Portret Elise Mertens in De Morgen van zaterdag 15 mei 2021

Elise Mertens

Ze komt niet in de buurt van het atletisch vermogen van de jonge Kim Clijsters of het talent van Justine Henin, maar Elise Mertens – nummer één in het dubbel – is geduldig. En ze weet wat ze wil: de echte top tien halen.

Neen, het was niet te best, afgelopen week in Rome. Als veertiende in de ranking verloor Elise Mertens van nummer 28 Veronika Koedermetova. Kan gebeuren, alleen was daar weer die vervelende hamstringblessure die haar een week eerder in Madrid ook al parten had gespeeld in haar kwartfinale tegen Aryna Sabalenka. Ze had toen een ronde eerder grandslamwinnares Simona Halep geklopt, naar eigen zeggen haar mooiste zege ooit.

Twee weken geleden had ze diezelfde Koedermetova nog met 6-4 en 6-1 genadeloos wandelen gestuurd in de halve finale in Istanbul. In Rome kon ze niet vol afzetten en sloeg ze maar liefst negen dubbele fouten. “Mijn lichaam heeft rust nodig”, concludeerde ze
niet onterecht, om er daarna aan toe te voegen dat ze in Rome wel eerst nog het dubbel zou spelen met haar nieuwe Taiwanese dubbelpartner Su-Wei Hsieh. “Dat is niet zo belastend en we moeten aan elkaar wennen.” De kenners zuchtten en schudden het hoofd. Twee dagen later lagen Mertens-Hsieh na hun eerste wedstrijd uit het toernooi.

Elise Mertens (25) timmert onverstoord aan een weg die ze zelf heeft uitgezet. Tennis heet een vroeg-specialisatiesport te zijn, wat betekent dat je er vroeg bij moet zijn om alle skills in te slijpen, wat dan weer nodig zou zijn om op latere leeftijd succesvol te zijn. Elise Mertens was er vroeg bij. De eerste keer dat haar naam opduikt in een krant is op 3 september 2003 in een klassement van de Campina Tour bij de meisjes tot negen jaar: ze eindigt 34ste.

In april 2004, zeven maanden later, staat ze ineens tweede achter ene Jolien Franssen in het jeugdsterrencircuit en nog een jaar later heeft ze met Franssen van plaats gewisseld. Mertens is in de zomer van 2005 de onbetwistbare nummer één van haar leeftijd. Die zomer zal aan de overkant van de oceaan een andere Limburgse haar eerste grote triomf boeken: Kim Clijsters wint op de US Open van Mary Pierce met 6-1 en 6-3 en wordt derde van de wereld. In 2003 had ze door een overload aan wedstrijden de eerste plaats in de ranking bezet. Het was het begin van een reeks blessures die haar tot op vandaag achtervolgen.

In 2005 wordt Mertens voor het eerst voorwerp van een artikel… “Bij Lommelse TC werd afgelopen week een manche van de Delta Lloyd Talent Cup afgewerkt voor de 10-jarigen. Elise Mertens, uit Hamont maar lid bij TC Diest, heeft bij de meisjes knap de eindzege behaald. ‘Elise versloeg Sarah De Clercq in de finale met 1-4, 4-2, 4-2’, legt mama Mertens uit. ‘Elise kent een sterke periode. Ze heeft in het toernooi van Vandewiele ook alles gewonnen. De komende weken speelt ze de toernooien van het Jeugdsterrencircuit en ook de Nationale de Borman Beker staat op het programma.'”

Winst in Sharm-el-Sheikh

Zestien jaar later is haar oogst aan overwinningen indrukwekkend. Ze ligt nog wel in balans met Sabine Appelmans (ooit nr 16, zeven WTA-toernooien), Yanina Wickmayer (nr. 12, vijf WTA-titels) en Dominique Monami (nr 9, vier titels), maar zal zonder ongelukken eindigen met het derde beste palmares van het Belgisch vrouwentennis. Justine Henin en Kim Clijsters spelen met hun nummeréénstatus (respectievelijk 117 en 20 weken) en grandslamzeges (zeven voor Henin en vier voor Clijsters) voorlopig in een andere competitie.

Elise Mertens begon in 2010 op het circuit van de International Tennis Federation (ITF) te spelen. Dat zijn de mindere opstaptoernooien. Die primeur was dicht bij de deur, op De Koddaert-club in Torhout. Ze is dan amper veertien, sneuvelt in de kwalificaties en haalt de hoofdtabel niet.

In 2011 zien ze haar internationaal niet, om in 2012 weer het ITF-circuit in te duiken. In 2013 wint ze haar eerste kleine toernooi, in Sharm-el-Sheikh, waar ze drie jaar op rij zou winnen. Ze rijgt de ITF-toernooizeges aan elkaar – tien tussen 2013 en 2015 – en in dat laatste jaar probeert ze ook eens bij de grote mensen, in het circuit van de Women’s Tennis Association (WTA). Hoewel al negentien, raakte ze nooit voorbij de kwalificaties.

