La France op revanche
Het zestiende Europees voetbalkampioenschap wordt vanavond door de thuisploeg afgetrapt in een nooit geziene sfeer van verlammende angst en draconische veiligheidsmaatregelen. Les Bleus zijn favoriet maar Frankrijk is door scha en schande geleerd. Nooit eerder voelde la patrie zich zo beroerd; aan Euro 2016 om les enfants weer blij maken.
Hans Vandeweghe
2015 was een rotjaar voor la douce France en voorlopig hebben ze er weinig redenen om zich in 2016 veel beter te voelen. In januari vorig jaar was er Charlie Hebdo: zeventien doden, plus drie omgelegde terroristen. In november was er de Bataclan en alle andere aanslagen, onder meer bij het Stade de France: 130 doden en 7 zelfmoordterroristen. Dit jaar was er Zaventem en Brussel – en als het bij ons regent, druppelt het in Parijs. Maar ook – van een andere orde – de voortdurende stakingen van links tegen een linkse regering.
Ondertussen verloor Frankrijk onderweg zijn UEFA-voorzitter en legendarisch voetballer Michel Platini, beschuldigd van platte corruptie. Ook dat is van totaal ondergeschikte orde vergeleken bij het voorgaande, maar het speelt mee in de algemene perceptie.
Met dat lijstje geconfronteerd op een bijeenkomst vorig weekend voor buitenlandse pers in Clairefontaine, boog bondscoach Didier Deschamps deemoedig het hoofd. “C’est vrai. We zijn de laatste tijd niet verwend met goed nieuws in dit land. Maar ik ga dit niet gebruiken om te motiveren. De ploeg motiveert zichzelf en weet dat falen geen optie is. Maar euh – “y-a-t’il des belges dans la salle?” – dat land heeft ook zijn deel gehad en toch staan ze hier als zelfverklaard favoriet. Eh bien, het is aan ons om op dezelfde manier te reageren. Voetbal is onlosmakelijk verbonden met de maatschappij, maar als het toernooi eenmaal is begonnen, neemt de sport de bovenhand en vergeten we hopelijk wat er allemaal fout is gegaan.”
IJdele hoop, monsieur Deschamps, een typisch voorbeeld van de struisvogelmentaliteit die topsport eigen is. Uit alle gesprekken met Jean en Jeanette de la Rue blijkt dat het Franse zelfbewustzijn, soms grenzend aan pretentie, een stapje terug heeft moeten doen. On a gagné? Neen. On va gagner? Misschien. On verra bien? Ja. Et on espère, men hoopt dat alles goed gaat.
Eerder deze week overheerste in de Gare de Saint-Jean in Bordeaux vooral gelatenheid bij de vaststelling dat de helft van de tgv’s naar Parijs was afgeschaft. Frankrijk staat stil en kijkt ernaar hoe de zo vaak vervloekte centrumlinkse regering van Hollande uitgerekend door de linkse vakbondsvleugel in een patstelling wordt gedrongen. Dat dit uitgerekend moet gebeuren als miljoenen Europeanen voor het grote voetbalfeest naar la France komen afgezakt. “Eh bien, dat ze er mee leren leven, zoals wij. Het is te hopen dat Alain Jupé president wordt. Die heeft Bordeaux getransformeerd tot deze prachtstad en dat mag hij ook met Frankrijk doen.”
Divers, maar niet ‘bruin’
Op 1 juni leek het heel even of ook Les Bleus, inmiddels veilig in hun Euro-bubbel, in de malaise zouden delen. Die dag stond in de Madrileense sportkrant Marca een interview met de thuisgelaten international Karim Benzema. De teneur loog er niet om: “Het heeft er alle schijn van dat Didier Deschamps zich heeft laten beïnvloeden door een deel van de Franse bevolking die duidelijk racist is. Het is toch geen toeval dat de banlieues (de achtergestelde voorsteden, van Parijs en andere grootsteden, met veel migranten, HVDW) niet zijn vertegenwoordigd in de nationale ploeg, uitgerekend nu het Front National hoogdagen beleeft?”
