bepleit bij het TAS, maar blijkbaar wilden ze niet luisteren. Afgezien daarvan voel ik
mee met Caster en Dutee. We zijn drie verschillende vrouwen met drie verschillende verhalen, tenzij dat ene aspect dat we gemeen hebben: we zijn alle drie gestigmatiseerd omwille van een medische speling van het lot.”

Ook Joanne Harper pleit voor een hormonale bovengrens. “Het is een dilemma zonder een perfecte oplossing. Testosteron is the name of the game en als je daar geen limiet op plakt, begeef je je op een slipperige helling.”

Het absurde aan deze discussie is dat ze wordt gevoerd door dezelfde club die vindt dat vrouwen en mannen compleet gelijk zijn en dat het hormonale verschil een uitvinding is van mannen om de vrouwen te laten geloven dat ze minder waard zouden zijn. Waarna al snel het geladen begrip ‘biologisch racisme’ valt.

De slippery slope waar Harper het over heeft, is het einde van de vrouwensport, want dat is het gevolg van de uitspraak van het TAS: er zijn voorlopig geen regels om te bepalen wie een vrouw is. Zonder duidelijke spelregels, gebaseerd op hormonale waarden, is de vrouwensport als aparte categorie een aflopend verhaal. Elke man die zich vrouw voelt en noemt – of doet alsof in de hoop op sportief succes – kan dan in theorie deelnemen aan de vrouwenwedstrijden.

Fraudedeur staat open

In de praktijk zal het zo’n vaart niet lopen, zegt ook Harper. “Er zijn nu geen gevallen bekend van mannen die bij de vrouwen deelnemen om te frauderen, maar dit zet wel de deur open voor misbruik. Dit is duidelijk zo’n geval waarbij een heel kleine minderheid moet worden gediscrimineerd om een oneindig veel grotere groep in bescherming te nemen. Ik wil geen enkele intersekse atleet uitsluiten, maar er zijn hormonale grenzen om te respecteren en dan vraag ik niet dat ze zich laten opereren.

“Ik wil ook niemand uitsluiten die zich tot de vrouwelijke gender wil bekeren, maar sport leeft bij regels en die hebben we nu niet. Ik zit in de commissie die namens de IAAF met een sluitende regelgeving wil komen. Jammer genoeg hebben we die voor de Spelen van Rio niet. Hoeveel intersekse atleten met verhoogde testosteron zullen winnen, weet ik niet. Toch een paar.”

En wat met transgenders?

Ook voor transgenders gelden tegenwoordig andere bepalingen en daar kan dokter Joanne Harper zich wel in vinden. De oude bepalingen eisten een sekseveranderende operatie en een hormonale behandeling die minimaal twee jaar onderweg moest zijn.

Voor vrouwen die man worden, valt elke beperking weg. Die kunnen meteen aan de slag, maar die lopen niet dik. Chris Mosier, een duatlete die duatleet werd, is de enige die op hoog niveau aan competitie doet. Omgekeerd is een ander paar mouwen, maar voor mannen die vrouw worden, is de eis van een operatie geschrapt. En een jaar nadat de hormonale behandeling is begonnen, mag de transgendervrouw al bij haar nieuwe sekse meedoen, ook al heeft ze nog de mannelijke genitaliën.

Het is wachten op de eerste transgender die ook die bepaling van één jaar hormoontherapie aanvecht. Harper: “Ik ken geen enkele transgender die vrouw is geworden die zijn testosteron níét naar beneden wil. Maar als er veel geld te verdienen valt door je testosteron nog even op mannenniveau te houden, wie zal je dat beletten als ook die eis wegvalt?”

 

20160813_De-Morgen_p-40_Semenya-v-m–all-mail