Bij Tennis Vlaanderen keken ze daar niet van op. Zij hadden haar al na één jaar Topsportschool wandelen gestuurd. Volgens technisch directeur Ivo Van Aken omdat ze niet de juiste motivatie had en te behoudsgezind tenniste. Van Wilrijk trok ze naar Parijs, naar de tennisacademie van Patrick Mouratoglu, de coach van Serena Williams, maar ook daar staat ze niet te boek als het grote talent.

Agressiever spelen

Pas in 2016 gaat ze anders tennissen. Ze vormt sinds dat jaar een koppel met Robbe Ceyssens, die in De Boneput – later de Kim Clijsters Academy – speelt en Vlaams indoorkampioen is geworden. Hij wordt er trainer en die ene keer dat hij inviel voor de vaste trainer van Mertens, ontstond de klik. Ceyssens besluit zijn vriendin voltijds te coachen. Voor hem is het duidelijk: ze moet agressiever tennis spelen.

Begin 2017 levert dat een eerste prijs op: ze wint het WTA-toernooi van Hobart, verder van huis kan niet. Dat jaar maakte ze de grootste sprong: van plaats 120 naar 35. In november 2018 staat ze even twaalfde en eindigt als dertiende. België maakt zich op voor een nieuwe toptienspeelster en wie weet nieuwe triomfen in het enkelspel op grote toernooien.

Kenners zuchten opnieuw als ze van zoveel enthousiasme horen. Inmiddels is Elise Mertens ook een fervente dubbelspeelster geworden. Meer zelfs: ze is een betere dubbelspeelster dan enkelspeelster en dat heeft zich vorig week nog geconcretiseerd in de eerste plaats op de dubbelranking. “Een droom die uitkomt”, zegt ze zelf. Waanzin, al die dubbeltoernooien, zeggen de experts, té belastend.

Sowieso doet Mertens (1m79, kilo’s onbekend maar zichtbaar afgetraind) haar zin, typisch voor een laatbloeier en een doordouwer. Ze bevestigt daarmee de gangbare theorie dat prematuurtjes – ze werd twee maanden te vroeg geboren als het overlevende kindje van een tweeling – vaak vechtertjes worden. Voeg daar ook nog eens aan toe dat ze niet uit het klassieke, tennis spelende betere- middenklassengezin kwam.

Vader Mertens is nu gepensioneerd, maar was toen een zelfstandig meubelmaker die vooral voor kerken werkte. Dat was geen vetpot, maar de opofferingen hebben geloond. In Humo getuigde ze drie jaar geleden dat het zonder de hulp van vader en moeder en het voorbeeld van haar zus – die ouder was en ook tenniste op dezelfde club – nooit was gelukt.

Buitengewone dingen

Na nog geen zes jaar in het circuit heeft Mertens 7 miljoen euro aan prijzengeld bij elkaar getikt. Ze won 343 wedstrijden tegenover 178 verliespartijen en won zes WTA-titels. Alleen die ene grote overwinning ontbreekt. En die toptienranking, dat wordt ook een hele klus.

Tenniscoach Marc De Hous, ooit bij Kim Clijsters, was in zijn commentaar tegen Sporza het meest uitgesproken: “Een toptienplaats voor Elise Mertens wordt niet makkelijk. Om het verschil te maken met de rest zou ze iets extra’s aan haar spel moeten toevoegen. Hard kloppen kunnen er heel veel. Ik heb wel enkele ideeën, maar dat hou ik liever voor mezelf. Toch dit: haar tennis zou meer moeten verrassen. Tegen voorspelbare patronen is het makkelijk spelen.”

Sabine Appelmans: “Een top tien voor Elise? Ik aarzel. Hebben wij het beste al gehad, of moet dat nog komen? Vaak zie ik buitengewone dingen bij Elise, op andere momenten mist ze toch wat kracht.”

De perfectioniste in Elise Mertens weet dat het goed komt, maar er in de verte loert een valkuil, als ze er al niet half is ingetuimeld: overbelasting. De WTA tweette net voor haar partij van afgelopen dinsdag een kwisje: wie van de drie – Mertens, Sabalenka of Strycova – heeft het meeste wedstrijden gespeeld sinds 2017? De helft van de reacties zat juist: Elise Mertens. De statistiek was mindblowing: Mertens heeft sinds 1 januari 2017 423 wedstrijden gespeeld. Niemand komt in haar buurt: Strycova heeft er 70 minder en Sabalenka, de nummer drie in die onzalige ranking, heeft er zelfs 100 minder.

Dat leverde Mertens geen windeieren op: ze speelde inmiddels negentien dubbelfinales, waarvan ze er dertien won. Als het haar bedoeling is om zo snel mogelijk ‘binnen’ te zijn, onder meer via het lucratieve dubbelen, dan is dat haar goed recht. Wil ze de ‘echte’ top tien halen, zal het anders moeten. Misschien toch maar eens Kim Clijsters bellen.