Verhaal over Saoedi-Arabië en sportswashing in De Morgen van11 januari 2020

Sportswashing in de woestijn

Zijn ze gek van sport, willen ze hun imago opsmukken of is het geopolitiek? In Saudi-Arabië is het een beetje van alles. Ze hebben geld met hopen, waardoor ze zich zelfs de Spaanse supercup kunnen veroorloven.

De grote Fernando Alonso lag van de week in de Arabische woestijn onder zijn Toyota Hilux, om zijn kapotte ophanging te repareren. Ergens tussen Al Wajh en het futuristische Neom was een foute rots voor zijn wielen opgedoken. Alonso is niet langer topfavoriet in de Dakar. Ooit reed die rally van Parijs naar Dakar in Senegal, vanaf 1994 werd het een bijna louter Afrikaanse affaire. Tussen 2009 en 2019 week de organisatie uit naar het veiligere Zuid-Amerika. Een beetje cynisch dat een event dat (beweert dat het) Afrika mijdt omwille van aanslagen nu bij een van de (vermeende) sponsoren van islamistisch geweld te gast is. De Dakar duurt nog tot 17 januari.

Die was net vertrokken uit Jeddah toen de eerste vliegtuigen met daarin delegaties van vier Spaanse topvoetbalclubs landden. Zij zijn woensdag begonnen aan een vierhoekstoernooi, de Spaanse Supercopa. Normaal is dat de kampioen tegen de bekerwinnaar. Om voor iedereen de trip naar het Midden-Oosten wat te stofferen – niet het minst voor de gastheer – werden ook uitgenodigd: Valencia (verkiezend finalist van de Copa del Rey), Atlético de Madrid (tweede in La Liga) en uiteraard Real Madrid, hoewel vorig seizoen geen platte prijs gehaald. De finale wordt zondag gespeeld tussen Real en Atlético, een Madrileense stadsderby in de woestijn.

De Saudi’s hebben daar flink voor betaald: minimaal 8,9 miljoen euro voor de deelnemers en 12 miljoen voor wie de finale haalt. De Spaanse voetbalbond krijgt een kleine 8 miljoen toegestopt en noch de clubs noch de Spaanse bond hebben zich verder vragen gesteld, ook niet toen hun fans afhaakten voor de trip.

De vragen rond mensenrechten werden afgewimpeld. Jamal Khashoggi, iemand? De onderdrukking van de vrouw? De vele gevangenisstraffen zonder proces? De publieke onthoofdingen (146 in 2019 aldus Amnesty International)? Of misschien de nu al vijf jaar durende bombardementen in Jemen? Nooit van gehoord in Voetballand en bij uitbreiding op Planeet Sport. Als kroonprins Mohammad bin Salman – beter bekend als MBS – namens zijn General Sports Authority roept (en betaalt), geeft de sport present.

Jamal Ahmad Khashoggi was de Saudi-Arabische journalist die in oktober 2018 op gruwelijke wijze werd vermoord in de Saudische ambassade in Istanbul. Een documentaire van het Amerikaanse PBS toonde haarfijn aan dat alle betrokkenen bij de moord uit de inner circle van Mohammad bin Salman kwamen.

MBS is de kroonprins, de zoon van de koning en de de facto leider van de oliestaat. Hij regeert als een verlicht despoot en staat mondjesmaat versoepelingen van de strenge wahabitische of salafistische leefregels toe. Zo mogen vrouwen inmiddels van hem met een auto rijden. Sinds 2012 kunnen Saudische vrouwen ook deelnemen aan de Olympische Spelen, zij het onderworpen aan de strenge kledingvoorschriften.

Na de dood van Khashoggi was opgeroepen om Saudi-Arabië links te laten liggen en in de sport te boycotten. Kort daarna, terwijl alle gruwelijke details aan de oppervlakte kwamen, ging een internationaal golftoernooi vrolijk door. Volgend jaar wil de European Tour Riyad aandoen voor een toernooi. Topper Phil Mickelson argumenteerde zijn deelname met “ik ga daar spelen omdat ik dat land dan ook eens heb gezien”. Tegen een Britse journalist die hem daarop aansprak, antwoordde hij: “You do you, I’m gonna do me.”

Andere golfers waren duidelijker: “Wij spelen golf, wij zijn geen politici.” Bedekte vrouwen

Tiger Woods en Rory McIlroy lieten de 2,2 miljoen euro startpremie wel schieten. De Noord-Ier McIlroy zei onomwonden: “Dit is een moraliteitskwestie. We komen in wel meer landen waar wat mis mee is, maar dáár speel ik niet.”

Opvallend, in maart landt de European Ladies Tour in Jeddah. Vrouwen die zich in het openbaar vertonen, zijn in Saudi-Arabië verplicht zich helemaal te bedekken. De klassieke golftenues voor vrouwen bij dertig graden en meer zijn topjes en shorts. Dat wordt schipperen maar toch vooral veel zweten.

Wat vrouwensport in Saudi-Arabië betreft, is er één precedent. De eerste – naar Arabische begrippen – grote competitie die haar tenten opsloeg in Saudi-Arabië was in 2018 de WWE, een van de professionele worstelbonden uit de VS. In oktober van vorig jaar was het al meteen de beurt aan de worstelende vrouwen. De zaal zat afgeladen vol (met mannen) en die zagen geen blote schouders of billen maar op een hoofddoek na volledig bedekte Amerikaanse worstelaars die afwisselend deden of ze elkaar sloopten.