Frontvrouw Marion Le Pen had het interview eerder gelezen dan de bondscoach en zich blauw geërgerd aan zijn uitlating dat hij dan misschien beter voor zijn ‘echt land’ Algerije moest gaan spelen, want Frankrijk was toch maar zijn sportief adoptieland, aldus Benzema. “Een schande”, tweette Le Pen, “geboren en gevormd in ons land is hij nu een multimiljonair die op Frankrijk spuwt.”
Het spel zat op de wagen en Didier Deschamps verslikte zich in zijn koffie in zijn Oostenrijkse afzonderingsoord in het Stubai-dal. In allerijl werd de communicatiecel bij elkaar geroepen en werden de draaiboeken crisiscommunicatie geraadpleegd. Iets later die dag bleek dat de selectie een vleesgeworden crisiscommunicator in huis had. Het was toevallig die dag de beurt aan de Bayern-supersub Kingsley Coman om de pers te woord te staan. Hij kreeg de vraag of hij de propos van Benzema had gelezen. Jawel, zei Coman, en haalde in zijn eentje de angel uit het hele verhaal. “Hoezo, de banlieues niet vertegenwoordigd. Waar komen ik en die andere donkere jongens dan vandaan? C’est du grand n’importe quoi!”
De Franse selectie telt 23 spelers, van wie er dertien een kleurtje hebben anders dan blank. Alleen Adil Rami is van Noord-Afrikaanse origine en Dimtiri Payet van West Ham komt van La Réunion. Alle elf anderen hebben Afrikaanse roots. Karim Benzema is overigens niet geselecteerd omdat hij in verdenking is gesteld in een zaak waarbij hij zou hebben deelgenomen aan afpersing van collega- international Valbuena, van wie een sekstape zou circuleren. Die twee kunnen nooit meer door één deur en dus ook niet meer in één ploeg. Later kwam Benzema met dank aan hele foute vrienden ook nog zijdelings in opspraak in een grote drugshandel.
Genoeg redenen om hem thuis te laten, hoe getalenteerd ook. Coman had gelijk: het was ook grote onzin, een typisch voorbeeld van slachtoffercultuur maar wat kwam het Deschamps en co. verdomd goed uit dat in de laatste oefeninterland tegen Schotland de (blanke) Arsenal-spits Olivier Giroud vlot scoorde. Bondscoach Didier Deschamps had eindelijk eens een goeie nachtrust na die wedstrijd en thuis meldde men hem dat ook alles oké was. Rond de affaire-Benzema hadden onverlaten zijn huis met graffiti besmeurd. Hij dacht toen wat veel coaches denken: is het dat allemaal wel waard?
Fiasco van Knysna
De geschiedenis zal het uitwijzen of het de ellende waard was. Met de Franse nationale voetbalploeg is het op een groot toernooi vaak alles of niks. Op de laatste World Cup van 2014 in Brazilië viel de kwartfinale tegen latere wereldkampioen Duitsland al bij al nog mee. Bij Euro 2012 werd ook de kwartfinale gehaald.
De twee toernooien daarvoor gingen onherroepelijk de mist in, want dat is een constante bij de Fransen: als het mis gaat, gaat het meteen goed mis. Op Euro 2008 werden de Fransen laatste in hun groep, onder meer na een 4-1-nederlaag tegen Nederland. De World Cup in 2010 in Zuid-Afrika was een nog grotere afgang en staat in het collectief geheugen van de Fransen gegrift als een horroreditie. In een niet eens moeilijke groep met Uruguay, Zuid-Afrika en Mexico slaagden les Bleus er in om maar één keer te scoren en één puntje te halen. Ze werden kansloos uitgeschakeld.
