Het mysterie Mathieu
In de kansen op een wereldtitel van Remco Evenepoel geloven de kenners niet meer. Te veel gegeven, niet explosief genoeg meer na die focus op tijdrijden en lange klimmen. Zesenzestig koersdagen en 10.581 kilometer, dat hakt er er ongenadig in, niet alleen bij een 22-jarige. Ook al stapt hij af na dertig kilometer, Remco Evenepoel heeft dit seizoen zijn steen al meer dan verlegd.
Winnen kan natuurlijk ook zomaar, want die kleine benadert van alle Belgen het dichtst Eddy Merckx. Neen, niet het palmares, die blasfemie is nergens voor nodig. Wel wat het intrinsieke talent betreft om op alle terreinen – klimmen, tijdrijden, grote en kleine rondes, lastige eendagskoersen – goed uit de voeten te kunnen en te winnen. Hij heeft zelfs een beetje het karakter van Merckx, die zijn drive ook haalde uit selectief gramschap.
Wout van Aert zou het speerpunt moeten worden van de Belgische ploeg, maar hoe goed hij is op zijn 48ste dag op de koersfiets na zijn dubbele shift in de Tour? Een hoogtestage, bij hem vaak de voorspeller van een sterke periode, zat er om sociaal-psychologisch- mentale redenen niet meer in. Begrijpelijk, er is ook een leven naast de fiets.
Tadej Pogacar dan maar? Voor hem geldt wat voor Van Aert geldt. Die derde piek kan nooit zo kwalitatief zijn als voorheen. Dan maar de inderhaast in elkaar gevezen Julian Alaphilippe? Of thuisrijder Michael Matthews? Of een complete outsider?
En dan is er nog Mathieu van der Poel, door zijn vader een twijfelgeval genoemd, maar door veel anderen als favoriet gebrandmerkt want veel kilometers getraind en een rustige aanloop gekend. Hoewel. Nooit eerder heeft Van der Poel meer dagen op de koersfiets gezeten dan die 47 in 2022. Hij behaalde daarmee zeven overwinningen. Ter vergelijking: in 2021 reed hij maar 34 dagen koers op de weg en werd acht keer eerste.
Iedereen herinnert zich natuurlijk Van der Poel uit de Tour de France: eerst anoniem meerijden, dan gelost worden en ten slotte afstappen. “Ik weet niet wat er aan de hand is. Wellicht slecht de hoogtestage verteerd”, was zijn commentaar. Het is achteraf nooit gecommuniceerd of ze inmiddels wel al weten wat er toen scheelde, maar de kans dat het die hoogtestage was, lijkt eerder klein.
Ach, misschien was er wel hoogte in het spel, maar niet al te veel stage. Toen zijn ploeg in de voorbereiding op de Tour een fotootje postte van Mathieu op een downhillparcours in Livigno, op een mountainbike, werden her en der in koersland wat wenkbrauwen gefronst.
Dat alles zorgt ervoor dat Mathieu van der Poel een beetje een mysterie blijft. Hijzelf heeft niet het hart op de tong en zijn team zegt ook nooit meer dan nodig. Dus hebben we er het raden naar hoe hij zich voelt negen maanden ver in het koersjaar 2022. Misschien blijft die rug wel een veel groter probleem dan ze willen toegeven. Misschien zat het tussen de oren, een decompressie na jaren van fiets af en andere fiets op.
Wat overheerst bij Van der Poel? Dat kan de vreugde zijn om dat Vlaamse voorjaar met zijn tweede overwinning in de Ronde van Vlaanderen. Al zal de geboren winnaar zich toch vooral de afgang in de Tour herinneren. Die roze trui de eerste dagen en die ene etappe in Hongarije in de Giro wegen daar niet tegen op. De recente spielereien in België al helemaal niet.
Mathieu van der Poel arriveerde laat in Australië. De combinatie van lang vliegen en veel uurverschil doet rare dingen met een lichaam. Afwachten hoe hij daarop reageert. Zijn concurrenten landden in Sydney met een grote ronde in de benen. Of na een ommetje via Canada, waar twee WorldTour-wedstrijden op een min of meer vergelijkbaar parcours werden gereden en de toppers met elkaar in de clinch gingen.
Van der Poel reed in die periode de Druivenkoers in Overijse (35ste), Stadsprijs Geraardsbergen, Izegem Koers en de Grand Prix de Wallonie. Op de Muur klopte hij zijn broer, en in Izegem Yves Lampaert en drie van zijn eigen ploegmaats onder wie weer zijn broer. Alleen in Namen kwam hij een WK-ganger tegen die op de longlist van de favorieten staat. Op de citadel van Namen, die hij als geen ander kent van de cross, sprintte hij Biniam Girmay uit de wielen.
2022 is een cruciaal seizoen voor Mathieu van der Poel en die 267 kilometer morgen aan de andere kant van de wereld kunnen bepalend zijn voor het verdere verloop van zijn carrière op de weg. Van der Poel is te goed voor een Van Petegem-palmares, het Vlaamse voorjaar en dan niks meer. Welk scenario het morgen ook wordt – winst, nipt verlies of weggereden worden – ze zullen het niet graag horen bij Alpecin-Deceuninck, maar hij en zij zijn aan bezinning toe.