Saudi-Arabië is een voetballand, geen sportland. Ondanks 34 miljoen inwoners en een flink uit de kluiten gewassen bnp heeft het amper drie medailles (nooit goud) behaald op alle Olympische Spelen sinds 1896. Alleen voetbal telt en het nationale team haalt af en toe de World Cup, waar ze al eens wonnen van België (in 1994 in de VS). In Rusland vorig jaar wonnen ze in de groepsfase nog van Egypte, die andere grote macht in het Midden-Oosten. Hun WK was geslaagd.

In tegenstelling tot andere staten in de Golf was het tot voor kort ook niet geïnteresseerd in andere sporten. Sinds de promotie van MBS tot kroonprins is daar verandering in gekomen en steeds volgens dezelfde logica: “Wij willen sport naar ons land halen en dat mag kosten wat het wil.” Sportevenementen zijn duur, maar geld is voor het huis van Saud (geschat vermogen: 1.500 miljard euro) geen probleem.

In de Clash of the Dunes begin december gaf wereldkampioen zwaargewichten Andy Ruiz de Brit Anthony Joshua partij. De Brit heroverde zijn eerder verloren kampioensgordel in de nieuw gebouwde entertainmentwijk Diriyah Oasis, net buiten Riyad. Hij nam 55 miljoen euro mee naar huis.

De plotse sportgekte is puur opportunisme, sportswashing in het jargon: sport als middel om het slechte imago, meestal in verband met mensenrechten, te verdoezelen. De sport reageerde al evenzeer opportunistisch. Vorig jaar besliste de formule 1 ineens dat het gedaan moest zijn met de pitspoezen. “Waarom zo drastisch?”, vroeg het circuit zich af. Kort daarna lekte uit dat Riyad wellicht een F1-wedstrijd krijgt. Halfnaakte vrouwen op het tarmac en op de televisie, dat zou in Saudi-Arabië, waar F1 niet te zien was, niet kunnen.

Inmiddels zijn door Saudische rijkaards ook de eerste schuchtere pogingen ondernomen om Europese (voetbal)teams te kopen, maar daarmee zijn ze hopeloos te laat. De bekendste is Abdullah bin Mosaad bin Abdulaziz al Saud, niet alleen de eigenaar van Sheffield United dat dit jaar in de Premier League uitkomt, maar ook voor de helft eigenaar van Beerschot. Abdullah bin Mosaad, in Antwerpse voetbalmilieus als ‘De Prins’ aangeduid, is een zakenman met banden met het koningshuis.

Mohammad bin Salman leent voorlopig alleen zijn naam aan de tweede klasse in zijn land en is nergens eigenaar van, maar is wel van plan dat te worden. Hij heeft in oktober een bod uitgebracht van 2,7 miljard euro bij de Glazer-familie om Manchester United te kopen. Daarmee wil hij de concurrentie aangaan met sjeik Mansour, die met zijn investeringsmaatschappij Abu Dhabi United Group driekwart van Manchester City bezit.

Het Public Investment Fund of Saudi Arabia, het grootste private investeringsfonds van de wereld en volledig in handen van het Huis van Saud, heeft via de subdivisie Sports Development Fund al zijn interesse laten blijken in de uitgebreide Club World Cup die de FIFA vierjaarlijks wil inrichten. De wereldvoetbalbond FIFA mikt daarvoor op een toernooi dat tussen de 25 en 50 miljard moet genereren en waartegen de teams geen neen kunnen zeggen.

Die investeringen passen in Vision 2030, die de transitie van de Arabische belangen van olie naar andere, moderne industrieën moet begeleiden. Ook de Amerikaanse profsport mag zich op interesse van de Arabieren verheugen, zo bleek uit openbaar gemaakte documenten over de buitenlandse lobbying op Amerikaans grondgebied.

Daarnaast is sport een pion in de geopolitiek en de verhoudingen in de Golf veranderen snel. Waar vroeger Qatar en Saudi-Arabië met de neuzen tegen elkaar stonden, is in die gespannen relatie onlangs een versoepeling opgetreden. Abdu Dhabi en bij uitbreiding de andere emiraten zijn de laatste maanden steeds vaker de gebeten hond voor de Saudi’s en omgekeerd.

Inmiddels weet de Planeet Sport dat Saudi-Arabië als grootmacht van het Midden-Oosten het spel hard kan spelen. Je hebt de Saudi’s alvast beter te vriend. Neem nu beoutQ, de Saudi-Arabische betaalzender die het vertikt om sportrechten te kopen maar alles illegaal capteert van het in Qatar gevestigde beIN en Eleven en daar een eigen commentaar aan toevoegt. Die piraterij begon in 2017 toen Saudi-Arabië een economische boycot tegen Qatar uitsprak. Tot dan keken de Saudi’s ook naar beIN, dat op slag uit de ether werd gehaald.

Sindsdien is alles in het werk gesteld door alle grote competities van de wereld – onder meer La Liga, dat er momenteel zijn supercup organiseert – om in Saudi-Arabië ook maar één advocaat te vinden om beoutQ aan te klagen voor piraterij. Tevergeefs. Advocaten genoeg, maar niemand wil er zich aan wagen want iedereen weet dat beoutQ gebruikmaakt van door de staat gecontroleerde infrastructuur en sterke banden heeft met het koningshuis.

 

20200111_De-Morgen_p-18-19-2-mail