Dat toernooi is inmiddels bekend als het fiasco van Knysna, genoemd naar het Zuid-Afrikaanse basiskamp van de nationale ploeg. Spits Nicolas Anelka zou de bondscoach, toen Raymond Domenech, hebben uitgescholden voor enculé en nog wat fraais. Dat gebeurde in een kleedkamer, maar verscheen een dag later in de pers. Anelka werd door Domenech naar huis gestuurd, waarop de selectie in staking ging. Honteux, schreeuwden de Fransen, weer eens aangevuurd door het Front National, niet het minst omdat Anelka ‘een zwarte met te veel praatjes’ (functioneel journalistiek woordgebruik) was. Anelka had ook veel praatjes, maar Domenech was gewoon een zwakke bondscoach. Bij deze World Cup steunt hij overigens de actie ‘Je ne supporte pas les bleus’, een campagne tegen huiselijk geweld. En hij analyseert wel eens een wedstrijd, maar niemand die luistert.
Ramadan
Frankrijk hoopt. President François Hollande ook. Hij weet dat een sportieve triomf en het daarmee verbonden gestegen bruto nationaal geluk afstraalt op de regering. Vorige week kwam hij Les Bleus uitzwaaien en sprak de woorden: “Afspraak op het Elysée op 11 juli.” Elf juli is de dag na de finale. Frankrijk heeft de geschiedenis tegen, maar tegelijk ook mee. Een organiserend land wint hoogstzelden een eigen toernooi. Sinds het EK met een finaleronde wordt afgewerkt (vanaf 1980) zijn achttien EK- en WK-eindrondes gespeeld en daarvan zijn er slechts twee door het organiserend land gewonnen. Twee keer was dat Frankrijk: in 1984 met Platini als sterspeler een Europese titel en in 1998 met Zinédine Zidane de wereldtitel.
Meer nog dan op sportief succes hoopt Frankrijk op een toernooi zonder incidenten. In de eerste plaats geen gedoe met dolgedraaide fans – de Engelsen zijn uiteraard de Hunnen met dienst voor wie men niet onterecht het meest bevreesd is – en ook niet met terreur. In alle stilte hoopt men dat tijdens de ramadan niet alleen wordt gevast in de eetkamer, maar ook in de achterkamer waar bommen en ander tuig worden vervaardigd.
Alleen is op 6 juli de ramadan afgelopen en dan worden nog drie wedstrijden gespeeld, waaronder de finale in het Stade de France in Saint-Denis, dat ook al onder vuur lag op 13 november van vorig jaar. Het gevaar komt evenwel uit alle hoeken, en niet alleen uit die van IS en co., zoals nog is gebleken met het onderscheppen aan de Oekraïense grens van het voor Franse fascisten bedoelde wapenarsenaal.
Zeven miljoen bezoekers, van wie twee miljoen in de tien stadions en de rest op honderd andere te beveiligen plaatsen, dat is niet zomaar te controleren. In de stadions en fanzones zijn tienduizend privébewakers actief. Daarbuiten zijn 70.000 professionele ordehandhavers van dienst. De nationale interventietroepen RAID en GIGN hebben rond elk stadion hun eigen beveiligde perimeter van waaruit ze met drones en ander gesofisticeerd tuig onze veiligheid in de gaten houden.
Het is een groot geluk bij een ongeluk voor de organisatie en voor Frankrijk dat dit het eerste EK is waarbij de UEFA een joint venture heeft aangegaan met het gastland en zelf 95 procent inbrengt in de daartoe opgerichte tijdelijke vereniging. De UEFA is een rijke bond die in de nasleep van de corruptieaffaires van de voetbalbobo’s ook van zijn pluimen heeft gelaten. Er zal op geen euro worden gekeken om via een vlekkeloos Europees kampioenschap het blazoen wat op te smukken.
Maar wat is een goed Euro 2016? Laten we het houden op een Euro 2016 zonder rellen, zonder aanslagen, met goed voetbal, en met Frankrijk dat zoals op 7 juni van vorig jaar de finale van België verliest met 3-4.